0

Armoedebestrijding Wees moedig, sta op, Jezus roept je. Met de steun van de katholieke kerk in Aalst Dekenaat Aalst

Armoede is een grote vijand van het menselijk geluk; zij vernietigt de vrijheid en maakt het uitoefenen van sommige deugden onmogelijk en van andere zeer moeilijk. Samuel Johnson 2

Voorwoord “Een groot probleem van onze tijd is onverschilligheid”, zegt Paus Franciscus. Onverschilligheid lijkt het medicijn te worden om ons te beschermen tegen betrokkenheid, zodat we relaxed door het leven kunnen gaan. Wat mensen overkomt, moet ons uitdagen om geen muren van angst en onverschilligheid te bouwen, maar wel bruggen van ontmoeting en solidariteit, tegen alle onverschilligheid in. In deze stad van priester Daens mogen christenen ook vandaag nog het voortouw nemen in de strijd tegen onrechtvaardigheid. We moeten de kreet van de kwetsbare mens, hoe die vandaag ook klinkt, nog steeds durven horen. We moeten het onrecht ook vandaag nog durven zien, er ons door laten raken, en het vervolgens proberen om te keren, volgens de mogelijkheden die wij hebben. Goede mensen, als katholieke kerk van Aalst, willen wij ons niet neerleggen bij een samenleving waarin mensen worden uitgesloten. Priester Daens riep destijds op, om onze ‘heilige verontwaardiging’. Om het onrecht dat mensen overkomt, nooit te vergeten. Daarom willen wij deze brochure verspreiden. Een brochure waarin we ons aan de kant zetten van de kansarmen. We willen onze stem laten horen en blijvend aandacht vragen voor een meer menswaardig bestaan voor wie minder kansen heeft. Dat is onze roeping als christen, onze roeping als mens. Dank voor uw luisterend oor, dank voor uw engagement voor een betere wereld. Marc Verwaeren Deken van Aalst 3

Inhoud • Wat is armoede? • De roep van de Bijbel • Mensen in armoede aan het woord • Waar dromen mensen in armoede van? • Wat doen we dan met al onze vooroordelen? • Hoe kunnen wij het verschil maken? • Project JUBE KIDS 5 8 10 14 16 18 20 • Contactgegevens 22 • Gebed 23 4

Korte situering Eén op de vijf Belgen leeft volgens de Europese indicatoren in armoede of heeft een verhoogd risico om in armoede terecht te komen. Eén op zes Belgen moet rondkomen met een inkomen onder de Europese armoedegrens en één op de twintig bevindt zich in een situatie van ernstige materiële tekorten. Vele gezinnen kunnen maar amper de eindjes aan mekaar knopen. Ze kunnen onmogelijk een spaarpotje aanleggen, zelfs al werken ze. Ze leven hierdoor dagelijks in grote onzekerheid. Ook in Aalst leven er tussen de 8000 en 10000 gezinnen in armoede. Overal in Vlaanderen voeren armoedeverenigingen regelmatig actie om de structurele verarming van alleenstaanden, gezinnen en de afbouw van middelen voor openbare diensten en verenigingen aan de kaak te stellen. Wat is armoede? Armoedebestrijding is vandaag één van de belangrijkste uitdagingen van onze maatschappij. We kunnen niet spreken over de ‘armen’ in onze stad want mensen in armoede vormen geen homogene groep. Armoede treft in het bijzonder laaggeschoolden, alleenstaanden, chronische zieken, gepensioneerde arbeiders, mensen met een fysieke of psychische beperking, werkzoekenden, enz. Armoede is vaak chronisch van aard. Mensen die als kind zijn opgegroeid in een kansarm gezin, hebben het moeilijk om uit de armoede weg te geraken. 5

Armoede is een te laag inkomen om fatsoenlijk te leven Bij armoede denken we vaak het eerst aan een tekort aan eten, kledij of geld. Maar het gaat veel verder dan dat. Mensen leven in armoede, als zij niet aan onze samenleving en aan onze cultuur kunnen deelnemen. Armoede is altijd een kwestie van een te laag inkomen om fatsoenlijk te kunnen leven. De hoge kosten voor huur, energie, ziekte, school en de afbetaling van schulden laten weinig marge voor andere zaken. Armoede heeft vele gezichten Armoede kan verschillende vormen aannemen, de ene al zichtbaarder dan de andere. Bijvoorbeeld: het gebrek aan een betaalbare en leefbare woning, de winter in de kou doorbrengen bij gebrek aan geld, met tandpijn blijven lopen omdat je de tandarts niet kunt betalen. Ook de kinderen niet mee op sportkamp kunnen sturen, zorgt voor veel verdriet. Maar het kan ook gaan over grote frustraties omdat je geen werk kan vinden, omdat je door omstandigheden geen diploma hebt behaald, of omdat je Nederlands nog niet goed genoeg is. Het kan gaan over discriminatie of over racisme. Armoede gaat ook over ‘je schamen over je situatie’. Over verdriet en wanhoop. Over uitsluiting en afgewezen worden. Kortom: het gevoel hebben dat je er niet bij hoort of dat je als persoon niet waardevol bent. Over nergens uitgenodigd worden en zelf niet durven uitnodigen… Oorzaken van armoede Mensen kunnen op veel manieren in armoede geraken. Zo kan een persoonlijke tegenslag aan de basis liggen: een ziekte, een scheiding, een ongeval, een overlijden van de partner, een faillissement, een reorganisatie waardoor je je job verliest, enz. 6

Al te vaak worden mensen in armoede zelf met de vinger gewezen. Er spelen echter ook maatschappelijke en economische factoren mee zoals: stijgende huurkosten, dure basisproducten als elektriciteit, energie en water, geplafonneerde of dalende uitkeringen, de afbouw van maatschappelijke dienstverlening en sociale zekerheid, enz. Gevolgen van armoede Armoede schaadt het individu, het gezin, de school, de geloofsgemeenschap en de hele samenleving. Wie in armoede leeft, krijgt niet alleen te maken met betalingsachterstallen, maar op persoonlijk vlak ook met psychische en lichamelijke klachten, met gevoelens van schaamte en vernedering, met eenzaamheid en sociaal isolement. De stress die daarmee gepaard gaat, leidt al eens tot korte-termijn-denken en overlevingsstrategieën, en dus tot foute keuzes. Gezinnen in armoede worstelen met allerlei frustraties die vaak hun weerslag hebben in de opvoeding en het algemeen welzijn van elk gezinslid. Door gebrek aan kansen (opleiding, werk, sport, hobby) zijn de gezinsleden sterk op elkaar aangewezen, waardoor ze zich terugtrekken in de kleine wereld die ze kennen waarmee ze vertrouwd zijn. Op het niveau van de samenleving leidt armoede bovendien tot meer schuldenlast, meer uithuiszettingen, meer zieken, meer kosten, maar bovenal tot een groot verlies aan talent, creativiteit en mogelijkheden omdat mensen in armoede onvoldoende de kans krijgen om zich te ontwikkelen. 7

De roep van de bijbel God is begaan met mensen Het roepingsverhaal van Mozes vertelt ons een verhaal over de relatie tussen God en de mensen. “Ik heb de ellende van mijn volk in Egypte gezien en de jammerklachten over hun onderdrukkers gehoord. Ik ken hun lijden en ben afgedaald om hen te bevrijden…” (Exodus 3, 7-8) Het verhaal toont ons de ware identiteit van de Bijbelse God. God is geen onverschillige God. Hij hoort de schreeuw van de verdrukte mens. God wordt geraakt tot in zijn diepste wezen, door de ellende van zijn volk. Hij staat aan de kant van de verdrukte mens en wil bevrijdend tussenkomen. Mozes wordt geroepen om mee te stappen in de plannen van God. Het roepingsverhaal van Mozes is het roepingsverhaal van elke christen: een uitnodiging om het bevrijdend werk van God mee te helpen realiseren. In Jezus komt God ons nabij Tweeduizend jaar geleden daalde God opnieuw af in Jezus Van Nazareth. Nog nooit in de geschiedenis werd zo duidelijk wie God is. In Jezus kwam God ons heel nabij: bedroefden schonk Hij troost, zondaars vergeving, vertwijfelden hoop, zieken gezondheid, vernederden waardigheid en uitgestotenen een ereplaats. Jezus bouwt aan Gods droom: een wereld zonder onrecht, zonder uitsluiting, een wereld waar elke mens tot zijn recht komt, ook de kwetsbare mens. 8

Onze roeping als christen Christenen laten zich raken door de liefde van God en gaan gaandeweg steeds meer op Hem lijken. Daarom engageren ze zich met iedereen die zich inzet voor een betere wereld, waarin we elkaar omarmen en onze bezittingen met elkaar delen. Een wereld zonder angst, zelfzucht of onverschilligheid. Ook wij worden vandaag door God geroepen om te getuigen van Gods liefde en mee te werken aan een wereld zonder uitsluiting. Kwetsbare mensen dienen is God dienen. Jezus is hierbij ons grote voorbeeld: “Door het voorbeeld van Christus, die voor ons gestorven is, weten wij wat echte liefde is. Daarom moeten ook wij ons leven opofferen voor onze broeder. Als iemand genoeg heeft om van te leven en ziet dat zijn broeder of zuster gebrek lijdt, maar zich verhardt en hem niet helpt, hoe kan Gods liefde dan in Hem blijven? Vrienden, wij moeten ophouden te zeggen dat we van elkaar houden. Wij moeten van elkaar houden en het uit onze daden laten blijken.” (1 Joh 3: 16-18) “Wat je voor de minsten hebt gedaan, dat heb je voor mij gedaan” (Mt. 25, 40) 9

Mensen in armoede aan het woord Korte inleiding Hieronder vind je een aantal persoonlijke verhalen neergeschreven. Om de privacy van mensen te waarborgen, zijn de namen fictief gekozen en werden hier en daar enkele details gewijzigd (zonder afbreuk te doen aan de realiteit). We hebben geprobeerd om mensen met een verschillend profiel aan het woord te laten. Het zijn verhalen die laten zien dat jij en ik verschil kunnen maken. Want de meest grondige strijd tegen elke vorm van armoede is het herwaarderen van christelijke waarden als: solidariteit, vriendschap, dienstbaarheid, enz. Het verhaal van Karel Karel is een alleenstaande man. Hij werd invalide toen hij 14 jaar geleden met de fiets is omver gereden. De chauffeur was voortvluchtig, waardoor Karel zelf voor alle kosten moest opdraaien. Door zijn invaliditeit verloor hij zijn werk in de fabriek. Om kosten te besparen ging hij bij zijn vader gaan wonen. Karel wist niet dat zijn vader schulden had opgebouwd en uit zijn huis dreigde gezet te worden. Niemand zet zijn oude vader op straat, dus betaalde Karel met zijn uitkering mee de schulden van zijn vader af. Vandaag delen vader en zoon een heel sober leven. Karel helpt zijn buurman met het kweken van groenten en kan daarmee voor zichzelf en zijn vader regelmatig een maaltijd bereiden. Dit maakt voor hen een wereld van verschil. En hij voelt zich opnieuw nuttig… Het verhaal van Vincent Vincent is 32 jaar en werkt als operator in een fabriek. Hij is getrouwd met Rita en samen hebben ze 2 kinderen. Rita is aan het revalideren van een ernstige ziekte. Vincent is af en toe tijdelijk werkloos, omdat er te weinig werk is. Nochtans hebben ze het geld hard nodig, aangezien Rita ook geen inkomen heeft en de ziekenhuiskosten oplopen. 10

Vincent durft niet van werk te veranderen, omdat hij geen diploma heeft. Hij is opgegroeid in een gezin zonder vader. Nu hij zelf vader is, voelt hij zich heel onzeker. Hij vindt zichzelf geen goede vader, omdat hij aan zijn kinderen niet kan geven wat ze nodig hebben. Op school is er nood aan ouders die af en toe een handje kunnen toesteken. De meester heeft Vincent gevraagd om hen te helpen op de momenten dat hij thuis is. Daar blijkt dat Vincent best handig is en goed met kinderen kan omgaan. Hij wordt er omringt door kinderen die aan zijn benen hangen en hem een knuffel willen geven. Vincent beseft hierdoor dat hij toch nog niet zo’n slechte vader is… Het verhaal van Kobe Kobe is 13 jaar en zit in het 1e middelbaar. Hij wil graag meubelmaker worden. Hij heeft van de leerkracht een lijst meegekregen van het materiaal dat ze nodig hebben in de praktijklessen. De ouders van Kobe kunnen het gereedschap niet in één keer aanschaffen. Vooral de beitels zijn heel duur. Hij mag zolang het nodig is met de beitels van de school werken. Op een dag ontbreekt er een beitel in de gereedschapskist van de school. Kobe wordt zonder pardon als schuldige aangewezen. De leerling die hem beschuldigt zegt: ‘Ik ken jullie volk. Op de plek waar jij woont, wonen alleen maar dieven en armoezaaiers’. Een andere leerling heeft ondertussen de beitel gevonden. Die is met het afvalhout per ongeluk mee in de afvalbak gegooid. Na school vertelt Kobe aan de leerkracht dat het nog maanden kan duren, vooraleer zijn ouders de beitels kunnen aankopen. De leerkracht roffelt in zijn eigen werkbak en geeft hem de nodige beitels. Hij mag het materiaal in zijn persoonlijke werkkoffer steken, zodat de andere leerlingen niet zien dat hij ze telkens moet lenen. Een paar dagen later, staat er op het bureau van de leerkracht een zelfgemaakte gsm-houder te pronken, die gemaakt is uit een kapotte tafelpoot. Niet slecht gedaan door iemand van dat armoedig volk… Het verhaal van Mariette Mariette is een weduwe van 82 jaar. Haar man is 7 jaar geleden overleden. Hij heeft heel zijn leven in de textielindustrie gewerkt. Mariette is het gewoon om de eindjes aan elkaar te knopen. Het gezin 11

heeft niet kunnen sparen. Daarvoor verdiende haar man te weinig. Mariette houdt van schoonheid en mooie dingen. Ze luistert heel graag naar muziek, leest boeken en geniet van theater- en toneelvoorstellingen. Ze probeert elke maand een beetje geld opzij te leggen voor haar begrafenis, want ze wil niet anoniem in de grond gestopt worden. Mariette helpt de kinderen van haar nieuwe buren met lezen en schrijven. Daarbij vertelt ze aan de kinderen ronduit over de boeken die ze heeft gelezen, over kunst, muziek en alle schoonheid die ze in haar leven gezien en gehoord heeft. Want ze vindt het belangrijk dat kinderen opgroeien met een rijke cultuurachtergrond. En tegelijkertijd geniet ze van het gezelschap in haar huis, want als je oud, arm en alleen bent kunnen de dagen lang duren. Het verhaal van Alfons Alfons is een weduwnaar van 76 jaar. Hij is maar tot zijn 14 jaar naar school geweest en kan amper lezen en schrijven. Hij is een heel eenvoudige man, van weinig woorden. Alfons is een diepgelovig man. Maar naar de mis gaat hij al lang niet meer. Hij heeft er zich trouwens nooit welkom gevoeld. Iemand heeft hem er ooit gezegd dat hij stinkt en met zijn slordige kledij een belediging voor God in de kerk is. Sindsdien is hij er nooit meer geweest. Maar hij is zijn geloof niet kwijt geraakt. Zijn moeder heeft hem leren bidden en hem laten zien dat het belangrijk is om alle mensen lief te hebben. Vandaag woont Alfons in een rusthuis. Hij doet er elke dag zijn ronde om met de bewoners een praatje te maken. Ook met de mensen die potdoof zijn. ’s Avonds ontsteekt hij een elektrisch kaarsje bij het kruisbeeld dat op zijn nachttafel staat (want een echte kaars mag hij er niet doen branden). In zijn dagelijks gebed somt hij de namen op van alle mensen die hij kent. 12

Het verhaal van Anneleen Anneleen is een meisje van 14 jaar en de beste vriendin van Hanne. Anneleen woont met haar mama in een vochtig appartementje. Hanne woont met haar beide ouders in een alleenstaand huis met een grote tuin. Anneleen en Hanne kennen elkaar al van in de kleuterklas. De moeder van Hanne had aan de mama van Anneleen voorgesteld om haar dochter op te halen van school en thuis af te zetten. De moeder van Anneleen is namelijk psychisch ziek. Soms lukt het haar goed om voor Anneleen te zorgen, op andere momenten lukt het minder. Er zijn weinig woorden nodig om de situatie goed in te schatten, waardoor op sommige momenten Anneleen even bij Hanne blijft logeren. Hanne geniet ervan als Anneleen blijft logeren. Als het van haar afhangt zou ze alle dagen mogen blijven. Dat wil Anneleen niet, want ze heeft zelf ook een mama. Op de momenten dat haar mama zich goed voelt, is het fijn om bij haar te zijn en samen dingen te doen. Ook Hanne is er dan vaak bij. De mama van Anneleen kan immers goed knutselen en naaien. Alle herstelwerk van de familie van Hanne komt bij de moeder van Anneleen terecht. De gordijnen, die je in het huis van Hanne kan bewonderen zijn prachtig om te zien. 13

Waar dromen mensen in armoede van? “Ik droom van een droog huis, met 3 slaapkamers, een badkamer en een klein tuintje. Dan zou ik bij mooi weer op mijn terras zitten en genieten van mijn kinderen die buiten spelen. Ik zou mijn kinderen goed willen afsoppen terwijl ze in bad zitten, in plaats van mij kwaad te moeten maken omdat ze het niet leuk vinden en tegenwerken als ik ze aan de pompbak in de keuken was. Dan zou mijn zoontje zijn dinopark op zijn slaapkamer kunnen laten staan, zodat het niet elke keer opnieuw moet afgebroken worden, omdat we de tafel nodig hebben om te eten of om huiswerk te maken.” (Lieve - 32 jaar) “Ik droom van een fijne job, met toffe collega’s om mij heen. Ik zou graag iets voor mensen willen doen, zoals een verpleegster. Ik heb een beroerte gehad waardoor ik mij niet lang meer kan concentreren, dus studeren of werken zit er voor mij niet meer in. Maar als ik de kans kreeg zou ik het liefst op de kinderafdeling van een ziekenhuis willen werken, om alle ouders gerust te stellen dat er goed voor hun kindje gezorgd zal worden.” (Sorah - 43 jaar) “Ik droom ervan om tennislessen te volgen. Maar mijn mama en papa kunnen dat niet betalen. En ze zeggen dat ik mij daar niet thuis zou voelen, omdat de tennisclub iets is voor rijke kindjes. En ik droom er ook van om eens naar Disneyland in Parijs te gaan. Bijna alle kindjes van mijn klas zijn daar ooit al geweest. Dan kan ik ook eens een prinses zijn” (Mieke - 8 jaar) “Ik droom ervan om ook eens mee te mogen gaan op een buitenlands kamp. Vorig jaar zijn er een paar jongens van mijn klas naar Portugal gegaan en ze hebben daar heel leuke dingen gedaan, zoals klimmen, kajakken, duiken, enz. Zo’n kamp kost veel geld en je moet veel spullen meenemen zoals 2 paar sportschoenen, kampgerief, een snorkel, zwemvliezen, enz. Toen ze terug waren toonden ze mij de foto’s op hun smartphone en snapten niet 14

waarom ik niet mee wou gaan. Ik heb hen verteld dat ik op mijn zieke opa moest passen, want ik durfde de echte reden niet vertellen” (Kevin - 14 jaar) “Ik droom ervan om eens met de mannen na het werk mee te kunnen gaan naar de voetbalmatch of naar een optreden. Het is de traditie op mijn werk, om 2 x per maand iets met de collega’s te doen. Die dingen kosten meestal geld, waardoor ik altijd afhaak. Wij hebben thuis geen geld teveel. En als we eens wat over hebben, wil ik eerst met de kinderen op uitstap gaan. Sommige van mijn collega’s vinden mij hierdoor asociaal. Ze moesten eens beter weten. Maar ja, ik loop niet te koop met onze thuissituatie. Ik wil niet dat ze mij daar voor aankijken” (Achmed - 29 jaar) “Ik droom van een woning met een balkon of met een koertje. Dan zou ik mijn was buiten kunnen hangen om te drogen. Er zijn momenten dat gans ons huis vol met natte was hangt, zodat we elkaar met moeite kunnen zien zitten. Op die momenten krijgen we ons huis ook niet goed verwarmd. Alles voelt klam aan en de vensters zijn continue aangedampt” (Kathleen - 37 jaar) “Ik droom ervan om eens met ons gezin op restaurant te kunnen gaan. Zoiets moet je als kind toch een keer kunnen mee maken in je leven. Ik zou er van genieten om de kaart te nemen en te zeggen tegen mijn kinderen dat ze mogen kiezen wat ze willen, zonder op de prijs te letten” (Rudy - 41 jaar) “Ik droom nog steeds van een maatpak, met alles erop en eraan zoals: een mooi hemd, blinkende schoenen, een mooie wandelstok, een hoed en bijpassende handschoenen. Dan zou ik met mijn mooi pak in het park gaan wandelen, op een bank gaan zitten en alle voorbijgangers hartelijk groeten. Dan zouden de mensen naar mij opkijken en denken dat daar een vriendelijke mijnheer zit” (Victor - 81 jaar) 15

Wat doen we dan met al onze vooroordelen? We hebben enkele vooroordelen over mensen die in armoede leven aan de doelgroep zelf voorgelegd en gepolst naar hun reactie op deze manier van denken. Ja, we eten dikwijls ongezond We kunnen helaas niet altijd creatief zijn in de keuken. Soms eten we de laatste dagen van de maand alleen maar spaghetti, of frietjes met frikandellen, of pannenkoeken gemaakt van de melk en bloem uit de voedselbank. Want verse en gezonde voeding zoals vlees, vis, groenten en fruit zijn voor ons erg duur. Ja, we lachen wel eens met onze eigen en andermans miserie Door onnozel te doen, door te zeveren of humoristische praat te verkondigen, kunnen we even onze pijn vergeten. Door samen te lachen, minimaliseren we onze situatie en gaan we er eventjes bovenuit zweven. Ja, aan onze honden of katten komt niemand Onze hond of kat aanvaarden ons zoals we zijn. Ze geven ons onvoorwaardelijke vriendschap. We worden door onze dieren hartelijk begroet als we thuis komen. Die kijken niet neer op de beschimmelde muren of de slechte staat van onze meubels. Ja, we willen niets liever dan dat onze kinderen een diploma halen We sparen het eten uit onze mond om ervoor te zorgen dat onze kinderen het beter hebben dan wij. We halen alles uit de kast om ervoor te zorgen dat onze kinderen zo weinig mogelijk opvallen tussen alle andere kinderen. Maar het is een heel oneerlijke strijd, die we moeilijk kunnen winnen. Ja, we willen heel graag een deftige en goedbetaalde job Wij zouden niet liever willen dan elke dag goed gekleed naar ons 16

werk gaan. Wij moeten helaas genoegen nemen met de slechtste jobs, die niemand anders wil, omwille van de onmogelijke uren of omdat ze onderbetaald zijn. Ja, we zouden die smartphone misschien beter niet gekocht hebben Wij dromen ervan om net als alle andere mensen te zijn. Wij vinden het ook leuk om eens te genieten van iets dat we eigenlijk zouden kunnen missen. Waardoor we wel eens impulsief zijn. Zeker als het om onze kinderen gaat. Om even een kort moment van kleur te ervaren, want alle andere dagen zijn even grauw en grijs. Ja, wij vullen liever ons boodschappenkarretje in de supermarkt of buurtwinkel Wie denkt dat het een hele eer is om naar de voedselbank of de sociale kruidenier te gaan, mag gerust eens met ons meegaan. Wij moeten niet kiezen of we vanavond zalm of biefstuk gaan eten. Wij moeten dankbaar zijn met wat er voorhanden is, of we het nu lekker vinden of niet. Ja, wij vinden ‘vrijheid van denken en handelen’ een groot goed Wij hebben net als iedereen persoonlijke voorkeuren, verlangens en dromen. Als je arm bent, leer je om niet kieskeurig te zijn. We hebben dikwijls niet veel om te kiezen. En er zijn genoeg mensen rondom ons, die vinden dat ze in onze plaats mogen kiezen en zich zelf de vraag niet meer stellen wat we ervan vinden. Wij hebben het gevoel dat we voor alles wat we doen of niet doen verantwoording moeten afleggen. Ja, wij genieten ook graag van ‘de geneugten’ van het leven Wij drinken graag eens een goed glas wijn op een terrasje. Wij genieten er ook van om 1 x per jaar met onze kinderen naar een pretpark te gaan. Er zijn mensen die moeite hebben met het feit dat we hier en daar korting krijgen. Die vinden dat wij dat niet verdienen of daar geen recht op hebben. 17

Hoe kan jij verschil maken? Mensen leven in armoede omwille van een te laag inkomen om fatsoenlijk te leven. De samenleving moet door structurele en duurzame maatregelen dat inkomen optrekken. Als kerk strijden wij mee voor een meer solidaire en rechtvaardige samenleving. Ook jij als christen kan het verschil maken. Sluit vriendschap met een persoon of een gezin in armoede. Zoek gaandeweg uit wat je voor elkaar kan betekenen. Zoek naar een evenwaardige balans in de vorm van het ‘geven’. Moedig je kinderen aan om vriendschap te sluiten met een kind dat opgroeit in armoede. Kinderen lukken daar doorgaans veel beter in dan volwassenen (zolang ze onbevooroordeeld zijn). Nodig eens een persoon of gezin in armoede bij je thuis uit op de koffie, zonder te verwachten dat ze je nadien terug vragen. Heb voldoende geduld, als je met mensen in armoede omgaat. De barre omstandigheden hebben hen moe en angstig gemaakt, waardoor ze niet onmiddellijk staan te springen als iemand hen de hand reikt. Wees niet te kritisch als ze eens de mist ingaan of een fout maken. Mensen in armoede krijgen meestal niet zoveel krediet als ‘begoede mensen’. Probeer hen te betrekken bij dingen die jezelf doet. Pols hen interesses en nodig hen uit om eens met je mee te gaan (joggen, zingen, dansen, wandelen, buurtfeesten, volkstuinen, gratis activiteiten). 18

Doe geen dingen zonder daar eerst met het gezin in armoede over te praten (zoals eten kopen, kledij geven, enz.). Overstelp hen ook niet ongevraagd met al je ‘afdankertjes’ of overbodige spullen. Wijs mensen de weg naar de juiste hulpverlening, als je merkt dat ze de weg niet kennen. Ga de eerste keer met hen mee om de drempel naar de hulpverlening te verlagen en hen te ondersteunen. Neem het roer niet van hen over. Laat mensen er-zijn in hun eigenwaarde. Je kan wel een voorstel doen om te helpen. Wees niet verontwaardigd als mensen niet op je aanbod ingaan. Creëer kansen zodat iedereen kan deelnemen aan het maatschappelijke leven. Je kan kinderen die opgroeien in armoede helpen bij het leren lezen, zwemmen, tuinieren, sporten, enz. Je kan volwassenen helpen met kledij repareren, papieren invullen, herstelwerken aan huis, enz. Doe vrijwilligerswerk bij een organisatie die zich inzet voor het welzijn van mensen in armoede. Doe mee aan een actie die gericht is op armoedebestrijding. Doneer aan een organisatie die zich inzet voor het welzijn van mensen in armoede. Steun ons project JUBE KIDS waarmee we kinderen en jongeren, die opgroeien in kansarmoede, willen helpen bij de ontwikkeling van hun talenten (zie pagina 20 - 21). 19

Project jube kids Beschrijving van het fonds JUBE KIDS is een diaconaal project dat kinderen uit een kansarm gezin helpt zoeken naar financiële of materiële middelen, zodat ze hun talenten goed kunnen ontwikkelen via naschoolse activiteiten. Met het project willen wij kinderen helpen om hun talenten en vaardigheden te ontplooien, zodat ze bij het opgroeien meer kansen krijgen om uit de kansarmoede weg te geraken. Om dit project mogelijk te maken richt het dekenaat Aalst een fonds op. Voor wie is het fonds bedoeld? Voor kinderen en jongeren tussen de 6 en 18 jaar, die opgroeien in een kansarm gezin in de regio Aalst. We willen ons hierbij focussen op de interesses en de talenten van het kind zelf en op die manier zijn of haar intellectuele, emotionele, sociale of spirituele ontwikkeling stimuleren. Tegelijkertijd willen we ook aan het kind de mogelijkheid geven om volop te genieten van datgene waarvoor hij of zij zelf gekozen heeft. Alle hulp kadert in een breder plan en is er op gericht om de leefsituatie van de jongere te verbeteren. De aanvragen verlopen via een vaste procedure en worden gescreend op basis van een aantal vastgelegde criteria. Waarvoor kan iemand een aanvraag indienen? • Het inschrijvingsgeld van een naschoolse activiteit, hobbyclub of cursus. • De aankoop van educatief materiaal dat nodig is om mee te kunnen doen. • Het lidgeld van een sportclub. • De aankoop van kledij, schoenen of materiaal dat nodig is om mee te kunnen doen. 20

Hoe kan jouw sponsering een kansarm kind helpen? Schrijf je in als meter of peter van het project JUBE KIDS voor de periode van één jaar via het contactformulier in deze brochure of via de website. • Voor 5€, 10€ of 15€ per maand kan je ons helpen om een kansarm kind de ondersteuning geven die het nodig heeft en de kansen die het verdient. • Als er na een jaar een positieve evaluatie volgt, kan het meterof peterschap vrijwillig worden verlengd… • Belangrijk: Om de privacy van het kind en het gezin te waarborgen, worden er geen contactgegevens uitgewisseld. Alle communicatie verloopt via de sociaal-pastorale medewerker (Eddy De Pauw). • Zowel een individu of gezin, als een kerkgemeenschap, een vereniging, een organisatie of een bedrijf kan het meter- of peterschap van een kind opnemen. Wie het project met een vrije gift wil ondersteunen en op die manier wil bijdragen aan de ontwikkeling van een aantal kinderen in kansarmoede, is uiteraard ook welkom. Wat mag je als meter of peter van ons verwachten? • Een nieuwsbrief met informatie over de impact van je gift. • Een persoonlijkheidsprofiel met de interesses en favoriete onderwerpen van de kinderen die we ondersteunen. • Op regelmatige basis een nieuwsbrief met verhalen van de kinderen en de gezinnen die we ondersteunen. • Een financieel jaaroverzicht over de ontvangen en uitgegeven giften. Hoe kan je betrokken geraken bij dit project? • Je kan intekenen op onze digitale nieuwsbrief om verder geïnformeerd te worden over de inhoud en het verloop van het project. • Je kan ons project ondersteunen door het mee te helpen bekend maken bij kansarme gezinnen in de regio van Aalst. 21

Wil je graag met ons mee op de bres gaan staan? • Bezorg ons dan je contactgegevens via bijhorende folder. • Bezoek regelmatig onze website. Onze contactgegevens: Eddy De Pauw De Mantel van Sint-Maarten Sint-Martensplein 4 9300 Aalst 0499 83 33 43 053 71 18 44 eddy.de.pauw@outlook.com www.armoedebestrijdeninaalst.com Sponsorplan BE 68 7350 5351 9534 22

We kunnen u niet domweg bidden, o God om aan de oorlog een einde te maken want wij weten dat u de wereld zo gemaakt hebt dat de mens zijn eigen weg naar de vrede moet vinden bij zichzelf en bij zijn naaste. We kunnen u niet domweg bidden, o God om een eind te maken aan de hongersnood want U hebt ons de middelen gegeven om de hele wereld van voedsel te voorzien als we er maar wijs gebruik van maken. We kunnen u niet domweg bidden, o God om vooroordelen uit te roeien want U hebt ons al ogen gegeven om in ieder mens het goede te zien als we er maar een juist gebruik van maken. We kunnen u niet domweg bidden, o God om een einde te maken aan de wanhoop want U hebt ons de macht al gegeven om sloppenwijken op te ruimen en weer hoop te schenken als we die macht maar rechtvaardig gebruiken. Daarom bidden we U in plaats daarvan, o God om kracht, vastberadenheid en een sterke wil om te doen, in plaats van alleen maar te bidden om te zijn, in plaats van te willen hebben. Rabbi Jack Riemer, geciteerd in Harold Kushner in ‘Als het kwaad goede mensen treft’ 23

Dekenaat Aalst

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
Home


You need flash player to view this online publication