9

..1 '15ï trekking op het verbeteren van de infrastructuur. 'Het graaven van een canaal of vaart van Schravenmoer, den Groenendijk of Schrevelduijn Capelle alwaar dagelijks ebben en vloed is op Tilburg en welke destantie niet zeer groot is. Hierdoor zouden inzonderheid de fabrieken gefavoriseerd worden, daar de landwagt zoo in het aanvoeren van wolle als vervoer der laakenen en andere een enorÍn bezwaax opleverd'' Het kanaal liet nog meer dan een eeuw oP zich wachten, maaÍ van de verbetering van de transportmogelijkheden over de weg werd meteen werk gemaakt' Tilburg kon tot in de 19" eeuw slechts op enkele onbetekenende zandwegen wijzen, die het verbonden met de Langstraat,'s-Hertogenbosch, Eindhoven, Hilvarenbeek, Turnhout en Breda. Nieuwe kansen lavamen er toen keuer Napoleon het Koninkrijk Holland in 1810 bij het Franse imperium inlijfde. Hij wilde overal in zijn onmetelijke rijk steenwegen laten aanleggen. Als zijn regering van langere duur was geweest, zou Noord-Brabant binnen korte tijd een goed wegennet gehad hebben. Maar het bleef bij hetKeizerlijk Decreet van l6 december l8l 1 waarin het Franse wegenplan omschreven werd. Na de verdrijving der Fransen trof koning Willem I onmiddellijk maatregelen om de aanleg en verbetering der wegen voort te zetten. In het Koninklijk Besluit van25 juli 1816 werd het nationaal wegenplan vastgesteld. Van de wegen die over NoordBrabants grondgebied liepen, waren die van Den }Jaagnaar AntwerPen en de weg van Middelburg naar Kleef de belangrijkste. Het provinciaal bestuur van NoordBrabant bepleitte de urgentie van wegenaanleg met de volgende argumentatie: in Boeren: geen slaven der gewoonte In het verzoekschrift waarin gepleit werd voor de ontsluiting van Tilburg met een verharde verbindingsweg met Breda en Den Bosch, werd niet alleen gewezen op het belang van de weg voor de textielnijverheid. In een lange zin werden ook de Tilburgse boeren er bij betrokken. 'Dat de landbouw in de Provintie NoordBraband, hoewel sedert eenige jaren aanmerkelijk toegenomen, echter nog voor veele verbetering en uitbreiding vatbaar is, bijzonder in dat gedeelte, hetwelk het verst van de Rivieren of Vaarten is gelegen en waartoe een steenweg over Tilburg dus zeer zeker veel zoude contribueren De Tilburgse drossaard Adriaan van der Willigen had er kort voor 1800 al op gewezen dat er op het gebied van de landbouw nog veel te winnen was. 'Overal zijn de boeren doorgaans onde zomer kon men tot dusverre oP een kar getrokken door een boerenpaard niet meer dan 600 kilo langzaam transporteren en in de winter waren de zandwegen totaal onbruikbaar. Even leek het erop dat Tilburg achter het net zou vissen. Omwille van kostenbesparing werd bepaald dat de weg van Breda naar Den Bosch via Loon oP Zandzou lopen. Een zware delegatie van Tilburgse notabelen - vooral bestaande uit fabrikanten - bepleitte een verlegging van het tracé. Slechts als het gemeentebestuur de extra kosten voor haar rekening nam, zou er een iets langere rijksweg aangelegd worden, maar die zou dan wel door Tilburg lopen. Dit leek voor het vooruitziende stadsbestuur geen beletsel. Door allerlei oorzaken was de verharde straatweg overigens pas in dejaren 1840 klaar.

10 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication