26

Kon u toen meteen weer werken? Mijn oude beroep kon ik niet meer oppakken, dus heb ik een beroepskeuzetest gedaan. Hier kwam het beroep bloemschikken uit, maar dat vond ik maar niks. Ik was altijd al gek op machines en eigenlijk wilde ik hier iets mee doen. Uiteindelijk koos ik voor machinist op wegenbouwmachines. Na een tweejarige omscholing kon ik aan de slag bij Interbeton (tegenwoordig BAM). Een paar jaar later bood dezelfde werkgever mij een contract aan om voor een half jaar naar Suriname te gaan. Dat leek mij wel wat. Ik was toen 21 jaar. ‘Achteraf bleek dat ze mij helemaal niet begrepen’ Wat moest u doen in Suriname? Mijn taak was om Surinamers op te leiden voor het bedienen van wegenbouwmachines in verband met de uitvoering van een asfalteringsproject. Het was het eerste fabrieksmatige asfalteringsproject dat in Suriname gerealiseerd werd. Wat vonden uw familie en vrienden ervan dat u naar Suriname vertrok? Het was ruim vijftig jaar geleden uniek om te worden uitgezonden naar een ander werelddeel. Mijn familie was er niet zo blij mee. Vooral mijn moeder vond het maar niks, haar zoon die naar een ver land met vreemde mensen vertrok. Mijn vrienden vonden het wel geweldig. Hoe zagen uw beginjaren in Suriname eruit? Mijn eerste verblijfplaats in Suriname was pension Maasen in Paramaribo en werd gerund door een Nederlands echtpaar. Hier heb ik een jaar gewoond. Via een schriftelijke cursus bij het PBNA (Polytechnisch Bureau Nederland Arnhem) studeerde ik voor uitvoering wegenbouw, waardoor ik na een jaar als projectleider zelfstandig wegenbouwprojecten kon uitvoeren bij Interbeton. Ik was verantwoordelijk voor het materiaal en de mensen. Vanaf links boven: Nancy, Airien, Kees, Fabiënne en Dave van der Lee. Wanneer heeft u uw vrouw Airien leren kennen? In 1971 leerde ik haar kennen op een verjaardag van mijn collega. Zij was toen met haar zusje mee. In 1972 trouwden we met elkaar. Een jaar later kregen wij onze eerste dochter Nancy, drie jaar later onze zoon Dave en vier jaar erna onze jongste dochter Fabiënne. Waar woonden jullie toen? Wij hebben altijd in Paramaribo gewoond. In de beginjaren trok Airien bij mij in in de huurwoning waar ik al woonde en in 1980 hebben wij ons huis gekocht. Hier wonen wij nog steeds. Was er geen taalbarrière? Die was er in het begin wel. De communicatie tussen mij en de Surinamers verliep toen nogal stroef. Mijn collega’s zeiden altijd beleefd ‘ja meneer’ wanneer ik ze in het Nederlands wat vroeg. Achteraf bleek dat ze mij helemaal niet begrepen. Zij deden steeds wat anders dan wat ik vroeg. Ik ben toen van een stadscreool de taal gaan leren. Hierna begrepen zij mij meteen een stuk beter en maakten ze minder fouten. 26 | ILPENDAM

27 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication