85

Jeugdzorg 2017 - 2019 Bijlage 6 Wachtgeldregeling 1 en 2 Zie artikel 3.10a van de cao. Voor de leesbaarheid hanteren we in deze bijlage de termen ‘werknemer’ en ‘werkgever’. Met ‘werknemer’ wordt de persoon bedoeld die op grond van artikel 3.10.a en deze bijlagen aanspraak kan maken op wachtgeld. De persoon is niet meer in dienst van de (voormalige) werkgever. Met ‘werkgever’ wordt de voormalige werkgever van de werknemer bedoeld, die één van de twee wachtgeldregelingen toepast. Er zijn twee wachtgeldregelingen. Kijk in artikel 3.10.a onder welke wachtgeldregeling de werknemer valt. Artikel 1 Wachtgeldregeling 1 1.1. Voor wie geldt wachtgeldregeling 1? a. Wachtgeldregeling 1 geldt voor werknemers die genoemd zijn in artikel 3.10.a.2. Deze werknemers komen in aanmerking voor een maandelijkse wachtgelduitkering die de werkgever betaalt. Deze uitkering begint op de datum van het ontslag. b. De berekeningsgrondslag voor het wachtgeld is het salaris dat de werknemer verdiende in de maand voordat hij ontslagen werd, inclusief vakantietoeslag. Heeft de werknemer geen vast maandsalaris, dan vindt de berekening van het salaris in onderstaande situaties als volgt plaats: - Als de werknemer het afgelopen jaar een wisselend salaris had, dan wordt bij de berekening van het salaris uitgegaan van het gemiddelde salaris dat de werknemer kreeg over de 12 volle kalendermaanden vóór zijn ontslag, inclusief vakantietoeslag. - Als aan de werknemer een vergoeding voor onregelmatige diensten werd toegekend, dan wordt bij de berekening van het salaris de gemiddelde vergoeding per maand, berekend over de 12 volle kalendermaanden vóór zijn ontslag, meegenomen. Ook hier geldt dat de vakantietoeslag wordt meegenomen. c. Als het salaris dat hij verdiende voor zijn ontslag, door cao-loonstijgingen wordt aangepast (anders dan door een periodieke salarisverhoging), dan wordt bij de berekeningsgrondslag uitgegaan van dit aangepaste salaris, gerekend vanaf de datum waarop het salaris is veranderd. 1.2. De werknemer schrijft zich in bij het UWV werkbedrijf. Als de werkgever de werknemer heeft meegedeeld dat hij ontslagen gaat worden, dan moet de werknemer zich binnen 14 dagen inschrijven bij het UWV werkbedrijf, en zorgen dat hij ingeschreven blijft. Maar als de werknemer zich volgens de regels van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid niet hoeft in te schrijven bij het UWV werkbedrijf, dan is de werknemer vrijgesteld van deze inschrijvingsplicht. 1.3. Wat wordt er bedoeld met diensttijd? In wachtgeldregeling 1 wordt het volgende met diensttijd bedoeld: a. De tijd dat de werknemer een arbeidsovereenkomst had voor bepaalde of onbepaalde tijd bij een werkgever die valt onder deze cao, de cao Gezinsverzorging of het Rechtsreglement Bijzonder Jeugdwerk. b. Van deze diensttijd wordt een periode afgetrokken in de volgende situaties: 1. Is de werknemer door ontslag langer dan een jaar niet in dienst geweest? Dan wordt de periode die aan de onderbreking vooraf gaat niet meegeteld voor de bepaling van zijn diensttijd. Behalve als er sprake is van de situatie in artikel 1.4, lid b en c. 85 van 108

86 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication