3

Nieuwe testfaciliteit NLR moet innovaties gaan versnellen - door Margriet Dalmeijer Februari 2020 | De Polder Courant MARKNESSE – Het Koninklijk Nederlandse Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR) in Marknesse ziet ernaar uit om gebruik te maken van een mogelijk nieuwe veelbelovende faciliteit. Er zijn namelijk plannen om een heel nieuw testcentrum te laten verrijzen op het gebied van mobiliteit en infrastructuur, waar verschillende test kunnen worden gedaan met onder andere drones en vliegende auto’s. Woordvoerder Kees de Waal van NLR legt uit wat zijn organisatie zoal doet en waarom hij enthousiast is over de plannen. Woordvoerder Daniël de Wit van de provincie Flevoland licht de plannen voor het nieuwe testcentrum toe. Kees de Waal: ‘NLR is in het kort een onderzoeksinstelling voor toegepast onderzoek op het gebied van lucht- en ruimtevaart. Wij vormen een brug tussen wetenschappelijk onderzoek aan de ene kant en behoeftes van bedrijven aan de andere, met als doel om uit dat onderzoek concrete producten te laten voortkomen die op de markt gebracht kunnen worden. Je kunt ons een beetje zien als het TNO van de lucht- en ruimtevaart’. ‘De onderwerpen waarmee we ons bezighouden, zijn heel breed. Vaak komt een opdrachtgever met een concrete vraag of opdracht naar ons toe. Opdrachtgevers kunnen bedrijven zijn, maar ook de overheid. Wij denken met de opdrachtgever mee, vervaardigen prototypes en doen verschillende tests. Daar komt dan als het goed is een concreet product uit voort, dat het bedrijf kan gaan produceren’. Bij NLR is veel aandacht voor innovaties op het gebied van de lucht- en ruimtevaart: ‘We onderzoeken bijvoorbeeld manieren om vliegtuigen stiller en schoner te maken. Eén van de manieren waarop dat kan, is het testen van energiedragers die een alternatief voor kerosine zouden kunnen zijn. Denk bijvoorbeeld aan waterstof, maar ook aan elektrisch vliegen of hybride varianten. Op dit moment is elektrisch vliegen op grote schaal nog niet realistisch, omdat er voor grote vliegtuigen een dusdanig zware accu nodig is dat opstijgen niet mogelijk is. Met meer onderzoek en testen, hopen we hier op den duur een oplossing voor te vinden’. Nieuw testcentrum Ook ‘smart mobility’, waartoe onder andere zelfrijdende auto’s en autonome drones behoren, wordt in het onderzoeksveld steeds belangrijker. Eind vorig jaar werd de Regio Deal Noordelijk Flevoland ondertekend, een intentieverklaring tussen verschillende overheden, bedrijven en onderwijsinstellingen. Een belangrijk speerpunt van de Regio Deal is de aanleg van het nieuwe Mobiliteit en Infrastructuur Testcentrum (MITC), dat in 2023 bij NLR in Marknesse zal verrijzen. Daniël de Wit, woordvoerder van de provincie Flevoland, licht in een schriftelijke reactie de plannen toe: ‘Het terrein rondom het Koninklijk Nederlands Lucht- en Ruimtevaartcentrum (NLR) en Duits-Nederlandse Windtunnels (DNW) is geschikt als mogelijk nieuwe locatie voor het testcentrum van de Rijksdienst voor Wegverkeer (RDW) en de vorming van een Mobiliteit en Infrastructuur Testcentrum (MITC). MITC Marknesse biedt de unieke mogelijkheid om in een gecontroleerde omgeving de steeds slimmer wordende mobiliteit te testen, certificeren en verantwoord en veilig te introduceren. Het MITC is daarmee essentieel om een nieuwe generatie voertuigen, toepassingen en diensten op een verantwoorde manier te introduceren. In een gecontroleerde real life omgeving kunnen testen plaatsvinden voor de communicatie tussen voertuig en omgeving. ‘De realisatie van een Mobiliteit en Infrastructuur Testcentrum maakt onderdeel uit van de Regio Deal Noordelijk Flevoland. MITC Marknesse is een kans voor Noordelijk Flevoland om een nieuw innovatief cluster te ontwikkelen, dat als vliegwiel dient om de economie in de regio te versterken. Een specifieke aanpak gericht op samenwerking en krachtenbundeling tussen de relevante samenwerkingspartners van Regio en Rijk leidt tot innovatie, nieuwe bedrijvigheid, (hoogwaardige) werkgelegenheid en oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen zoals mobiliteit. De provincie is een van de ondertekenaars van de Regio Deal Noordelijk Flevoland. Samen met de gemeente Noordoostpolder zorgt de provincie voor een planologisch-juridische inpassing van het MITC in Marknesse.’ De bedoeling is dat er op het MITC ook een testbaan en een simulatie van een bebouwde kom komt, een soort minidorpje met de naam Digicity. De Waal: ‘De invloed van bebouwing op bijvoorbeeld de autonome drone moet goed onderzocht worden. De drone zou in de toekomst weleens een belangrijk vervoersmiddel kunnen worden, zowel voor personen als voor goederen, maar daarvoor is wel veel onderzoek nodig. De veiligheid van zo’n drone mag absoluut niet ter discussie staan. Bovendien is het ook belangrijk om te onderzoeken hoe mensen het geluid van drones ervaren en welke vlieghoogtes daarbij passen. Door de komst van het MITC worden onze onderzoeksmogelijkheden enorm uitgebreid.‘Bij NLR hopen we dat mede door het MITC de ontwikkeling rondom vliegende auto’s en drones letterlijk en figuurlijk van de grond komt. Wij denken dat het een veelbelovende techniek is, maar voordat drones en aanverwante producten een volwaardig vervoersmiddel kunnen zijn, moeten er nog wel wat hobbels worden genomen. Ze moeten niet alleen technisch veilig zijn, maar er moet ook sprake zijn van publieke acceptatie, de wet- en regelgeving moet worden aangepast en er is een herindeling van het luchtruim nodig. Het kan dus nog wel een aantal jaren duren voordat het zover is, maar bij ons kan er in de tussentijd alvast getest worden’. Is de grootschalige inzet van drones voor goederen- en personenvervoer dan al een gelopen race? Kees legt uit dat dit nooit helemaal met zekerheid te zeggen is: ‘Technisch gezien is er steeds meer mogelijk, maar je hebt ook te maken met bijvoorbeeld maatschappelijke ontwikkelingen. Die kunnen zowel een vertragende als een versnellende invloed hebben. In het licht van de problemen rond de uitstoot van stikstof en fijnstof zouden drones een prima alternatief zijn voor vervuilende vervoersmiddelen, maar je krijgt er wel nieuwe uitdagingen voor terug. Niet iedereen zit er bijvoorbeeld op te wachten dat er straks allerlei drones door de lucht zweven. Bovendien kan de beeldvorming rondom een bepaald product ook heel snel in positieve of negatieve zin veranderen’. Vrouwencentrum Noordoostpolder: integreren doe je samen - door Margriet Dalmeijer EMMELOORD – Op vrijdag 6 maart vindt in Vrouwencentrum Noordoostpolder in Emmeloord weer de viering van de Internationale Vrouwendag plaats, dit jaar met het thema ‘Vrijheid’. Marion van de Voorde en Mahera Yusufi zijn al vanaf het begin bij het Vrouwencentrum betrokken. Zij vertellen hoe het allemaal begon en waarom het centrum voor vrouwen zo belangrijk is. Ook vertellen ze alvast iets over de vrouwendagviering. De plannen voor het Vrouwencentrum kregen ruim tien jaar geleden vorm, vertelt Marion: ‘Mijn buurvrouw, een fysiotherapeute, vertelde dat er in haar praktijk zoveel vrouwen kwamen met psychosomatische klachten. Deze vrouwen hadden weinig sociale contacten en zaten veel alleen thuis. We kwamen toen op het idee om een ontmoetingsplek voor vrouwen te realiseren, waar ze hun sociale netwerk konden uitbreiden. Samen met Mahera uit Afghanistan en nog twee dames zijn we in november 2007 naar de notaris gegaan om de Stichting Vrouwencentrum op te richten’. Mahera: ‘In het begin zaten we in de kelder bij Paspartoe, het cultureel centrum in Emmeloord. Daar organiseerden we regelmatig maaltijden waar vrouwen elkaar konden ontmoeten. Toen we een plekje kregen boven de Lidl, begonnen we ook met taallessen’.Marion: ‘Daar hebben we een tijdlang met veel plezier gezeten. Maar toen de Lidl ging verbouwen, moesten we daar weg. We hebben toen behoorlijk moeten zoeken naar een nieuwe stek, maar gelukkig bood woninga bouwvereniging Mercatus uitkomst. Zij hadden naast hun pand nog een loods die ze wel wilden verbouwen en aan ons wilden verhuren. Ze wilden graag helpen, omdat ze zelf ook volop bezig zijn met maatschappelijke doelen en integratie. We hebben aan hen dus echt een heel goede buur. Met de jaren zijn de activiteiten van het Vrouwencentrum uitgegroeid tot een vast basisprograma ma met dagelijkse en incidentele activiteiten die zowel intern als extern plaatsvinden. Bij ons kun je bijvoorbeeld taallessen volgen, samen eten of bewegen of een creatieve workshop volgen’. Het Vrouwencentrum draait op 70 vrijwilligers in ruim 20 zelfsturende werkgroepen voor 90 taken. Marion is als coördinator de enige betaalde kracht voor 24 uur. Voor de vaste lasten krijgt het Vrouwencentrum subsidie van de gemeente en met cursusbijdragen, incidentele acties en giften genereert het centrum alle andere kosten. Naast de werkgroepen heeft het centrum ook 18 maa tjesprojecten. Vrouwen die daar behoefte aan hebben, krijgen een eigen maatje toegewezen. Zij kan bijvoorbeeld helpen met het invullen van een formulier of met het voorbereiden van een inburgeringsexamen, maar kan ook opvoedkundige vragen beantwoorden of oefenen met de taal. Het maatje blijft ondersteuning bieden tot het niet meer nodig is. Marion: ‘Er komen hier allerlei vrouwen binnen, van analfabeten tot universitair geschoolden, van jong tot oud, wel of niet gelovig, single of met een gezin. Gemiddeld hebben we op jaarbasis ruim 8.000 bezoeksters. De jongste bezoekster is 17 en de oudste 87. Er komen hier vrouwen uit ruim vijftig verschillende culturen en we werken allemaal heel goed samen. Dat doen we door vragen te stellen in plaats van te oordelen, door de tijd te nemen en goed naar elkaar te luisteren. Dan ontstaat er meer begrip en stellen vrouwen zich veel meer open. Pas als je iemands hele verhaal kent, kun je begrijpen waarom ze iets doet. Op deze manier dragen we in het klein bij aan een betere wereld’. Mahera: ‘Bij het Vrouwencena trum is iedereen welkom en hier wordt echt naar je geluisterd. We behandelen elkaar gelijka waardig en met respect. Veel van ons hebben geen familie in de buurt en daarom zien we ela kaar als familie, als zussen. Over dit ‘Sisterhood’ hebben we vorig jaar met de Vrouwendag ook een boek uitgebracht. Daarin staan herkenbare verhalen van vrouwen uit het Vrouwencena trum. We willen daarmee andere vrouwen helpen en inspireren.’ Ambassadeurs Marion: ‘Vrouwen zijn elkaars beste ama bassadeurs. Zij helpen elkaar en maken het Vrouwencentrum bij elkaar bekend. Onze speerpunten zijn ontmoeten, verbinden en ina Vrouwenhanden verbinden. Vrouwen nemen elkaar bij de hand. Foto: Vrouwencentrum Noordoostpolder. tegreren en deze drie zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Om te kunnen integreren, moet je elkaar eerst ontmoeten en tijd en aandacht aan elkaar geven. Hierdoor ontstaat verbinding en van daaruit integratie. Dat is een heel proces dat zich niet van de ene op de andere dag voltrekt. Je moet er dus in blijven investeren. Door onze laagdrempeligheid en positieve insteek voelen vrouwen zich bij ons al snel op hun gemak. Omdat we op de vloer Nederlands praten, is het Vrouwencentrum ook een fijne plek om de taal op een praktische en natuurlijke manier te leren. We stimuleren vrouwen om steeds weer nieuwe kennis op te doen en zichzelf verder te onta wikkelen. Daarom staan er op vrijdag regelmatig kletscafés met presentaties over uiteenlopende onderwerpen op het programma. Onze activiteiten ontstaan grotendeels vanuit de wensen van de vrouwen die hier komen. Op die manier voelen ze zich gehoord en betrokken. Vrouwen leren bij ons dat ze alles mogen vragen en ze voelen zich hier vrij om te praten over moeilijke onderwerpen of over zaken die hen bezighouden. Ook leren we ze hoe ze tijd voor zichzelf kunnen nemen en dat het belangrijk is om te ontspannen’. Mahera: ‘Voor mij is het Vrouwencentrum ook heel belangrijk. Het geeft me rust om andere vrouwen te ontmoeten en goede contacten te hebben. Het Vrouwencentrum is echt een plek waar je energie kunt halen en plezier kunt hebben. Je ziet de vrouwen hier ook echt positief veranderen’. Marion: ‘Op vrijdag 6 maart vieren we dit jaar de Internationale Vrouwendag rond het thema ‘Vrijheid’. We schrijven onder andere met Amnesty International voor gevangen vrouwen en Tity Kuiken begeleidt weer een programmaonderdeel met ‘Vrouwen ontmoeten vrouwen’. De viering duurt van half 10 tot 12 uur’. Meer weten over het Vrouwencentrum? Kijk dan op http://www.vrouwennop.nl of op https://www.facebook.com/VrouwencentrumaNoordoostpoldera379006165539733/. www.boshuismedia.nl | info@boshuismedia.nl 3

4 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication