59

59 4.1.1 Actiepunten: • De stad bekijkt of ze structuren kan ontwikkelen/versterken om een meervoudig en efficiënter gebruik van patrimonium van derden (privé, andere overheden, KU Leuven, scholen, …) te stimuleren en ondersteunen. • De stad ontwikkelt een regionale visie op voorzieningen in samenspraak met regionale partners. • De stad laat het voorzieningenniveau meegroeien met de bevolking en stelt hiervoor in het ruimtelijk structuurplan een ruimtelijk afwegingskader op waar deze voorzieningen het best gegroepeerd worden. Bijvoorbeeld groepering van voorzieningen in zwembadsite Wilsele, Boudewijnstadion, .. • Bij het uittekenen van grote stadsvernieuwingsprojecten wordt voldoende onderzocht welke gemeenschapsvoorzieningen hierin worden opgenomen. • Er wordt een centrale inventaris opgesteld en bijgehouden van het vastgoed van de ‘groep stad Leuven’: stad, lokale politiezone, autonome gemeentebedrijven, OCMW, … • De stad werkt een geïntegreerde visie op het vastgoedbeleid van de groep uit. Het vastgoedbeleid en –beheer van de groep wordt gebaseerd op uniforme en transparante principes. • De stad onderzoekt of het opportuun is om het administratief patrimoniumbeheer van de groep te centraliseren bij het AGSL, en in dat geval wordt de personeelscapaciteit die bij de betrokken besturen hiervoor verantwoordelijk is, gebundeld bij het AGSL. • In onderling overleg tussen de betrokken besturen wordt het patrimonium van de groep optimaal benut voor de realisatie van de stedelijke beleidsdoelstellingen (bv. activeren van gronden voor woonprojecten). Daarbij wordt het meervoudig gebruik van het patrimonium maximaal mogelijk gemaakt. • Er wordt onderzocht of het in functie van bestuurlijke efficiëntie en/of de realisatie van beleidsdoelstellingen opportuun is om het vastgoed dat de betrokken besturen zelf niet gebruiken in te brengen in of over te dragen aan het AGSL, hetzij in eigendom, hetzij in erfpacht. Concrete afspraken hierover worden vastgelegd in de beheersovereenkomst tussen de stad en het AGSL en in afzonderlijke samenwerkingsovereenkomsten tussen de betrokken besturen. • We willen bestaande en nieuwe infrastructuur gecoördineerd beheren en inzetten als gemeenschapsvoorzieningen. • Voorbeelden van projecten: CW hal 4/5, jeugdcentrum hal 9, nieuw jachthavengebouw, deelgemeentehuizen, scholen zoals bijvoorbeeld De Krullevaart, sport- en cultuurinfrastructuur 4.2 Actieplan: De stad tracht voorzieningen en commerciële activiteiten te concentreren in de bestaande handelskernen en de multifunctionele kernen. 4.2.1 Actiepunten: • Er worden verbindingsmogelijkheden uitgewerkt tussen de winkelstraten in de benedenstad: • het kernwinkelgebied krijgt aan de zijde Benedenstad een kwalitatieve afwerking met verblijfspleinen en autoluwe winkellussen. • De heropleving van het tweede deel van de Tiensestraat wordt gerealiseerd door aan te dringen op snelle maar kwaliteitsvolle ontwikkeling van site Groep T met gemeenschaps- en handelsfuncties. • We starten studies en aanbestedingsdossiers op voor de heraanleg van verschillende pleinen en straten (zie ook luik 1.5.3). • Er wordt een overkoepelende visie (als onderdeel van het structuurplan) uitgewerkt voor voorzieningencentra in de verschillende woonkernen. Op basis hiervan worden toekomstige investeringen bepaald in openbaar domein en infrastructuur voor gemeenschapsvoorzieningen : Bestuursnota Stad Leuven 2013-2018

60 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication