74

2019 - 2020 de klacht en doet daarover een uitspraak. De kosten voor inschakeling van deze onafhankelijke derde worden gedeeld door de werkgever en het OAJ. m. In geval van een werkingssfeer-overlap met een andere cao, wordt voorafgaand aan de behandeling van het ontheffingsverzoek, een gesprek gevoerd met een vertegenwoordiging van deze andere cao om het geschil binnen een periode van 3 maanden in onderling overleg op te lossen. Mocht dit binnen deze periode van 3 maanden niet leiden tot overeenstemming, kunnen partijen bij beide cao’s gezamenlijk besluiten tot het inschakelen van een derdedeskundige om tot een oplossing te komen. 2 Aan een ontheffingsverzoek volgens artikel 2.6b worden de volgende voorwaarden gesteld: In aanvulling op de bovenstaande voorwaarden, gelden in het geval van een ontheffingsverzoek volgens artikel 2.6b de volgende aanvullende voorwaarden: De werkgever is verplicht het verzoek tot ontheffing te voorzien van: a. Een vermelding van de cao-bepaling(en) waarvan ontheffing wordt gevraagd. b. De namen en adressen van de werknemers ten behoeve van wie ontheffing wordt gevraagd, en een afschrift van hun arbeidsovereenkomst. c. Een beleidsplan waaruit de visie van de werkgever op zijn wijze van hulpverlening blijkt. d. De redenen waarom ontheffing wordt gevraagd. e. Een concreet en gemotiveerd voorstel over de na de ontheffing van toepassing zijnde arbeidsvoorwaarden. f. Een bewijs dat de OR of – bij het ontbreken daarvan – de PVT instemt met het verzoek tot ontheffing en met het onder sub e. genoemde voorstel. Cao-partijen toetsen bij een ontheffingsverzoek in ieder geval de navolgende punten: - De redenen waarom ontheffing wordt gevraagd dienen voldoende gegrond te zijn. - De arbeidsvoorwaarden voor de werknemers dienen voldoende gewaarborgd te zijn. - De door de werkgever voorgestelde arbeidsvoorwaardenregeling(en) mag (mogen) niet in strijd zijn met wettelijke bepalingen. Pagina 74 van 95

75 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication