35

heeft privatisering een aanzienlijke invloed gehad op de omvang van het openbaar bestuur. Daarin zou een terugtredend openbaar bestuur zichtbaar kunnen zijn. Maar ook het tegenovergestelde lijkt te zijn gebeurd. Het meest spectaculair is uiteraard het ingrijpen van de rijksoverheid in het bank- en verzekeringswezen geweest. Het gaat hierbij om de overname door de staat van ABN AMRO in 2011 en de nationalisering van SNS Reaal door het Rijk in 2013. Formeel was de overname van ABN AMRO geen nationalisatie, bij SNS Reaal was dit wel het geval. In de moderne Nederlandse geschiedenis is nationalisatie (van in dit geval een bank) volstrekt uniek. Zodoende is hier sprake van het tegengestelde van een terugtredend openbaar bestuur in termen van invloed, beheersing en beïnvloeding. Formeel zijn deze banken in handen van NL Financial Investments (NLFI). NLFI is een stichting die namens de staat de aandelen van een viertal vennootschappen voornamelijk op het gebied van het bankwezen beheert. Het NLFI is enig aandeelhouder in ABN AMRO Group N.V., ASR Nederland N.V., SNS REAAL N.V., en Propertize B.V. Een laatste relevante indicator van een mogelijk terugtredend openbaar bestuur is deregulering. Ondanks pleidooien om te komen tot deregulering, blijkt het aantal wettelijke regels in de loop der jaren enkel opgelopen. Maar het aantal wettelijke regelingen zegt niet alles. Het gaat vooral ook om de intensiteit van de regelgeving. We kunnen stellen dat er geen aanwijzingen zijn dat het openbaar bestuur door middel van regulering terughoudender optreedt. Eerder het tegendeel is het geval. Een greep uit de wetgeving van de afgelopen jaren laat dit zien: het rookverbod in de horeca en in openbare gebouwen, een verbod op de verkoop van alcohol aan personen beneden de achttien jaar en de normering van topinkomens in de publieke en semipublieke sector (waaronder ook private organisaties als woningbouwcorporaties vallen). 4 CONCLUSIE De vraag of er daadwerkelijk een terugtredend openbaar bestuur is, laat zich niet gemakkelijk in algemene zin beantwoorden. Of het openbaar bestuur terugtreedt, en zo ja in welke mate, hangt af van de gekozen tijdsafbakening en verschilt aanmerkelijk per bestuurslaag, overheidsorganisatie, beleidssector. In deze bijdrage zijn wij daarom nadrukkelijk uitgegaan van een gelaagde opvatting van het openbaar bestuur. Deze opvatting van ‘werken voor het openbaar bestuur’ is van groot belang om de vraag of er sprake is van een terugtredend openbaar bestuur te kunnen beantwoorden. Wanneer wij ons beperken tot het openbaar bestuur zonder de ZBO’s, dan laat de periode sinds 1982 een duidelijke daling van het aantal personeelsleden zien. Ook binnen deze openbaarbestuursorganisaties is een IS ER NU WEL OF GEEN SPRAKE VAN EEN TERUGTREDEND OPENBAAR BESTUUR? 33

36 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication