7

Professionalisering is een belangrijke pijler in het POS, kun je daar iets over vertellen? ‘Eerst richtten we ons op studenten, toen ook op starters, nu zijn we bezig met basis- naar vakbekwaam en met professionalisering. We doen dat samen met Fontys Hogeschool Kind en Educatie. Zij hebben bijgedragen aan flexibilisering van masteropleidingen waardoor professionals nu een keuzemenu hebben, hun eigen tempo kunnen volgen. De opleidingen zijn sterk afgestemd op de praktijk, er is goed geluisterd naar elkaar. We zien ook dat mensen er meer gebruik van maken. Er zijn zelfs mensen die een tweede master gaan doen. En er is dankzij de samenwerking met en flexibiliteit van Fontys een premaster ontwikkeld. Er ligt ook een kans: ervaren onderwijsprofessionals zouden een rol kunnen hebben in het opleiden op de pabo en in de mastertrajecten.’ STUURGROEPLID ANKIE DE LAAT IS BESTUURDER BIJ ATOSCHOLENKRING, PENVOERDER VAN DE OPLEIDINGSSCHOOL BINNEN HET POS. ‘KRACHTIG IS GEWEEST, DAT HET ECHT EEN PROJECT WAS MET EEN BEGIN EN EEN EIND, MET EEN GOED PROJECTPLAN, PROJECTLEIDING EN FINANCIERING, DEGELIJK INGEZET WAARDOOR JE IN EEN STROOMVERSNELLING KUNT KOMEN.’ Hoe kijk je terug op het project ‘Versterking samenwerking’? ‘Ik zie op heel veel fronten ontwikkeling en vooruitgang, vooral omdat er heel veel tools ontwikkeld zijn. Ik denk dat alle ontwikkelscans een hele belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de doorontwikkeling en borging van het project. De scans kunnen gebruikt worden als een groeimodel, iedereen kan op elk willekeurig moment instappen. Door de fasering die in de ontwikkelscans is aangebracht ga je met elkaar dezelfde taal spreken. Je kunt deze als school op verschillende wijze gebruiken. Herinner je je nog een eerste moment van succes binnen het project? ‘Het hele stuk rondom de startende leerkracht, van start- naar basisbekwaam, is een mijlpaal geweest. Dan heb ik het zelfs al over het denkproces. Het ging nu niet meer over werkgeverschap van een individueel schoolbestuur maar over een gezamenlijk personeelsbeleid, dat gaat veel verder dan professionalisering. Bijvoorbeeld wanneer je als schoolbesturen gezamenlijk verantwoordelijk bent voor vervangers in een invalpool die hun eerste ervaringen in het onderwijs opdoen.’ Wat maakt dat een partnerschap als het POS werkt? ‘Mensen kunnen elkaar vinden en ontmoeten, het gaat toch vaak om elkaar kennen. Daardoor creëren we met elkaar ook een sfeer van vertrouwen en openheid. Ik denk dat we een positieve instelling hebben. We denken niet in problemen maar ook in kansen, dat wordt breed gedragen, op alle lagen. Bijvoorbeeld wanneer je als schoolbesturen gezamenlijk verantwoordelijk bent voor vervangers in een invalpool die hun eerste ervaringen in het onderwijs opdoen. Wat overigens niet wil zeggen dat onze manier van werken een blauwdruk is, zo werkt het niet.’ Versterking samenwerking Hoe precies? ‘Zij staan met beide voeten in de praktijk en hebben veel kennis die ze kunnen overdragen. Nu geven zij nog vooral gastcolleges, terwijl je kunt kijken of je samen zo’n curriculum kunt vormgeven. Daarmee bied je leerkrachten ook een carrièreperspectief. Andersom mogen docenten van de pabo vaker in de klas komen kijken en meedraaien. Het gaat voortdurend om de aansluiting tussen theorie en praktijk, tussen opleiding en werkplek, en het bieden van carrièreperspectieven. Dat kan ook iets doen met de arbeidsmarkt. Het beroep van leerkracht heeft geen positief imago. Als je weet dat je als leerkracht op termijn ook weer starters kunt begeleiden en opleiden, heb je zicht op senioriteit, dat doet iets met waardering en erkenning. Doordat we voor starters de krachten hebben gebundeld, weten we elkaar ook op dit gebied beter te vinden. Juist daarom denk ik dat het een mijlpaal is geweest. Het ging verder dan samen opleiden.’ Wat zou jij wensen voor de toekomst van het POS? ‘Door geen concurrent van elkaar te zijn maar juist samen verantwoordelijkheid te delen, heb je ook een beter antwoord op vragen van de arbeidsmarkt. Daarbij blijft interessant: wat kun je gezamenlijk doen en waarin kun je je onderscheiden. Elkaar de ruimte geven maar ook afspreken wat we minimaal gezamenlijk willen doen, zoals we nu doen in de nieuwe samenwerkingsovereenkomst voor de opleidingsscholen. Als stuurgroep moeten we zorgen dat de verbinding met de regio’s goed wordt georganiseerd voor uitwisseling van visies en praktijkervaringen.En er mag ruimte blijven voor innovatieve projecten, daar word je altijd beter van.’ 7

8 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication