8

Preek 11 oktober 2020 “Ik verzeker jullie: deze arme weduwe heeft meer in de offerkist gedaan dan alle anderen die er geld in hebben gegooid.” – Marcus 12:43 Het evangelie van de dag vertelt ons dat de Heer Jezus Christus, vlak voor de Pesach, in de tempel onderwees en de mensen waarschuwde voor de hypocrisie en wetteloosheid van de Schriftgeleerden. Aangezien één van de belangrijkste Joodse feestdagen naderde, kwamen vele pelgrims uit het hele land naar Jeruzalem, De tempel van Jeruzalem was in die dagen vol pelgrims. Elk van hen beschouwden het als hun heilige plicht om als dank aan God een gift aan de tempel te doen - aan het heilige werk waartoe de tempel en zijn bedienden waren geroepen. En zoals de apostel Marcus zegt: “Hij (Christus) ging tegenover de offerkist zitten en keek hoe de mensen er geld in wierpen. Veel rijken gooiden veel geld in de kist. Er kwam ook een arme weduwe, die er twee muntjes in gooide, ter waarde van niet meer dan een quadrans (de munt met de minste waarde). Hij riep Zijn leerlingen bij Zich en zei tegen hen: ‘Ik verzeker jullie: deze arme weduwe heeft meer in de offerkist gedaan dan alle anderen die er geld in hebben gegooid; want die hebben gegeven van hun overvloed, maar zij heeft van haar armoede alles gegeven wat ze had, haar hele levensonderhoud.” (Marcus 12: 41-44) De Heer Jezus Christus zag het gehele innerlijk van de arme weduwe. Niet in degenen die veel geld gooiden in de offerkist maar deze vrouw, die ter waarde van één brood schonk, vond Hij Zijn goddelijke vreugde. Weduwen worden in de Bijbel vaak met wezen genoemd en dat is niet toevallig. In de psalmen wordt God de “Vader van wezen en Rechter van de weduwen” (psalm 67:7) genoemd. In het boek Job lezen we dat Job de wezen altijd hielp (zie Job 29:12; 31:17) en de weduwen ondersteunde (zie Job 31:16). In de profetie van Jesaja beveelt God om rechtvaardig te zijn jegens de wees en de weduwe het recht te geven (Jesaja 1:17). De apostel Jakobus zegt: “Voor God, de Vader, is alleen dit reine zuivere godsdienst: weduwen en wezen bijstaan in hun nood, en je in acht nemen voor de wereld en onberispelijk blijven.” (Jakobus 1:27). Wezen en weduwen zijn nog steeds één van de meest kwetsbare groepen maar in die tijd waren ze nog kwetsbaarden. Degenen die hun vader of echtgenoot, als hoofd van het gezin, verloren, kwamen in een zeer moeilijke situatie terecht. Er waren geen banen voor vrouwen, 8 Khorhurd

9 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication