5

3e uitgave 2014 Maar de huisarts is gebleven, zijn positie is sterker dan voorheen. Ik herhaal dus die uitspraak maar zeg er wel bij dat de ontwikkeling van de schaalvergroting doorzet. Ik voorzie dat de zorgorganisatie veel meer op regioniveau zal worden vormgegeven, waarbij we strikte scheiding tussen eerste- en de tweedelijn zien vervagen, maar de zorgstroom zo gereguleerd wordt, dat wat bij de huisarts kan, ook bij de huisarts gebeurt, samen met consulterende specialisten. Schaalvergroting is niet dat de zorgcentra meer patiënten moeten bedienen. Afhankelijk van de omgeving (stad/platteland) wordt de omvang bepaald. Wel groeperen eerstelijns zorg en hulpverleners zich meer in één centrum. Daarbij denk ik aan de huisartspraktijk met alle zorgverleners, de apotheek, de fysiotherapeut, het fitness centrum, de verloskundige, de psycholoog, de tandarts, maar ook zorg voor personen met visus- en gehoorstoornissen, gemeentelijke ondersteuning voor hulp, maar ook voor wonen. Je zou bijna zeggen: het klassieke sociale werk. Alleen door goede samenwerking op korte afstand van elkaar zal de toenemende zorgbehoefte met een beperkte groep zorgverleners beheersbaar blijven. In de directe zorg zal minder snel dan verwacht, de personalized medicine vorm krijgen. We kunnen op basis van genetische analyse bepalen of een geneesmiddel bij een persoon wel of niet het gewenste effect zal hebben. Die ontwikkeling zal ook de therapietrouw verhogen, omdat de patiënt immers weet dat het middel voor hem/haar werkzaam zal zijn. Het zal natuurlijk weer multifactorieel blijken, dus niet zo eenvoudig als nu gedacht. Maar het moet er nu maar eens van gaan komen. Laten we wel even opletten dat we personalized medicine niet verwarren met persoonlijke zorg. Dat heeft niets met moleculen en genen te maken, maar met zorg dicht bij de patiënt als persoon in zijn context en de huisarts als mens, die samen een zorgrelatie vormgeven. We hoeven niet pas over 40 jaar dit stukje uit het archief op te duiken om te weten wat er is geschied. Laten we eens over 5 jaar kijken of het de beschreven richting opgaat. Benoeming Jean Muris Dr. Jean Muris (1959) is per 1 september 2014 benoemd tot bijzonder hoogleraar ‘Asthma and COPD in Primary Care’ aan de Faculty of Health, Medicine and Life Sciences van Maastricht University. Jean Muris studeerde geneeskunde in Maastricht (1977-1983) en volgde direct daarna ook de Huisartsopleiding te Maastricht (1983-1984). Van 1985 tot 1993 werkte hij als huisarts in Gezondheidscentrum Withuis te Venlo. In de jaren erna werkte hij als huisarts in Gezondheidscentrum Geulle. Jean Muris promoveerde in 1993 op het onderwerp ‘Niet acute buikklachten’. Op dat onderzoeksgebied bleef hij wetenschappelijk actief, evenals op dat van astma/ COPD. Samen met professor Geertjan Wesseling van de afdeling Longgeneeskunde MUMC+, is hij op dit terrein een van de programmaleiders binnen de School of Public Health and Primary Care (CAPHRI). In het onderwijs voor studenten geneeskunde heeft hij een veelheid en diversiteit aan rollen en functies vervuld. Hij was coördinator van het coschap Huisartsgeneeskunde, tutor en lid van de Examencommissie. In 1996 werd hij benoemd tot Universitair Hoofddocent. Hij heeft ervaring als huisartsopleider en als docent bij onderwijsprogramma’s (zoals de lokale en nationale astma/COPD cursus). Hij heeft nationaal en internationaal een uitgebreid netwerk opgebouwd. Sinds november 2010 is Jean Muris hoofd van de huisartsopleiding Maastricht. In zijn leeropdracht als hoogleraar zijn astma/ COPD belangrijke aandachtspunten, alsook de vertaling van onderzoeksbevindingen in het curriculum van de huisartsopleiding. Zijn inaugurele rede vindt plaats op vrijdag 25 september 2015, 16.30-18.00 uur, in de Aula van de Universiteit Maastricht, Minderbroedersberg (MBB) 4-6. Dit is een openbare zitting. 5 op één lijn 50

6 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication