18

Preek 29 juli 2018 “Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.” – Johannes 3:16 “Liefde is de straling van God. De classificatie van verschillende vormen van liefde in het menselijke en openbare leven is puur voorwaardelijk, liefde is één, het is de bloei van de menselijke persoonlijkheid, de persoonlijkheid die het vormsel van God op zich draagt. Het vormsel, of hoe de Bijbel het noemt, het beeld van God. Het beeld van God is liefde” – Garegin I Katholikos van alle Armeniërs. Inderdaad, liefde is een van de centrale ideeën van de christelijke leer, als het natuurlijk niet de meest gecentraliseerde is. Als in de gedachte van een zwakgelovige de vraag opkomt hoeveel God van de wereld en de mens hield, en in hoeverre de mens verplicht is om God met liefde te beantwoorden, is het voldoende om enkel te herinneren dat de Goddelijke liefde niet alleen de wereld heeft geschapen (Genesis 1-2), niet alleen de mens, waardoor de mens een goddelijk beeld en gelijkenis kreeg (Genesis 1:26), maar schonk hem ook een niet weg te nemen schat, namelijk vrijheid. God schonk ons niet alleen de wet, de Profeten en wijsheid, maar heeft Zichzelf 18 Khorhurd ontledigd door de gestalte van een slaaf aan te nemen en aan de mensen gelijk te worden. En in gedaante als een mens bevonden, heeft Hij Zichzelf vernederd en is gehoorzaam geworden, tot de dood, ja, tot de kruisdood (Filippenzen 2:7-8). Zoals ook Christus ons liefgehad heeft en Zichzelf voor ons heeft overgegeven als een offergave en slachtoffer, tot een aangename geur voor God (Efeziërs 5:2). Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft (Johannes 3:16). ‘God is liefde’ zegt de apostel Johannes (1 Johannes 4:16). Hij is liefde in zijn leer, Hij is liefde in zijn werk, Hij is liefde in zijn marteling, Hij is liefde, ook aan het kruis. De liefde van de Levendige stroomde van het kruis naar de harten van de mensen, vanaf daar ontvingen de mensen de redding. En hoeveel de mens ook ondankbaar doorging en doorgaat met het opnieuw kruisigen van zijn Redder, oftewel doorgaat met het begaan van zonde, terwijl de mens heeft de gave heeft gekregen om zich daarvan te ontdoen.

19 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication