4

2 Onlangs heeft opa mij serieus in de war gebracht. We geraakten aan de praat en hij reageerde helemaal anders, dan dat ik van hem gewoon ben. Hij ging niet langer mee in mijn verhaal. Hij zei niet langer: ‘wat erg voor jou’. Hij zei (en ik vond het bikkelhard): “Weet jij wat je moet doen? Je moet stoppen met alleen maar medelijden met jezelf te hebben”. In plaats van alleen maar te klagen over mijn leven, moest ik maar eens proberen om een andere jongen te worden. Hij zei: “Wat doe je zelf? Probeer jij het anders of beter te doen?” Als ik er goed over nadacht, moest ik toegeven dat hij eigenlijk wel gelijk had. Als ik mijn levenssituatie wou veranderen, moest ik eerst zelf veranderen. Hij gaf mij een boek mee over het leven van een Afrikaanse jongen die opgroeide in een arme kleine gemeenschap, waar de bewoners warm en hartelijk met elkaar omgingen. Die jongen kon met al zijn verhalen bij zijn familie en vrienden terecht en zo zijn grote en kleine zorgen met hen delen. Ik heb het boek in één adem uitgelezen. Die warmte en geborgenheid wilde ik ook. Ik begon al huilend na te denken. Ik herinnerde mij de woorden van mijn opa, die zo fel tegen mij gesproken had. Ik kon mij herinneren dat hij zei, dat ik altijd bij hem terecht kon met mijn verhalen. En ik besloot dat te doen. Ik barste bij hem in tranen uit. Ik kon het niet langer allemaal voor mijzelf houden. En hij liet dat toe.

5 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication