23

CULINAIR 23 DE HELDEN VAN CULINAIR BERGEN OP ZOOM CEES VAN TIGGELEN & RIAN VAN DORT Aardbeien, Asperges en Ansjovis: samen vormen ze de drie A’s van Bergen op Zoom. De drie pareltjes uit onze lokale culinaire keuken. Aspergeboer Cees van Tiggelen en Rian van Dort van de weervisserij vertellen aan tafel bij restaurant ‘t Spuihuis - trouw afnemer van deze lokale producten - over hun passie voor de asperges en ansjovis. En over hun werkzaamheden binnen de familiebedrijven waar ze onderdeel van zijn. BIJZONDER OF HEEL GEWOON? Dag in, dag uit staat Rian van Dort in de winkel aan de Artilleriestraat, waar ze de verse visvangst van de weervissers verkoopt. Twee keer per dag komt een verse vangst binnen. Haar vader, Cor van Dort, is de laatste echte weervisser van Nederland en zelfs van Europa. Inmiddels is hij de 86 gepasseerd, maar nog altijd is hij eigenaar van het familiebedrijf dat zich inzet voor het behoud van de Bergse ansjovis. Rian: “Door alle aandacht omtrent onze ansjovis en de weervisserij, weet ik dat ons product bijzonder is. Toch voelt het voor mij als iets heel normaals. Als ik vroeger uit school kwam, ging ik helpen in het bedrijf. Studeren? Daar heb ik nooit aan gedacht. Ik zou in de weervisserij gaan werken.” Datzelfde geldt voor Cees. “Ik ben de vierde generatie die op dezelfde plek asperges teelt. Het zit in de genen, denk ik. En hoewel het voor Rian en mij als iets heel vanzelfsprekends voelt, vind ik het wel leuk te zien dat onze producten steeds populairder worden. In Bergen op Zoom, maar ook elders in het land. Soms krijg ik klanten vanuit Den Haag of Amsterdam over de vloer.” ARMOEDE Rian: “Vroeger at men in Bergen op Zoom asperges en ansjovis omdat er zoveel van was en het dus niets kostte. Eigenlijk een beetje uit armoede. Nu zie je dat deze producten weer echt een delicatesse zijn. Dat is leuk om te zien.” Cees: “Bergen op Zoom stond voor de Tweede Wereldoorlog zelfs bekend als aspergehoofdstad. Daar zijn we een aantal jaar geleden weer op ingesprongen. Sinds 2016 is de Brabantse Wal Asperge zelfs officieel erkend als Europees streekproduct.” EEN NIEUWE GENERATIE Zulke pareltjes van producten zouden niet verloren mogen gaan. Maar hoe zit het met de toekomst van hun familiebedrijven? Zijn er mogelijke opvolgers? Rian: “Mijn man en ik hebben geen kinderen, dus voor ons is het de vraag wat het bedrijf gaat doen in de toekomst. Hopelijk staat er iemand op om het na ons over te nemen. Maar ik besef ook dat het wel financieel aantrekkelijk moet zijn. Dat is in ons geval heel lastig te voorspellen; elk jaar is de opbrengst anders, afhankelijk van het weer. Vorig jaar was een slecht jaar, het jaar daarvoor een goed jaar. Dat houdt het spannend en uitdagend, maar je moet geen drie slechte jaren achter elkaar hebben…” Cees heeft goede hoop voor de overname van zijn bedrijf, door zijn dochter. “Onze zoon heeft gekozen voor een opleiding tot leraar, daar reken ik dus niet op. Maar onze dochter volgt de Agrarische Hogeschool en heeft de wens uitgesproken het bedrijf later voort te zetten.” Lachend: “Nu maar hopen dat ze geen vriendje treft in Amsterdam of elders…”

24 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication