9

SAMEN IN ONTWIKKELING Vanwaar een nieuwe samenwerkingsovereenkomst? ‘In die overeenkomst maken we vooral afspraken over hoe we samen opleiden. Als het gaat om samen professionaliseren en samen onderzoeken, willen we meer vanuit de goede voorbeelden ontdekken wat er kan en mag, vanuit de ambitie om samen op trekken. Dan zeggen sommige besturen ‘wauw, fijn wat er allemaal al is ontwikkeld’, anderen zeggen: voor mij is dat nog een brug te ver’. Ik vind dat prima. Voor samen opleiden moet je wel, in het belang van startende leerkrachten, goede afspraken maken. We hebben een beperkt aantal studenten, we willen allemaal goede leerkrachten, hoe kunnen we daar met elkaar voor zorgen. Natuurlijk, het kiezen van opleidingsscholen is een bestuurlijke aangelegenheid, maar weet dat wij dat als opleiding graag in overleg doen.’ Is het zoeken naar balans tussen samen doen en zelf (laten) uitvinden? ‘In deze fase speelt heel erg dat de dynamiek in de regio plaatsvindt en hoe die dynamiek van de besturen onderling zich tot elkaar verhoudt. Besturen snappen dat je regionaal afspraken moet maken met de hogeschool en met elkaar. Dan heb je het ook over een rijk palet aan opleidingsscholen voor studenten. Maar als het gaat over ‘wat heb ik dan precies aan de paraplu van het POS’ en ‘hoezo moet ik mij verhouden tot een bestuur in een andere regio’, daar zit het zoeken en de meerwaarde zien van wat al ontwikkeld is. De insteek is vooral een lerende cultuur, en niet een mal waar je in moet passen. En dat heeft tijd nodig.’ Ben je daar optimistisch over? ‘Ik denk dat het een logisch groeimodel is. Dat je met elkaar zorgdraagt voor het samen opleiden en daarna denkt: wat zou het mooi zijn als we de professionals daarna ook nog kunnen ondersteunen. Zo is dat in Den Bosch ook gegaan. Ik ben hartstikke enthousiast over alles wat er ontwikkeld is in het POS en ik zie geen reden waarom ook anderen niet zouden vinden dat juist dat samen optrekken voor iedereen beter is. FHKE ziet daarvan zeker de meerwaarde. We willen heel graag een bijdrage leveren aan schoolontwikkeling. Natuurlijk is het voor ons heel handig als we dat in alle regio’s volgens eenzelfde set afspraken kunnen doen. Ik ben de penvoerders dan ook heel erkentelijk dat zij destijds hebben gezegd: wij staan ervoor open om de vijf regio’s te laten aanhaken en daarmee dus ook te accepteren dat voor elke deelnemende school het bedrag gaat dalen. Ik vind het echt knap dat dat gelukt is, dat zij zo loyaal zijn.’ Welke rol heeft de stuurgroep vooral? ‘In het nieuwe organogram bij de nieuwe samenwerkingsovereenkomst staan de basisscholen, besturen en FHKE bovenaan, en niet meer de stuurgroep. Volgens mij is dat een beter beeld. Het gaat uiteindelijk om wat er gebeurt in die scholen, hoe leiden we mensen op, de stuurgroep is meer een netwerkbenadering: wat moeten we samen onder de paraplu afstemmen. Je moet sturen op de minimale eisen waar we elkaar op aanspreken, om te voorkomen dat het alle kanten uitwaait. We zeggen nu ook: wie deelneemt aan de stuurgroep moet er met mandaat zitten van de achterban, je moet weten wat er in de regio speelt. We zien daarom nu meer bestuurlijk overleg in de regio. Ook de coördinatoren zijn een belangrijke schakel. Dat we duo’s van werkveld en opleiding hebben geformeerd, is belangrijk geweest. Ik ben eigenlijk heel tevreden over de stappen die gezet worden.’ Wat wens je voor de toekomst? ‘Ik hoop dat we dit uitbouwen, leren van elkaar, de paraplu van het POS zien als kans om samen sterker te staan, waardoor we meer kunnen bereiken met minder inspanning. Zonder daarmee te denken dat je kunt kopiëren. Not invented here speelt bij POS heel erg. Mensen zijn bij iets wat ze zelf uitvoeren ook graag verantwoordelijk voor de ontwikkeling ervan. Maar universele opbrengsten moet je delen en zeggen: doe er je voordeel mee. Bijvoorbeeld de producten voor de startende leerkracht, heel mooi dat MarieLouise daarover nu gesprekken voert met besturen, daar wordt heel enthousiast op gereageerd en dan zijn mensen soms verrast dat het vanuit het POS is ontwikkeld.’ Wordt er al voldoende gedeeld, vind jij? ‘Het is ook gewoon een kwestie van elkaar leren kennen, daar begint samenwerking mee. In die zin ben ik heel optimistisch, want ik zie heel veel ontwikkeling en mensen die elkaar weten te vinden en helpen. We zijn wel aan het kijken hoe we kennis en goede ervaringen nog meer kunnen delen, daar is nog veel te ontdekken. Het komt voort uit dat je elkaar kent, ziet waar de vraagstukken liggen en denkt: hé, daar kan ik iets in betekenen. Dat is maatwerk; wat heeft een bepaalde regio en een bepaald bestuur nodig om een stap te zetten. Vaak is de wil er wel, maar is het zoeken naar hoe je dat doet.’ Waar ben je het meest trots op? ‘Ik werk al lang bij de pabo, en ik noem opleiden in de school altijd als een van de grootste veranderingen. Van studenten los op schooltjes, individuele begeleiding waarbij je als studieloopbaanbegeleider af en toe met de mentor sprak maar de directeur alleen een keer een hand gaf en het verder eigenlijk helemaal niet met elkaar had over wat speelt er binnen de school. Heel erg gericht op dat individu van de student, terwijl je nu veel meer met elkaar bezig bent om samen als opleiding de doorontwikkeling te maken. Het opleiden in de school is het vliegwiel voor onze vernieuwing. We zitten continu bij elkaar aan tafel, weten wat er speelt, wat we elkaar kunnen bieden. De kloof tussen praktijk en theorie is kleiner geworden. Als je ziet hoe we als lerarenopleidingen de relatie met werkveld vormgeven, hoe we samen werken aan professionalisering van mensen en loopbaanperspectieven creëren, en een rijke leeromgeving voor studenten… daar kunnen andere opleidingen nog veel van leren. Ik denk dat we daar echt trots op mogen zijn.’ Versterking samenwerking 9

10 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication