0

Als werkgever moet je geduld hebben en mensen een kans willen geven. Roy de Hair, pagina 14 Van de tonnen die nu naar de ‘grote jongens’ gaan, mag de helft naar ons. Annerie Raaymakers, pagina 18 Wij zijn geen ondernemers van huis uit, dus we kunnen nog veel leren. Bob van der Put, pagina 21 Nummer 4, oktober 2015 over bedrijven die investeren in mensen Als de jongens blij naar huis gaan, ben ik gelukkig Hans Terhorst GroenWerkXL

Column Nieuwe kans Door: Jos Verhoeven Directeur Start Foundation Trots als een pauw stapt zoonlief de ouderlijke woning binnen. Het inschrijvingsbewijs triomfantelijk in de hand. Hij heeft zich ingeschreven in de Kamer van Koophandel als ondernemer. Nooit meer strijd met bazen die niet luisteren, maar vrijheid. Nu is het bijna zover. Samen met een dertigtal andere ondernemers gaat hij de stad verrijken met een heuse vershal. Ruim een jaar is hij al bezig met de voorbereidingen. Vol ups en downs. De euforie werd snel getemperd toen de investeringsbegroting op de portemonnee gelegd werd. Steeg vervolgens weer naar grote hoogte toen hij zijn verwachte omzetten prognosticeerde. Daalde als een komeet toen alle kosten in beeld gebracht werden. Aanvankelijk wilde hij van geen hulp weten. ‘Een echte ondernemer doet alles alleen’, vond hij. Ondertussen weet hij dat slim ondernemen betekent dat je gebruikmaakt van ieders kwaliteiten en kunde. Gefascineerd luistert hij nu naar de fiscalist. Bewonderend naar de stylingkwaliteiten van zijn moeder. Enigszins bevreesd naar de instructies van de boekhouder. De beslismomenten nemen in rap tempo toe. Wijnleverancier P. valt af. Te weinig margemogelijkheden. De notenbar moet kleiner omwille van meer opslag. Het echte werk gaat binnenkort beginnen. 2 Baanbreker nr. 4 2015

Inhoud Omslagverhaal 6. GroenWerkXL is sociaal én levert kwaliteit Colofon Baanbreker nummer 4, oktober 2015 Baanbreker komt vier keer per jaar uit. Baanbreker is het relatiemagazine van Start Foundation en inspireert, over tuigt en helpt ondernemers vanuit maatschappelijk en economisch realisme om werk nemers met een arbeidsbeperking in dienst te nemen en/of te houden. Redactieadres: Start Foundation Klokgebouw 188 5617 AB Eindhoven Telefoon: 040 246 18 50 baanbreker@startfoundation.nl Gratis abonnement? Stuur een e­mail naar: baanbreker@startfoundation.nl Goed geregeld! 14. Stereotypering sluit sollicitanten ten onrechte uit. Wat kun je doen? Samen werken 13. Vijf vragen aan Michael Kusters van Canon. 20. John Damen bloeit op bij kringloopwinkel Het Goed. Toppers! Conceptontwikkeling en realisatie: Bindkracht 12/ 18. Annerie Raaijmakers, directeur IN2IT, smeedt vier culturen aaneen. Marjan Agerbeek Vormgevingsconcept: Motif Concept & Design/ Elke Kunneman en Sake van den Brule Redactie: Lycia Bakker, Sahar Mokamel­Babori en Jos Verhoeven Tekst: Marjan Agerbeek, Annemarie Geleijnse, Hans Horsten, Rineke van Houten, Christine Lucassen, Jos Verhoeven, Ton van der Vliet en Anka van Voorthuijsen Kosten en baten 12. Regelingen kennen levert veel geld op. Pienter met Poen. Overheid en beleid 10. Er zijn 125.000 banen voor arbeids gehandicapten beloofd. Gaan we dat halen? De stelling 24. Moet Danny Haanstra voor altijd bij zijn ouders wonen? Niet te geloven! 21. Groeien door samen ‘bank’ te spelen. En verder.... 2. Column Jos Verhoeven 4. Kortweg Start Foundation 23. Lieve Sahar Vormgeving: Marijke Reer Tekstcorrectie: Rob Vooren Fotografie: Noortje Artz, Hans Gerritsen, Frans van Lieshout, Guy Offerman, Harold Pareira, Pavel Prokopchik en Jan Reinier van der Vliet Illustraties: Idris van Heffen Drukkerij: Baanbreker wordt ge drukt door Drukkerij Wedding B.V. in Harderwijk. Deze drukkerij hecht grote waarde aan maat schappelijk verantwoord ondernemen (MVO), het milieu en het inschakelen van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. www.drukkerijwedding.nl Baanbreker nr. 4 2015 3

Kortweg Start Foundation Tekst: Ton van der Vliet Foto’s: o.a. Noortje Artz, Harold Pareira, Hans Gerritsen Nieuw bestuurslid Femke Halsema (1966) is Noodgedwongen sociaal Willy Swinkels van Glascentrale Swinkels (zestien medewerkers, werkzaam in Zuidoost­Nederland) zoekt nieuw personeel onder mensen met een achterstand op de arbeidsmarkt, omdat er op de reguliere arbeidsmarkt geen glaszetters te vinden zijn. Zo werd Swinkels deels uit nood, deels uit overtuiging sociaal ondernemer. Inmiddels heeft hij van de nood een deugd gemaakt. Hij ging op voor het PSO­certificaat (Prestatieladder Socialer Ondernemen) en haalde trede 3, het hoogst haalbare. De certificering kostte tijd, geld én energie, maar Swinkels kan het andere ondernemers aanraden. En mede dankzij het certificaat kreeg hij groen licht voor een bedrijfskrediet van Start Foundation, een zogenaamde Mission Related Investment (MRI). per direct toegetreden tot het bestuur van Start Foundation. Halsema studeerde criminologie in Utrecht. Ze kwam in 1998 in de Tweede Kamer en was van 2002 tot 2010 politiek leider van GroenLinks. Na haar terugtreden uit de landelijke politiek zette ze haar carrière voort als auteur, programmamaker en bestuurder. Zo is ze o.a. voorzitter van de Raad van Commissarissen van Weekbladpers Groep en voorzitter van de Raad van Bestuur van Stichting Vluchteling. Imago Start Foundation Een half jaar liep Jurriaan Venema (Fontys Economische Hogeschool) voor zijn afstuderen stage bij Start Foundation. Hij onderzocht het imago van de maat schappelijk investeerder onder haar voornaamste stakeholders, zoals MKB­bedrijven. Na elf diepte­interviews en 54 enquêtes concludeert Venema dat het met dat imago redelijk snor zit. Maar er is ook ruimte voor verbetering. Scherper profileren in het MKB, beter contact onderhouden na kredietverstrekking én klanten op de hoogte houden van koerswijzigingen, zijn Venema’s voornaamste aanbevelingen. Tips over social impact bonds ‘Van nature kijken investeerders altijd wat zuinig naar ondernemers: maken ze hun plannen wel waar? En de overheid kijkt wat huiverig naar investeerders: die willen alleen maar geld verdienen …’ Aldus Peter Scholten, die een praktisch boekje vol met tips en tricks over social impact bonds heeft geschreven. Het boekje wordt op 8 oktober uitgereikt tijdens het nationale congres dat Start Foundation over deze nieuwe financieringsvorm van maatschappelijke vraagstukken organiseert. www.startfoundation.nl/sib 4 Baanbreker nr. 4 2015

Geen grootgeldsmijter Thijs Eradus 150 daklozen Springplank040 hielp in ruim twee jaar 150 dak- en thuislozen in Eindhoven aan werk. Directeur Thijs Eradus wil samen met Collectief040 ook jongeren en arbeids gehandicapten aan werk helpen. Hoe? ‘We werken samen met middelgrote organisaties en bedrijven die hun verantwoordelijkheid nemen ten opzichte van de regio. In de vorm van leerwerkplekken geven zij daklozen een kans. Dat concept willen we uitbreiden naar andere groepen die nog buitenspel staan.’ Jullie zijn dus een re-integratiebureau? ‘Nee, wij draaien het juist om. Reintegratiebureaus gaan leuren met kandidaten. Bij ons ligt het initiatief bij de bedrijven. Die melden hun vacatures bij Collectief040, en dat gaat geschikte kandidaten zoeken.’ Wat kost dat? ‘Voorlopig nog niks. Deels dankzij een bijdrage van Start Foundation – vooral om daklozen aan werk te helpen – kunnen we deze bemiddeling kosteloos opstarten. Deelnemende bedrijven ontvangen loonkostensubsidie. De bedoeling is dat ze een vorm van lidmaatschap aan Collectief040 gaan betalen.’ www.collectief040.nl Het weekopinieblad Filanthropium wijst in zijn jaarlijkse gids ‘De Dikke Blauwe’ de honderd meest invloedrijke personen in de Nederlandse Filantropie aan. Over de nummer één van dit jaar merkte de jury op ‘dat hij niet bekend staat als grootgeldsmijter, vergadertijger of als winkeloppasser, maar wel als een proactieve, extraverte en vooral innovatieve sociaal entrepreneur die het hart op de tong heeft.’ Die kwalificaties slaan op Jos Verhoeven, directeur Start Foundation, die de titel overneemt van Boudewijn Poelmann (oprichter Postcodeloterij), die hem vorig jaar kreeg. Verhoeven, flink verrast, benadrukte dat de titel een eerbetoon is aan alle medewerkers en bestuurders van Start Foundation. www.dedikkeblauwe.nl Madelon Timmer en John Damen van Het Goed zijn de Toppers van dit nummer (pagina 20). Participatiewet biedt kansen Waar liggen de kansen van de Participatiewet voor ondernemers? Onder die titel schreef Ad Vogels onlangs een blog. Zijn bijdrage werd ruim 450 keer gelezen, en daar was hij best trots op. Het was immers z’n allereerste blog! Ad is bedrijfsleider bij Het Goed waarbij 24 kringloopbedrijven zijn aangesloten en heeft veel met die Participatiewet van doen. Ondernemers overzien nog lang niet alle mogelijkheden daarvan en Vogels wil ze daarbij een handje helpen. Naar aanleiding van z’n blog kreeg hij al één ondernemer, een bouwbedrijf, op bezoek die meer wilde weten. Op de website www.werkenparticipatie.nl zijn nog meer blogs over de wet te lezen. Lees meer over Het Goed op pagina 20. Hulp nodig van Start Foundation? Start Foundation investeert in oplossingen en innovaties om mensen voor wie het hebben van een baan niet vanzelfsprekend is, te helpen aan werk te komen of hun baan te behouden. Denk aan ouderen, niet­ of laagopgeleide werknemers, werknemers met een beperking of getroebleerd verleden. Ook verstrekt de organisatie kapitaal aan bedrijven die deze medewerkers in dienst hebben of gaan nemen. Meer weten? Kijk bij innovaties of bedrijfskredieten op www.startfoundation.nl Baanbreker nr. 4 2015 5

Omslagverhaal Een van de klanten van GroenWerkXL is een hockeyvereniging. Drie medewerkers bestrijden onkruid en onderhouden de velden. Een paar keer per dag komt een vakman kijken of het allemaal goed gaat. Samenwerken Oprechte interesse Reguliere medewerkers moeten bij GroenWerkXL oprecht geïnteresseerd zijn in hun collega’s en tijd nemen om met ze te communiceren. ‘We hebben afscheid genomen van heel goede vakmannen die met een reguliere ploeg perfect werk afleverden, maar niet met de doelgroepmedewerkers konden werken’, zegt direc ­ teur Hans Terhorst. Specifi eke diploma’s vraagt hij niet. Een contract wordt alleen verlengd als iemand met de doelgroep overweg kan. Hans Terhorst GroenWerkXL 6 Baanbreker nr. 4 2015

Hans Terhorst geeft medewerkers verantwoordelijkheid Meer weten –> Mensen die niets kunnen? Het kan vaak wel! Met zijn bedrijf GroenWerkXL wil Hans Terhorst kwetsbare mensen kansen bieden, maar ook kwaliteit leveren. Is dat wel te combineren in de groenvoorziening? ‘Een kwestie van goed ondernemerschap.’ Tekst: Rineke van Houten Foto’s: Guy Offerman Goed geregeld Mensen verder helpen in hun leven, daar heeft Hans Terhorst zijn hele leven al iets mee gehad. Eerst als leraar in het tuinbouwonderwijs, toen als teamleider bij de sociale werkvoorziening en sinds vijf jaar als gedreven ondernemer in zijn eigen bedrijf GroenWerkXL, dat onderhoudswerk doet in de groenvoorziening. Inmiddels komt ruim twee derde van de medewerkers van GroenWerkXL uit een kwetsbare doelgroep. Een opmerkelijk groot aandeel, maar voor Terhorst vanzelfsprekend. ‘Bij de sociale werkvoorziening vond ik al dat zo veel mogelijk mensen een kans moesten krijgen bij reguliere bedrijven’, vertelt hij in het kantoor van het groenbedrijf in Apeldoorn. ‘Toen ik de kans kreeg, ben ik zelf een bedrijf begonnen met dat doel. Mensen aan het werk zetten van wie gezegd wordt: die kunnen niets.’ Start Foundation hielp in de aanloop met een middellange fi nanciering. Geef je medewerkers zo veel mogelijk verantwoordelijkheid, daar groeien ze van, is de overtuiging van Terhorst. ‘Niet zeggen: dat kun je niet, maar: probeer het maar. Natuurlijk gaat het een keer mis. Iedereen maakt fouten, ik ook. Daar kun je van leren.’ Mensen in hun kracht zetten, hij zegt het meerdere keren en is ervan overtuigd dat dat de enige manier is om ze aan het werk te helpen en aan het werk te houden. Ook bij GroenWerkXL is het soms even zoeken naar wat iemand kan en wat zijn grenzen zijn. Een medewerker die heel enthousiast een grasveld maait, maar niet merkt dat een van de ‘kooien’ achter de machine niet goed staat afgesteld, moet worden bijgestuurd. ‘Dan is het even praten om hem te begeleiden naar andere werkzaamheden, eenvoudiger onderhoud met hark en schoffel.’ Vakvaardigheden Terhorst heeft het dienstenpakket van zijn bedrijf zo ingericht dat het praktisch haalbaar is om inclusief te ondernemen. De nadruk ligt daarom op het onderhoud van grootschalig » ’s Winters scholing Werken met kwetsbare medewerkers vergt van de orga nisatie soms grote flexi biliteit. Een van de medewerkers van GroenWerkXL is niet mobiel en kan niet eerder dan half tien ’s ochtends beginnen. Het bedrijf heeft het zo geregeld dat hij kan meewerken in een team voor groenonderhoud in zijn woonplaats en elke ochtend weet waar hij wordt verwacht. Het seizoenswerk stopt in november, dan loopt ook zijn contract af. Met zijn begeleiders heeft GroenWerkXL afgesproken dat voor hem dan een scholings traject begint. Start Foundation verstrekt risicodragend vermogen aan Nederlandse MKB­bedrijven met een duurzaam, inclusief personeelsbeleid. Kijk voor meer informatie op www.startfoundation.nl Baanbreker nr. 4 2015 7

Omslagverhaal Als we slecht werk leveren komen de klanten niet terug groen. ‘Het fijnere hovenierswerk vraagt meer vakvaardigheden’, legt Terhorst uit. ‘Daar zijn onze medewerkers niet voor opgeleid.’ Een van de klanten is een hockeyvereniging. Een driekoppig team van GroenWerkXL is verantwoordelijk voor het onderhoud van de hele accommodatie. Schoonhouden van de tribune en kleedkamers, bestrijden van onkruid en onderhoud van de velden van kunstgras. Voor dat laatste heeft GroenWerkXL geïnvesteerd in machines en in scholing van de medewerkers. Moet er een omgewaaide boom worden opgeruimd of ander specialistisch werk worden gedaan, dan schakelt het bedrijf een van de reguliere vakmedewerkers in. ‘Niemand werkt zonder begeleiding’, verzekert Terhorst. GroenWerkXL heeft vakmensen in dienst die groepjes of individuele medewerkers aansturen. Op het hockeyveld komt een paar keer per dag iemand kijken, op andere werkplekken is de hele dag een vakkracht aanwezig. Want bovenaan staat dat het werk goed moet worden uitgevoerd. ‘Wij moeten gewoon kwaliteit leveren en omzet draaien. Klanten komen niet op de eerste plaats bij ons omdat we kwetsbare mensen aan het werk hebben, maar omdat ze bediend willen worden en kwaliteit willen. Wij werken op een bijzondere manier en vertellen dat ook, maar als we slecht werk leveren, komen de klanten niet terug.’ Overheid en beleid Overeenkomst met UWV Afhankelijk van de UWV­ vestiging duurt het vast stellen van de loonwaarde lang, is de ervaring van Terhorst. ‘Iemand kan bij ons komen werken en moet dan, als het een beetje tegenzit, twee maanden wachten. Ik moet ook altijd opnieuw uitleggen wat voor soort bedrijf GroenWerkXL is, omdat het telkens andere mensen zijn. Een soort mantelovereenkomst met reguliere leveranciers zou misschien handig zijn.’ Zou je weleens ergens anders willen werken? Naam: Gert Albers Functie: groenmedewerker GroenWerkXL In dienst sinds: 2012 Arbeidsbeperking: heeft moeite met leren ‘Het leukste aan mijn werk is dat het afwisselend is. Blad blazen, paden schoonhouden, onkruid schoffelen. Ik heb een trekkerrijbewijs, dus je kunt mij ook altijd op de trekker zetten. Soms moet ik voor een gemeente werken. Dat is ook goed, hoor, maar ik wil wel altijd zeker weten dat ik terugkom bij GroenWerkXL. Anders ga ik niet!’ 8 Baanbreker nr. 3 2015

Kosten en baten Sociaal heeft waarde Een van de grootste klanten van GroenWerkXL klopte aan omdat het bedrijf met mensen uit een kwetsbare groep werkt. Toch is die houding in Nederland nog niet zo wijd verspreid als in bijvoorbeeld de Verenigde Staten, weet Terhorst. ‘Daar draaien mensen met een lager IQ veel vaker mee in de reguliere arbeidsmarkt. Onze maatschappij moet anders gaan kijken naar com petenties en kwaliteiten. Versterk wat iemand kan. Dring niet op wat iemand niet kan.’ Terhorst zegt het eerlijk: GroenWerkXL is ‘geen goedkope organisatie’. De loonwaarde van de 65 werknemers uit de doelgroep is gemiddeld ongeveer 50 procent. Dat betekent dat het UWV de overige 50 procent aanvult tot het minimumloon. Lekker voordelig voor de werkgever, hoort hij weleens. Een kortzichtige opmerking, vindt Terhorst. ‘Bij de inzet van drie medewerkers met 30 procent loonwaarde heb ik wel drie keer werkkleding nodig, drie keer begeleiding, drie keer risico op ziekteverzuim en ga zo maar door.’ Gezond Hoe hij zijn bedrijf gezond houdt? ‘Ondernemerschap’, antwoordt Terhorst. Dat betekent een mix van strategische samenwerking, verkoop van expertise en het goed benutten van ‘iemands toegevoegde waarde’. Voor dat laatste geeft hij het voorbeeld van een medewerker die 19 uur werkt voor een loonwaarde van 30 procent ‘in een periode dat het ons past’. ‘Ik kan deze jongen niet het jaar rond een contract bieden. Dat kan wel met Wajongers die zich kunnen ontwikkelen en doorgroeien.’ De sociale component biedt GroenWerkXL toegevoegde waarde, en dat kan voor andere bedrijven reden zijn om samen te werken. Zo heeft GroenWerkXL met een hoveniersbedrijf succesvol als combinatie ingeschreven op een aanbesteding bij de overheid. GroenWerkXL kon voor beide partijen royaal voldoen aan de gestelde eis van ‘social return’, in de vorm van banen voor mensen met een arbeidshandicap. GroenWerkXL had op zijn beurt de opdracht zonder de andere partij waarschijnlijk niet gekregen. Ook de leerlijnen en methodieken waarmee het bedrijf in de loop der jaren ervaring heeft opgedaan, zijn inmiddels een expertise die door bijvoorbeeld zorgpartijen wordt ingekocht. Terhorst spreidt zijn armen: ‘Ik bekijk mijn bedrijf in zijn totaliteit en van bovenaf: waar functioneert het goed en waar zitten meer mogelijkheden?’ Veel risico Hoe gedreven Terhorst ook is, hij vindt wel dat bedrijven zoals de zijne onevenredig veel risico lopen. Een werkneemster van GroenWerkXL die na haar proeftijd met complexe persoonlijke problemen thuisbleef en uiteindelijk ziek uit dienst is gegaan, was niet verzekerd met een zogenaamde no­riskpolis, een verzekering voor de bruto loonkosten bij ziekte. De polis wordt afgegeven door het UWV en kan vanuit de Participatiewet ook door gemeenten worden ingezet. Voor deze persoon vond de betreffende gemeente een no­riskpolis niet nodig, zegt Terhorst. En dus kost haar uitval GroenWerkXL in het ergste geval een ton. ‘Wij hebben geleerd dat je er niet van uit moet gaan dat de gemeente het bestand kent.’ Terhorst is nu met gemeenten in gesprek om dit soort situaties te voorkomen. ‘Wil je mensen in moeilijke situaties duur zaam aan het werk helpen, dan moet je de grootste risico’s voor een ondernemer wegnemen.’ Een strijd die hij graag aangaat. ‘Als ik ‘s avonds in de spiegel kijk en kan zeggen dat de jongens die dag blij naar huis zijn gegaan, ook al zitten ze onder de modder, dan ben ik gelukkig. Dat is mijn drijfveer. Dat het kan met mensen die altijd hebben moeten horen dat ze het niet kunnen.’ Baanbreker nr. 3 2015 9 »

Overheid en beleid De stelling –> Bedrijfsleven krijgt zware kluif aan quotum arbeidsbeperkten Tekst: Christine Lucassen Illustratie: Idris van Heffen Tot 2026 moeten er 125.000 extra banen voor arbeidsgehandicapten bij komen, waarvan 100.000 in het bedrijfsleven. Dat ligt – met begin juli 9.000 op de teller – nu voor op schema. Gaat het lukken? Niet transparant Aart van der Gaag, commissaris 100.000 banen VNO/MKB/LTO en voorzitter ABU ‘Een zware kluif, inderdaad. Maar de vacatures zijn het probleem niet. Onlangs zat ik nog bij Jetta Klijnsma (staatssecretaris SZW) met 2.000 vacatures bij allerlei bedrijven die al tientallen of zelfs honderden mensen met een arbeidsbeperking in dienst hebben. Die weten hoe het werkt. Het probleem is om die plekken vervuld te krijgen. Dat wordt belemmerd door een niet­transparant bestand en een beperkt aanbod. De mensen moeten in het doelgroepregister van het UWV staan, willen ze meetellen voor het quotum van de Participatiewet. Maar gemeenten weten vaak niet wie onmogelijk zelfstandig een minimumloon kan verdienen. Bovendien zit het UWV vast aan harde criteria. De doelgroep is tegen te scherpe lijntjes getekend. En – dat heb je altijd als je met doelgroepen werkt – op een gegeven moment droogt het op. Maar als je dieper in de bestanden gaat, zou het moeten lukken. Als je meer private partijen die bestanden zou laten screenen, komen de mensen sneller boven water.’ Beter aansluiten Cristel Poortenaar, algemeen directeur USG Restart ‘Wat aantallen vacatures betreft, verwacht ik dat men in staat zal zijn om de komende jaren aan de jaareisen te voldoen. Maar de invulling en begeleiding zullen niet makkelijk worden. De ondersteuning vanuit de overheid bij de inzet van arbeidsbeperkten sluit nog onvoldoende aan op de verwachtingen van de werkgevers. Zo kan de loonwaardebepaling te lang duren, waardoor de werkgever niet op tijd in beeld heeft wat de loonkosten voor hem gaan worden. Of kan de door de werkgever gekozen jobcoachorganisatie niet door de gemeente gefinancierd worden. Het feit dat iedere gemeente eigen regels heeft, helpt niet bij de invulling van de garantiebanen. Het transparant, voorspelbaar en eenduidig maken van regels en voorzieningen kan ervoor zorgen dat alle goede bedoelingen en intenties van werkgevers ook daadwerkelijk omgezet gaan worden in banen voor de doelgroep.’ 10 Baanbreker nr. 4 2015

Cherry picking Miranda Witvliet, senior onderzoeker Regioplan ‘Ja, het wordt zowel voor het bedrijfsleven als voor de overheid lastig. Vooral omdat de lat steeds hoger wordt gelegd wat betreft het aantal mensen dat aan het werk geholpen moet worden, en er tot nu toe veel cherry picking geweest is. Vooral mensen met een arbeidsbeperking die relatief makkelijk aan een baan kunnen worden geholpen, werken nu. Wat overblijft, zijn degenen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Voor hen zijn gerichte kennis en doorlopende begeleiding vereist, dat is niet overal voorhanden. Met name kleinere organisaties ontbreekt het soms aan de daarvoor benodigde structuur. Daarnaast is de samenwerking met de gemeenten erg belangrijk bij het bieden van werk aan deze groep. Maar iedere gemeente heeft haar eigen beleid, bijvoorbeeld over de voorwaarden van de no­riskpolis of extra voorzieningen. Voor grote organisaties die in meerdere gemeenten actief zijn, kunnen deze verschillen voor extra administratieve lasten zorgen.’ Niet eenvoudig Hans van Leeuwen, directeur HR Asito ‘Eenvoudig is het niet, maar inclusief ondernemen is een doelstelling van Asito. Met inclusiviteit bedoelen we het insluiten van mensen met verschillen. Verschillen tussen karakters, meningen, gedragingen, geloofsovertuigingen en culturen. Maar ook verschillen wat betreft kleur, leeftijd en fysieke kenmerken. Het is daarom niet meer dan logisch dat wij invulling geven aan de quotumdoelstellingen. In de Charter Diversiteit, die op 2 juli is ondertekend, hebben we vastgelegd dat we in drie jaar tijd duizend mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, afkomstig uit diverse doelgroepen, in dienst willen nemen. Hiertoe dienen wel allerlei zaken te worden geregeld, zoals goede en intensieve contacten met vele partners in het land, het opleiden van leidinggevend personeel en het op orde krijgen van de bedrijfsvoering. Dat is geen eenvoudige taak, maar als de wil en motivatie er zijn – en die zijn er bij Asito, net zoals bij vele andere bedrijven –, zijn deze horden wel te nemen.’ Volgende keer De stelling in het volgende nummer van Baanbreker: ‘Laagbegaafde jongeren extra kwetsbaar door sluiten sociale werkvoor ziening’ In het kader van de Participatiewet nemen sociale werkvoorzieningen geen nieuwe gevallen meer aan. Voorheen kregen laagbegaafde jongeren die naar het speciaal onderwijs gaan, daarna vaak een ‘beschermde’ baan aangeboden. Dat kan nu niet meer. Omdat ze vaak thuis wonen, krijgen ze ook geen uitkering. Ze raken uit zicht. Wat nu? Reageren op deze stelling? Mail naar: baanbreker@startfoundation.nl Baanbreker nr. 4 2015 11

Kosten en baten Pienter met poen Sociale regelingen beter benutten Tekst: Marjan Agerbeek/Moneypenny Producties Illustratie: Idris van Heffen Alarmerend bericht uit onderzoek van risico­adviseur en verzekeringsmakelaar Aon: werkgevers laten geld liggen bij de salarisadministratie. Vreemd is het niet, dat werkgevers te weinig gebruikmaken van sociale regelingen. ‘Ze veranderen elk jaar en niemand vertelt je hoe en wat’, zo schetst Bart Mol, consultant bij Aon, de situatie in salarisregelingenland. Vooral bedrijven met arbeidsgehandicapten in dienst kunnen veel besparen. Een ‘arbeidsgehandicapte’ is iemand die een ziekte of gebrek heeft die een belemmering vormt bij het ver krijgen of verrichten van werk. Niet te verwarren met het begrip ‘arbeidsbeperkte’ uit de Participatiewet, ook al is er overlap. Een arbeidsbeperkte is iemand die door een lage arbeidsproductiviteit niet in staat is het minimumloon te verdienen. Wie mensen met een arbeidshandicap in dienst heeft, kan gebruik maken van vier sociale regelingen. 1 Korting op de WIA/WAO­ en WW­premie. Het gaat om een bedrag van € 7.000 per jaar. Deze korting geldt ook voor werknemers van 56 jaar en ouder en voor jongeren tussen de 18 en 26 jaar die uit een WW­ of bijstandsuitkering komen. Zie ook www.subsidiecalculator.nl 2 De no­riskpolis. Het UWV betaalt de wettelijk verplichte loondoorbetaling bij ziekte als een werknemer ziek wordt. Meer informatie op www.uwv.nl 3 Heeft u een medewerker in de no­riskpolis die ziek uit dienst gaat en in de Ziektewet en/of in de regeling Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (WGA) terechtkomt? De bijbehorende uitkeringen komen niet voor rekening van de werkgever. Toch betaald? Terugvragen! 4 Kosten gemaakt voor het aanpassen van een werkplek? Het UWV geeft een vergoeding. Vreemd genoeg weten niet alle werkgevers of en hoeveel mede werkers met een arbeidshandicap ze in dienst hebben. Zelfs een werk nemer is zich er niet altijd van bewust dat hij of zij een arbeidshandicap heeft. Die ingewikkelde brief van het UWV is allang weer vergeten of hij/zij weet niet dat de status ‘arbeidsgehandicapt’ ongemerkt is verworven, bijvoorbeeld op basis van een training tegen rugpijn bij een vorige werkgever. De oplossing? Vraag elke werknemer of hij/zij een arbeidshandicap heeft. Daar mag de eerste twee maanden na indiensttreding over gezwegen worden, daarna niet meer. Eventueel kun je een werknemer een machtiging vragen om dit na te gaan bij het UWV. 12 Baanbreker nr. 4 2015

Samen werken Vijf vragen 1. Wat doet u voor mensen met een arbeids beperking? ‘Canon werkt vanuit de bedrijfsfilosofie ‘Kyosei’, ofwel ‘leven en samenwerken voor het algemeen belang’ veel samen met SW­bedrijven. In mijn divisie zijn we erin geslaagd het productiewerk in stappen op te knippen. Ook mensen met een arbeidsbeperking kunnen daardoor zelfstandig hun taken uitvoeren. Op de locatie Kerkdriel zijn zeven van de dertig medewerkers afkomstig van het SW­bedrijf. Daarvoor kregen we de Weener Award, een stimuleringsprijs voor sociaal ondernemers van het SW­bedrijf van Den Bosch. Die eer komt vooral onze teamleider Damiet Swaan toe. Zij is erin geslaagd een geweldig team te creëren.’ 2. ‘Hoe belangrijk het is mee te kunnen doen, zag ik van dichtbij’ Michael Kusters is operationeel directeur van Canon Business Service. Bij met name de postverwerking en het scan­ en reproductiewerk worden medewerkers met een afstand tot de arbeidsmarkt ingezet. Tekst: Annemarie Geleijnse Foto: Hans Gerritsen Wat is uw drijfveer om u voor deze mensen in te zetten? ‘Hoe belangrijk het is om te kunnen werken en meedoen, heb ik van dichtbij meegemaakt. Ik zag hoe moeilijk het is om weer onderdeel te gaan uitmaken van de werkmaatschappij als iemand eenmaal thuis is komen te zitten.’ 3. Zijn er ondernemers die u bewondert? ‘Onze filiaalleider Damiet Swaan is voor mij een inspirerend voorbeeld. Als je met haar praat over haar locatie en de medewerkers met een arbeidsbeperking die daar werken, dan voel je de energie, haar positivisme en het enthousiasme.’ 4. Bent u inclusief ondernemen nooit eens zat? ‘Waar mensen werken, worden fouten gemaakt. Dat geldt voor iedereen. Mijn ervaring is dat juist de medewerkers die vanuit het SW­bedrijf bij ons werken een enorme drive hebben. Ze zijn loyaal, betrokken, hebben een bewonderenswaardig arbeidsethos. De extra tijd en energie die leidinggevenden en teamgenoten erin steken, betalen zich dubbel en dwars uit.’ 5. Wat doet u als u niet bezig bent met ondernemen? ‘Ik ben vader van drie kinderen, van 0 tot 4 jaar. Als er tijd overblijft, lees ik graag. En ik voetbal. Vroeger vrij fanatiek in het eerste elftal. Nu als verdediger in een recreatief team. Getalenteerd? Laten we het erop houden dat ik een harde werker ben.’ De Normaalste Zaak Canon is aangesloten bij De Normaalste Zaak, een mede door Start Foundation geïnitieerd netwerk van ondernemers die het ‘de normaalste zaak’ vinden dat iedereen de kans krijgt om naar vermogen deel te nemen aan de arbeidsmarkt. Meer informatie: www.denormaalstezaak.nl Baanbreker nr. 4 2015 13

Goed geregeld! Bertine Oudesluijs, imago-consultant en coördinator van Dress for Success in Eindhoven, helpt werkzoekenden een goede eerste indruk te maken. Hulp bij solliciteren is niet gênant 14 Baanbreker nr. 4 2015

Meer weten –> Een werkgever moet ‘gunnend ontvangen’ Stereotypering is aan de orde van de dag bij sollicitaties. Maar snel beslissen op basis van een eerste indruk doet goede kandidaten die de regels van het spel niet kennen, tekort. Wat kunnen werkgevers én sollicitanten daaraan doen? Tekst: Anka van Voorthuijsen Foto’s: Pavel Prokopchik Roy de Hair, beleidsmedewerker diversiteit en inclusie bij Greenpeace: ‘Je ziet vaak aan sollicitanten dat ze weinig zelfvertrouwen hebben. Iemand aankijken, een hand geven, zelf een vraag stellen: veel mensen met een beperking missen die basale kennis van de sollicitatie­etiquette.’ Als werkgever moet je geduld hebben, je flexibel opstellen, mensen een kans willen geven en je maximaal in willen leven, vindt De Hair. ‘Er zit vaak een uiterst onzekere kandidaat tegenover je. Iemand die veel te maken heeft gehad met afwijzingen en vervelende ervaringen. Iemand zonder goed netwerk.’ Greenpeace krijgt kandidaten vaak via het UWV en Heliomare binnen. ‘Ik vertrouw op mijn contactpersonen daar. Zij doen het voortraject en kunnen inschatten of iemand in onze bedrijfscultuur past.’ Desiree van Eldik (43 jaar), werkzoekend: ‘Ik heb jaren bij een discount gewerkt. Dan word je zelf ook een beetje discount. Maar je kunt niet overal casual naartoe. Ik heb bij Dress for Success geleerd dat het allemaal iets netter moet.’ Kledingadvies Nooit alleen op je eerste indruk afgaan, adviseert Bertine Oudesluijs, imago­consultant en coördinator van Dress for Success in Eindhoven. In opdracht van de gemeente verzorgt Oudesluijs samen met een team medewerkers jaarlijks bijna honderd workshops (‘Kleding als taal’) voor werkzoekenden die aan een re­integratietraject meedoen. De medewerkers van Dress for Success geven kleur­ en kledingadvies en helpen deelnemers Alle vestigingen van Dress for Success hebben eigen sites, die te vinden zijn via de algemene site www.dressforsuccess.nl Mensen op hun gemak stellen » Henk Visscher, directeur van Visscher autobedrijven in Culemborg: ‘Ik vind dat je als werkgever kwetsbare mensen op hun gemak moet stellen, je moet ‘gunnend ontvangen’. Het gaat er ook om dat je een evenwichtig team kunt samenstellen. Iemand is misschien een beetje onhandig, maar zó verschrikkelijk aardig, dat compenseert.’ Baanbreker nr. 4 2015 15

Goed geregeld! om zich beter te presenteren. Oudesluijs: ‘Ik benoem wat ik zie, vertel hoe dat overkomt en hoe het beter kan. Geen slap handje, niet je jas aanhouden, schouders recht, voeten naast elkaar, kijk je gesprekspartner aan. Zeg altijd u tegen iemand die je niet kent. Daarmee zit je nooit fout.’ Svetlana Marchenko (43 jaar), werkzoekend: ‘Ik word er onzeker van dat ik geen werk heb. Soms een beetje depressief. Bij Dress for Success heb ik geleerd positief te blijven en dat uit te stralen. Elk advies dat ik krijg, is welkom. Ik wil blijven leren.’ Elke deelnemer met een sollicitatieafspraak krijgt bij Dress for Success kosteloos een representatieve set kleding mee. Vorig jaar kwamen er 363 klanten langs, van wie meer dan de helft vervolgens met succes solliciteerde. Oudesluijs: ‘Als je als werkgever op je eerste indruk afgaat, doe je mensen tekort. Aan mensen die lang werkloos zijn, zie je soms dat ze klappen hebben gekregen in het leven. Iemand met een laag zelfbeeld zal misschien veel naar de grond kijken. Mensen geven geen geld meer uit aan de kapper of aan kleding. Als er geld is, kopen ze eerder iets voor hun kinderen dan voor zichzelf. Ga zo’n gesprek open in, ook al dacht je direct: nee. Je kunt mensen technische vaardigheden bijbrengen, je kunt over kledingcodes praten met iemand. Durf door te vragen.’ Diane Zwart (57 jaar), werkzoekend: ‘Ik ben supergelukkig, maar wil graag werk, als gastvrouw, of in de catering. Ik ben er 35 jaar uit geweest. Ik kan wel babbelen, maar vind het moeilijk om mezelf te verkopen. Ik heb bij Dress for Success geleerd dat dit toch moet. Laten zien waar je goed in bent. Ik wil te snel antwoorden, ik luister nu beter naar de vraag.’ Niet fris Helen Horozdinc, HR­manager bij Bonisupermarkten, krijgt weleens ‘niet fris ruikende’ en ‘erg onverzorgde’ sollicitanten aan tafel. ‘Ik vind het handig als iemand een jobcoach heeft. Die kan dat voorkomen. Als je tattoos op je armen hebt, betekent dat voor ons: lange mouwen, ook in de zomer. Ik wil zeker weten of iemand bereid is zich aan te passen.’ Maar waar ze vooral op let: ‘In een winkel moeten medewerkers 100 procent klantproof zijn. Klanten doen soms heel erg lelijk, dat kan ik niet sturen. Ik let erop of iemand daartegen kan.’ Steun voor Dress for Success Start Foundation steunt de landelijke koepel waar alle tien Dress for Successwinkels onder vallen. Dress for Success is een vrijwilligersorganisatie die werkzoekenden aan kleding helpt, die past bij de functie waar ze op gaan solliciteren. Klanten blijken door de adviezen en representatieve kleding meer zelfvertrouwen te krijgen en meer succes te hebben bij sollicitaties. De kleding in de winkels is gedoneerd door het bedrijfsleven en door particulieren. ‘Mensen voelen soms gêne dat ze ons nodig hebben’, zegt coördinator Bertine Oudesluijs (Eindhoven). ‘Nergens voor nodig. Als werkgever kun je het juist waarderen dat iemand actief bezig is om zichzelf goed te presenteren.’ Hoe heb je deze baan gekregen? Naam: Louis Schutter (41 jaar) Functie: algemeen medewerker bij Rouwservice Nederland In dienst sinds: juli 2015 Arbeidsbeperking: langdurig werkloos ‘Om kans te maken op deze baan, moest ik stage lopen. Ik had geen pak en ook geen € 500 om er een te kopen. Bij Dress for Success was ik binnen een half uur klaar, tot en met schoenen en manchetknopen toe. Ik blijf mezelf, maar de verpakking doet wat extra’s voor je houding. Ik heb de baan gekregen.’ 16 Baanbreker nr. 4 2015 »

Naam: Desiree van Eldik (43 jaar), werkzoekend ‘Je kunt niet overal casual naartoe.’ ’In deze kleding voel ik me anders, zelfbewuster. Dat straal je, denk ik, ook uit tijdens een gesprek.’ Naam: Svetlana Marchenko (43 jaar), werkzoekend Naam: Diane Zwart (57 jaar), werkzoekend ‘Ik draag weinig felle kleuren, maar ik zie dat het goed staat.’ ‘Je voelt je een ander mens in andere kleren, je wordt gezien. Dat straal je ook uit.’ Baanbreker nr. 4 2015 17

Samen werken Verder lezen –> ‘ Vier culturen, dan heb je niet meteen een team’ Met de coöperatie IN2IT willen vier sociale bedrijven in de ICT de grote opdrachten verwerven die nu nog aan hun neus voorbijgaan. Coöperatiedirecteur Annerie Raaijmakers helpt hen samenwerken en opdrachten verwerven. Tekst: Hans Horsten Foto: Jan Reinier van der Vliet Meer informatie over IN2IT is te vinden op www.in2it.nl. Vier gelijke monniken, maar verschillende kappen. Zo omschrijft Annerie Raaijmakers de ICT­ dienstverleners Flincl, Specialisterren, Technobility en ITvitae, die sinds begin dit jaar onder haar leiding de coöperatie IN2IT vormen. ‘Ze willen samen meer business en banen voor mensen met autisme binnenhalen, maar je spreekt ook over vier culturen en bloedgroepen. Als je die bij elkaar zet, heb je niet meteen een team.’ Je moet wederzijds vertrouwen opbouwen, weten waar ieders expertise en toegevoegde waarde zitten. ‘Dat was even duwen en trekken en kostte veel energie en tijd. Want de vier leden hebben allemaal hun eigen bedrijf waarvoor ze geld moeten verdienen. Vanzelfsprekend ligt daar hun eerste focus. Gelukkig is alles nu beter in balans. Een Het duurt heel lang voordat je een deal hebt eerste opdracht is door Flincl en Technobility samen opgepakt, met Flincl als hoofdaannemer. Dat ging goed en laat zien dat IN2IT wat oplevert.’ De coöperatie wil een voet tussen de deur krijgen bij de top 150 van het bedrijfsleven en bij de overheid. ‘Van de tonnen die nu weggaan richting de ‘grote jongens’ van deze wereld, mag de helft best bij ons terechtkomen’, zegt Raaijmakers uitdagend. ‘IN2IT bezit de kwaliteiten, de passie en de professionaliteit daarvoor. Dat levert duurzaam werk op voor onze doelgroep. Zelf lukt het onze leden vrijwel niet binnen te komen bij grote opdrachtgevers. Ik ga als duvelstoejager op zoek naar interesse in de markt. We bieden een compleet pakket hoogwaardige ICT­diensten aan. Het testen van software en games, het toegankelijk 18 Baanbreker nr. 4 2015

Annerie Raaijmakers Annerie Raaijmakers werkte in het uitzendwezen, en coacht en begeleidt sociale ondernemingen in hun marketing. Sinds een half jaar is ze parttime directeur van IN2IT, een coöperatie van vier ICT­bedrijven met vooral mensen met autisme op de loonlijst. Recent werd ze door het vakblad Computable genomineerd als ‘CEO van het Jaar’ in de ICT­branche. IN2IT is een idee van Start Foundation, die het initiatief ook financieel ondersteunt. maken van internet, websecurity, ontwikkeling en beheer: dankzij onze talentvolle medewerkers hebben we alles in huis.’ Ik­maatschappij IN2IT is de enige coöperatie in zijn soort. ‘De coöperatie is momenteel een hippe werkvorm. Samen verantwoordelijk zijn voor het doel dat je nastreeft. De ik­maatschappij is toch wat op haar retour’. Of een aanpak à la IN2IT een goede manier is om ook in andere sectoren sociale ondernemingen meer omzet te bezorgen, vindt Raaijmakers een lastige vraag. ‘Belangrijk is je sociale doelen vanuit kwaliteit waar te maken, anders blijft langdurige groei lastig. Neem daarom de tijd om helder te krijgen of je allemaal eenzelfde doel nastreeft. Anders zou ik niet instappen. Wat de gezamenlijkheid is, maakt niet uit. Dat kan iets simpels als gezamenlijke inkoop zijn. Als je er maar 100 procent achter staat. Samenwerken om het samenwerken levert niets op.’ In een paar maanden tijd haalde IN2IT drie opdrachten binnen voor zijn leden. Pilots weliswaar, maar ‘langs die weg bouw je een relatie op met nieuwe opdrachtgevers’. Een ander succes is dat een consortium IN2IT ‘meenam’ als partner in een grote aanbestedingsprocedure bij de overheid, waarvoor de leden afzonderlijk kansloos zouden zijn. Daarnaast zijn er serieuze contacten met drie potentiële nieuwe leden voor de coöperatie. Toch is er geen sprake van een zegetocht. ‘Ik dacht dat het makkelijker zou zijn om bij grotere opdrachtgevers aan tafel te komen. Maar onbekend maakt onbemind. Iedereen vindt IN2IT een interessant idee, maar het duurt heel lang voor je een deal hebt.’ Kleine stapjes De leden van IN2IT betalen een ‘fee’ voor elke opdracht die via de coöperatie binnenkomt. Raaijmakers staat parttime op de loonlijst, daarnaast is er geld nodig voor een website en communicatie. Deze kosten worden nog niet gedekt door de inkomsten, maar eind 2016 moet IN2IT zijn eigen broek kunnen ophouden. Volgens de directeur is dat een haalbare kaart. ‘Nu werken er zo’n 80 mensen met autisme bij onze bedrijven. Daar komen er dit jaar wel wat bij, maar dat gaat met kleine stapjes. Mijn ideaal is dat opdrachtgevers mij zelf gaan bellen en zeggen: wat u doet, is zo bijzonder, daar willen wij aan meewerken! Om op dat punt te komen, heeft IN2IT, denk ik, vijf jaar nodig.’ Baanbreker nr. 4 2015 19

Samen werken Toppers ’John kan heel wat aan’ Naam: Madelon Timmer (46) Functie: filiaalleider Het Goed ‘Wij hebben zoveel werk dat we het kunnen aanpassen aan de capaciteiten van de mensen die bij ons binnenkomen. Waarbij we meteen kijken naar wat iemand nodig heeft om te kunnen groeien. Bij John viel op dat hij elk zelfvertrouwen miste. Hij kwam uit een rotsituatie, heeft zelfs nog een tijd op straat geleefd. Via persoonlijke gesprekken en extra aandacht en begeleiding hebben we daaraan gewerkt. John werd een persoon die na verloop van tijd met opgeheven hoofd rondliep op de werkvloer. Als hij zich veilig voelt, kan hij best wat aan. Stap voor stap is het hem gelukt meer verantwoordelijkheid naar zich toe te trekken. Nu leidt hij in dit filiaal de afdeling onderdelen. Elke maand draait hij heel goede omzetten. Als ik zie wat John heeft bereikt, denk ik: fijn.’ Tekst: Hans Horsten Foto: Hans Gerritsen Verder lezen –> Een uitgebreidere versie van dit artikel is te lezen op www.startfoundation.nl/ toppers Kringloopketen Het Goed telt 24 vestigingen in Nederland. Voor meer informatie: www.hetgoed.nl 20 Baanbreker nr. 4 2015 Van vereenzaamd, ziek en werkloos in de bush van Australië tot topverkoper bij kringloopketen Het Goed in Eindhoven. Het overkwam John Damen, met hulp van filiaalleider Madelon Timmer. ‘Ik kan weer knokken voor mezelf.’ ’Ze willen me niet meer kwijt’ Naam: John Damen (63) Functie: verantwoordelijke voor de afdeling ‘Onderdelen’ ‘Na veertig jaar in Australië te hebben gewoond en gewerkt, ging het helemaal verkeerd. Ik raakte werkloos, kwam in een depressie en dronk te veel. Terug naar Nederland dan maar. Daar ging het nog slechter. Ik leefde als een zwerver. Via de sociale werkplaats ben ik bij Het Goed terechtgekomen, waar ik nu een vaste baan heb. Ze willen me niet meer kwijt. Ik weet dat ik goed kan organiseren, maar lang lukte dat niet. Ik heb veel te danken aan Het Goed. Ik ben opener geworden, heb mijn rijbewijs gehaald, woon in een eigen appartement. Ik sorteer, prijs en verkoop de onderdelen die binnenkomen. Ik doe dat goed, mijn maandomzetten gaan keer op keer omhoog. Ik ben zelfs al een paar keer verkoper van de maand geweest bij Het Goed. De eerste keer dat me dat lukte, was ik verschrikkelijk trots.’

Kosten en baten Meer weten –> Bob van der Put (EasyRiet): ‘Als starter krijg je bij de bank nul op het rekest’ Samen ‘bank’ spelen levert banen op Wie wil investeren en een lening nodig heeft, loopt bij banken vaak tegen een muur op. Aankloppen bij een kredietunie kan een oplossing zijn. Let wel op rente en voorwaarden, want die verschillen per unie. Zelf een kredietunie oprichten kan ook. Tekst: Marjan Agerbeek Foto’s: Jan Reinier van der Vliet Bob van der Put van EasyRiet (Harderwijk) is een van de uitvinders van prefabdakpanelen met echt riet. De schakelbare panelen zorgen ervoor dat de klant in een mum van tijd een rieten dak heeft op schuur of bijgebouw, tegen relatief lage kosten. Een prachtig staaltje innovatieve maakindustrie, zou je zeggen. Maar toen Van der Put en medeuitvinder Jean Pierre van ‘t Zand bij de bank aanklopten voor een lening om productiemachines te kopen, kregen ze nul op het rekest. Als startende ondernemers zonder omzet konden ze de bank geen zekerheden bieden; al hun spaargeld zat al in het bedrijf. ‘Toen werden we voorgesteld bij Kredietunie COP Veluwe en zijn we lid geworden’, vertelt Van der Put. ‘En vervolgens hebben we een krediet van € 35.000 gekregen om een productielijn te kopen. Omdat we ook een bijdrage kregen van de provincie, konden we starten.’ En dat is goed gegaan. EasyRiet groeit en heeft nu Kredietunies verschillen » Een kredietunie is niet zaligmakend, wil Frans Renkema van Alert andere ondernemers graag meegeven. ‘De rente die ‘mijn’ kredietunie vraagt, ligt wat hoger dan bij de bank. Je moet dus kritisch kijken met wie je in zee gaat.’ Ook de voorwaarden voor een lening verschillen, zelfs tussen kredietunies. ‘Ik ben erg blij dat ik extra mag aflossen en dat ik dan ook meteen minder rente hoef te betalen. Dat kan niet overal.’ Start Foundation heeft € 50.000 geïnvesteerd in obli gaties van de Vereniging van Kredietunies in Neder land, omdat kredietunies in direct leiden tot be houd van bestaande of nieuwe werkgelegenheid. Aangesloten bedrijven kun nen onder be paalde voorwaarden gebruik maken van cofi nancierings faciliteiten van Start Foundation. Zie ook www.startfoundation.nl Baanbreker nr. 4 2015 21

Samen werken drie personeelsleden in dienst, die allemaal een afstand hadden tot de arbeidsmarkt. Een keuze gebaseerd op visie en financiële overwegingen. Van der Put: ‘We kijken zeker naar sociale 192 aanvragen voor nieuwe kredietunies aspecten bij het aannemen van mensen, maar als je gebruik kunt maken van sociale regelingen, is dat erg aantrekkelijk.’ Ex­bankier Een kredietunie is een vereniging van MKBondernemers in een bepaalde regio of sector die geld inleggen in een gezamenlijke kas. Daaruit kunnen leden geld lenen om bedrijfsinvesteringen te doen, onder bepaalde voorwaarden en tegen betaling van rente. Een kredietaanvraag wordt beoordeeld door deskundigen uit het netwerk, onder wie een ex­bankier. Ook nadat een krediet is toegekend, wordt de ondernemer met raad en daad bijgestaan door het netwerk, op financieel en bedrijfsorganisatorisch vlak. Frans Renkema, eigenaar van Alert (Delfzijl) dat bedrijven helpt bij bedrijfsveiligheid, klopte aan bij Kredietunie Eemsregio, toen de overheid weigerde hem te helpen met de financiering van een nieuwe loods in de Eemshaven. ‘Ons probleem is dat we grote projecten hebben die we moeten voorfinancieren. Daardoor staat onze liquiditeit onder druk en kunnen we geen investeringen doen.’ Renkema wist al dat hij niet bij de bank hoefde aan te kloppen voor de benodigde € 25.000. Maar bij de kredietunie wisten ze van snel schakelen. ‘Twee bestuurders zijn langs geweest om mijn bedrijf en boekhouding te beoordelen en naar mijn voorstel te luisteren. Dat leverde aan beide zijden een goed gevoel op.’ Grote plus Zowel Renkema als Van der Put zijn heel tevreden over ‘hun’ kredietunie. De beoordeling van de aanvraag is minder ingewikkeld dan bij een bank. Maar een grote plus is ook dat de leden van de unie de bedrijven aan wie ze geld uitlenen, met raad en daad ondersteunen. ‘Wij zijn geen ondernemers van huis uit, dus over bedrijfsvoering kunnen we nog veel leren’, zegt Van der Put. Renkema, een ervaren ondernemer met veertig man in dienst, is vooral blij met de deskundigheid van gepensioneerde bankiers die in elke kredietunie zitten. ‘Ik hoop op ideeën om ons voorfinancieringsprobleem aan te pakken, het gaat soms om tonnen.’ Begin zelf een kredietunie De Vereniging van Kredietunies in Nederland steunt ondernemers bij de oprichting van een nieuwe unie. De belangstelling is groot, er liggen nu 192 aan vragen. Oprichter Roland Lampe verzorgt vanuit De Kredietunie bv de begeleiding. ‘Als er een initiatiefgroep is gevormd van vijf personen, met daarin een ex­bankier, krijgt de groep een presentatie van de VKN. Daarna begeleiden we de opstart.’ Naast een goede organisatie zijn € 50.000 opstartkapitaal en € 250.000 toegezegd vermogen nodig. De opstart zelf kost ca. € 50.000, op te halen bij publieke of betrokken private partijen. Zie www.dekredietunie.nl Wat vind je het leukste aan je baan bij EasyRiet? Naam: Helmut van Wyck (42) Functie: productiemedewerker In dienst sinds: februari 2015 Arbeidsbeperking: komt uit bijstandsuitkering ‘Ik heb drie maanden met behoud van uitkering bij EasyRiet gewerkt, en nu heb ik een contract van een half jaar. Daar ben ik blij mee, want het is leuk werk. Het bedrijf groeit, er komen steeds nieuwe producten bij. Dat maak je mee van het begin tot eind. Zo groei je met het bedrijf mee.’ 22 Baanbreker nr. 4 2015 »

Lieve Sahar, –> Als ondernemer van een sociale firma ben ik zeer geïnteresseerd in het opzetten van een social impact bond (SIB) met de overheid en een investeerder. Hoe kan ik dat het beste aanpakken? Xander T. te M. Beste Xander, Een social impact bond is in feite een soort van prestatiefinanciering. In een publiek­private samenwerking investeren private partijen (sociale investeerders, banken) in de aanpak van een maat schappelijk probleem dat de overheid veel geld kost. Zoals het aan het werk helpen van mensen met een kwetsbare arbeids marktpositie. Via één of meerdere dienstverleners (opdrachtnemers) wordt er gewerkt aan het bereiken van vooraf vastgestelde doel stellingen. Als deze worden behaald, betaalt de overheid de investeerders terug met het geld dat zij hierdoor bespaart, inclusief een eventueel rendement. Gaat het mis, dan lijdt de investeerder verlies. Zoals waarschijnlijk al duidelijk wordt uit deze uitleg, is de opdrachtnemer niet aan zet bij het opzetten van dergelijke constructies. Wij zien in onze praktijk veel sociale ondernemers die proberen een SIB te krijgen, maar dat is, gelet op de constructie ervan, erg onlogisch. De gemeente en de investeerders zijn eerst aan zet en moeten dan bepalen wie de opdracht het beste kan krijgen. Zij letten in de regel dan vooral op de ‘bewezen’ effectiviteit en de prijs. Daar moet je je als ondernemer dus op richten. Zorg ervoor dat je goed in kaart hebt wat jouw diensten aan resultaat laten zien over meerdere jaren, en onderbouw je prijs zo scherp mogelijk. Uiteindelijk maakt het je als ondernemer toch niks uit hoe de euro bij je komt: als subsidie, als gift, als betaling voor een opdracht enzovoorts. Geld is geld. Meer informatie over dit onderwerp is ook te vinden op onze site www.startfoundation.nl/sib Lieve groeten, Sahar Ook een vraag? Sahar Mokamel werkt bij Start Foundation sinds 2011. Heeft u een vraag aan Start Foundation? Mail naar baanbreker@startfoundation.nl en u krijgt zo spoedig mogelijk antwoord. Baanbreker nr. 4 2015 23

Niet te geloven! Overheid en beleid 33 jaar en nog steeds thuis Tekst: Marjan Agerbeek Illustratie: Idris van Heffen Danny Haanstra had zijn opleiding tot assistent marketingcommunicatie bijna afgerond, toen het noodlot toesloeg. Diagnose MS. Hij wist niet dat er nóg een noodlot wachtte: hij past in geen enkele sociale regeling. Danny woonde bij zijn ouders toen er op zijn 24e MS werd geconstateerd. Studeren of werken lukte niet meer. Maar als thuiswonende had hij geen recht op bijstand en voor een Wajong­uitkering was hij te oud. De familie moest maar voor Danny zorgen. Na jaren kreeg hij door een nieuwe be handelingsvorm weer hoop op een zelfstandige toekomst. Hij vond werk, maar altijd van korte duur omdat werkgevers vaste dienst niet aandurfden. Geen recht op WW dus. Zo leefde hij in een periode van werkeloosheid van het geld dat hij in zijn vorige baan had verdiend. ‘Ik krijg kost en inwoning, dan hou je het wel een tijdje vol.’ No­riskpolis Een jaar geleden schreef Danny zich in bij Emma at Work, een bemiddelingsbureau voor jongeren met een chronische ziekte of lichamelijke beperking. Via de stichting krijgt hij (tijdelijk) werk, nu als magazijnmedewerker bij Rietlanden Terminals bv in Amsterdam. Zijn werkgever is tevreden en wil hem graag in vaste dienst. Mits het UWV een no­riskpolis afgeeft, zodat het bedrijf is gevrijwaard van het betalen van een eventuele ziekte­ uitkering. Een voorziening om het werkgevers gemakkelijker te maken mensen met een arbeidshandicap in dienst te nemen. De gemeente Beverwijk en het UWV sturen Danny’s dossier heen en weer om tot een oordeel over de no­riskpolis te komen. Op 17 augustus valt de conclusie op de mat: afgewezen. En dus verliest Danny op zijn 33e alweer zijn baan én de hoop op een zelfstandig bestaan. Hoe kan het dat Danny geen no­riskpolis krijgt? Het antwoord is dat de sociale regelgeving eruitziet als het cv van Danny: gatenkaas. De status ‘structurele functionele beperking’ die nodig is om voor zo’n polis in aanmerking te komen, krijg je alleen als je een Wajong­ of WIA­uitkering hebt ontvangen of een WSW­indicatie hebt. Maar Danny werd na zijn 18e ziek, heeft een inmiddels afgeronde studie op zak en kan als thuiswonende geen aanspraak maken op WIA. En dus is hij met ziekte en al tussen wal en schip gevallen – voor de rest van zijn leven? Kent u ook een Niet­te­geloven kwestie? Laat het ons weten! Mail naar baanbreker@startfoundation.nl 24 Baanbreker nr. 4 2015

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
  3. 3
  4. 4
  5. 5
  6. 6
  7. 7
  8. 8
  9. 9
  10. 10
  11. 11
  12. 12
  13. 13
  14. 14
  15. 15
  16. 16
  17. 17
  18. 18
  19. 19
  20. 20
  21. 21
  22. 22
  23. 23
  24. 24
Home


You need flash player to view this online publication