364

Bijlage 1: De inventaris van het sterfhuis van Hendrick van Dun 1631 Inventaris van de goederen, vorderingen en schulden uit het sterfhuis van Hendrick Cornelis van Dunne, overleden 30 juli 1631. Opgemaakt door notaris Aert van Loon. Tot rendant (beheerder namens de erfgenamen) is aangesteld Jan Henricx van Dunne. Aan geld was aanwezig een bedrag van 803 kgld, 9 stuivers en 2 ort. Enig aanwezig goud heeft bij verkoop 18 kgld. en 3 st. opgebracht. Wel aanwezig was nog een klein stukske goud van onbepaalde waarde en 10 vreemde stuks zilver geld: “qualijck gangckbaer”. Op 23 oktober 1631 is een koopdag gehouden door stockhouder Veltwijck van meubelen, goederen en zilverwerk. Opbrengst 610 kgld. Onverkocht gehouden zijn 2 gouden ringen, waarvan een merkring met een groene steen en een ring met een groen steentje. In de beurs van zijn vader heeft rendant nog 5 st. gevonden. Van 50 delen (niet genoemd) int huis opt Ghinnekenseijnde gevonden en per stuk verkocht. Opbrengst 27 kg;ld en 11 st. Van wat hout gekocht door Peeter Janssen, timmerman 6 kgld. 358 Van de 9 veertelen rogs, gekomen van het land tot Chaem, welk Henrick van Dunne ten halve hadde laten besaeijen en verkocht zijn aan Peeter van Poppel. 42 kgld. en 15 st. Noch ontvangen van 5 lopen rogs die de hoevenaar tot Chaem ten halven nog uit het stroij hadde gedorsen. 2 kgld. en 6 st. Noch eenige willigen (bomen) verkocht die van Chaem waren gecomen. 4 kgld. Voorts heeft Hendrick van Dunne bij zijn testament, in besloten vorm gemaakt, bepaald dat de rendant in deze sterfhuijs in moet brengen 300 kgld. die hij aan zijn vader schuldig was voor bieren. Maar in hetzelfde testament heeft voorschr. Hendrick ook gelegateert aan Henricken , de zoon van Adriaentke van Dunne 150 kgld. De rendant heeft deze nu betaald aan doctor Fredericus van der Meije tot behoef van genoemde Henricken. Daarom hiervoor opgenomen slechts 150 kgld. Marie Michielsdr. Van de Kieboom, nagelaten weduwe Henricx van Dunne, heeft behouden een bedde met sijn toebehoirte , te weeten hootpoluwe (sijnde een nieuw tijck), een paar lakens, een rooi fargie, een nieuw oircussen met een fluwijn, eenen quaden mantel en een tirenteijnen beddecleet. Dit al uit crachte van houwelijckse voirwaerden tussen haar en Henrick gemaakt op 8 juni 1631. Int sterffhuijs van Peeter van den Broeck genaamd Int Gulden Cruijs alhier is berustende geweest seeckeren eenhooren, wegende 14 ponden bredasch gewicht, die Hendrick van Dunne voor de helft was toecomende. Hij had deze eenhoren samen met voorschreven Peeter gekocht. Op 7 mei 1632 is de eenhoren gedeelt tussen de erfgenamen van Hendrick en het weeskind van Peeter. Dit gebeurde ten overstaan van heeren doctoren in de medicijnen Godefroij van den Broeck en Fredericus van der Mije. De erfgenamen van Hendrick kregen hierbij 60 oncen. De erfgenamen verdeelden ze vervolgens onder elkaar waarbij Heer Peeter van Dunne 12 oncen kreeg tot eene vereeringe. Jan van Dunne ,na loting, ook 12 oncen. De weeskinderen van Cornelie 7 ½ oncen. De weeskinderen van Jenneke 14 oncen.

365 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication