14

{Alle Leuvenaars inbegrepen} 3.2 CD&V Leuven wil dat de stad onverkort aandringt op een meer billijke verdeling van de centrale middelen voor alle centrumsteden. Daarnaast zal de stad zelf alle wettelijk voorziene instrumenten gebruiken om dit proces positief te beïnvloeden. Kencijfer: Het aantal officieel ingeschreven en gedomicilieerde inwoners stijgt tot 100.000. Streefdoel: Het aantal gedomicilieerde Leuvenaars die de tweedeverblijventaks verschuldigd is, is gelijk aan 0 (nul). 3.2.1 De stad dringt aan bij de Vlaamse overheid om de criteria van het gemeente- en het stedenfonds zo aan te passen dat de waarde van de dotatie per inwoner niet zo sterk onderling afwijken. Het is onbillijk dat een stad met bijna 100.000 permanente inwoners en een studentenpopulatie van grosso modo 50.000 een lager bedrag krijgt per inwoner dan verschillende, kleinere centrumsteden. Het is bijvoorbeeld onbillijk dat toeristen in kuststeden meegerekend worden voor de bepaling van de dotatie en studenten niet. 3.2.2 Met de tweedeverblijvenbelasting willen we de vele permanente inwoners van Leuven die hier echter niet gedomicilieerd zijn en bijgevolg geen belastingen betalen in de stad, dwingen om ervoor te kiezen zich hier te domicilieren. Op die manier komt het officiële inwonersaantal vermoedelijk kort of over de 100.000 inwoners zodat Leuven in een hogere categorie van het gemeentefonds terechtkomt. Op iemand die reeds gedomicilieerd is, kan per definitie nooit deze tweedeverblijventaks geheven worden. 3.3 CD&V Leuven zorgt voor een optimalisering van het budgettair, het boekhoudkundig en het schuldbeheer. Streefdoel: De gemiddelde jaarlijkse capaciteit voor schuldfinanciering wordt beperkt tot gemiddeld 15 miljoen €. Streefdoel: Het gewoon reservefonds bedraagt 15% van de totale uitgaven van het eigen dienstjaar van de laatst goedgekeurde begrotingsrekening. 3.3.1 De stad Leuven stapt mee in de nieuwe beleids- en beheerscyclus en maakt haar begroting op aan de hand van een doordacht, onderbouwd, duidelijk en kwaliteitsvol strategisch meerjarenplan. Hierbij wordt vanuit de filosofie van zero-based-budgetting, nagedacht over hoeveel middelen het bereiken van een bepaalde doelstelling waard is, eerder dan de allocatie te laten afhangen van de noodzakelijk geachte middelen. Er wordt een begroting opgesteld in functie van de gewenste resultaten en niet in functie van de gewenste middelen, kortom een prestatiebegroting. CD&V verkiezingsprogramma – Leuven – 14 oktober 2012 13

15 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication