Te Essen worden voor de kinderen nog bewaard; een bed met hooftpeluw, oircussen en 2 dekens. Verder nog een waterpot, tinnen botercroes, tinnen canneke, 2 tinnen telleurren (borden), 2 lepels, een putacker (emmer) , cleijn coperen merctemmerke, een sermoonboek, een contrefeijtsel (schilderijportret) van Cornelis van Bernagie, een huijck en hoet van de kinderenmoeder die nu de oudste dochter draagt. Tot slot nog 3 ellen bruin-blauw laken welk de kinderen tot cleeding zal worden aangesneden en 4 ellen swart laecke, ook voor de kinderen te snijden. Ingecomen profijtelijcke schulden; Vanaf 1619 alswaar Jacob Janssen Stouts, biersteecker tot Amsterdam, na de laatste afrekening op 12 november 1622 tot 26 augustus 1624 schuldig is gebleven 25.300 gld. Hiervan rest na de laatste betaling nog 3028 gld. Jacob heeft echter onverwachte kosten moeten betalen waardoor het geheel nu is afgeboekt. Jan Geerits gehuwd met Lijsbeth Joosten, wonend aan de nieuwe Bierkeije in ’s-Gravenhage nog 7800 gld. voor geleverde bieren. Er is hierna ook nog bier geleverd waardoor het bedrag is opgelopen tot 8699 gld. Door rendant hiervan 4000 gld. ontvangen. Door Abraham Jacop van Rijckevorssel is voor notaris van Warmenhuijsen in ’s-Gravenhage een kontrakt opgesteld over de betaling van deze vordering. Jan Bartholomeussen, biersteecker in Dordrecht, is schuldig 871 gld. voor geleverde bieren. Ook Joachim Cornelis de Bruijn , biersteecker in Brielle, heeft nog een schuld te betalen voor geleverde bieren. Ook nog genoemd Christiaan Janssen van de Werck gehuwd met Anneke Cornelissen, wonende te Bommel en nu in Geertruijdenbergh, moeten nog 150 gld. betalen voor 2 ½ last bier. Ook moet hij nog 37 lege tonnen terugsturen. Aan onroerende goederen worden vermeld vele cavelen moer. Huis met brouwerij genaamd Het Fortuijn, gekocht van Jan Jansen (Deij)de brouwer op 18 october 1619. Gelegen op de Haeghdijck. Deze is nu verhuurd voor 360 gld. per jaar. De brouwerij heette bij aankoop De Engel. Betaald moet nog worden ;18 gld. aan de pastoor van Cleijn-Zundert voor geleverde boter aan de kinderen. Ook 18 gld. aan Theodorus Jan van Dun bij quitantie van zijn zoon Jan. Sebastiaan van der Schoot moet nog betaald worden 694 gld. voor diverse partijen brouwtorff van 1 januari 1622 tot november 1622. Jan Arissen, schipper, krijgt nog betaald voor het terugbrengen van ledige tonnen en graan uit Amsterdam voor de periode 18 augustus 1623 tot 5 augustus 1624. Ook is er nog een betaling aan Hans Willem Elbinck, coopman te Amsterdam, voor geleverde bieren en teruggezonden granen van 1950 gld. Idem aan de broers Jan en Aert Peter de Hardt in Heel voor geleverd hop. Aan de knechten van het brouwers en cuijpers gilde 33 st. op de begrafenisse . Aan mr. Jan de Pestmr. die Aleijde, de jongste dr. van Cornelis van Bernagie en nog tegenwoordigh in leven sijnde, van contagieuze sieckte (pest) genesen heeft. Betaald 22 gld. en 12 st. Aan Griet de Waster van 3 voor Adriaenke en 6 manden lijnwaet voor Perijntke heeft gewassen als zij op het clooster wonend. 3 gld. Aan de vrouw van Jan Capiteijnkens, schipper, voor 27 ledig tonnen thuis gebracht van Amsterdam 4 gld. en 1 st. Voor de kinderen uitgegeven Perijntke, de oudste dochter, met zus Adriaentke hebben samen opt Clooster van St. Cathalijnedale gewoont. Perijntke van 25 juni 1625 tot 25 december, 6 maanden. En 373
380 Online Touch Home