33

PLOEGEN, EGGEN, ZAAIEN EN OOGSTEN COLUMN DOOR PIETER TIMMERS, FORWARD MANAGEMENT Hoewel we in een tijd van kunstmatige intelligentie leven, is de menselijke natuur onveranderd gebleven. Zijn angsten, behoeftes, driften, emoties en genietingen waren 2.500 jaar geleden niet anders dan nu. De Griekse denker Aristoteles (385-322 v. Chr.) noemde de mens niet voor niets ‘een denkend dier’. De Managementgoden voor elk wat wils Zo’n 2.500 jaar geleden waren de meeste mensen analfabeet en verliep de communicatie door middel van het gesproken woord. Gedurende het overgrote deel van de geschiedenis van de mens waren het de verhalen die van mond tot mond eeuwenlang doorverteld werden. Vandaar dat verhalen het nog altijd goed doen in de marketing. HET IS OER-MENSELIJK In een maatschappij van 2.500 jaar gelden werd de boel bij elkaar gehouden met behulp van een ethische code; afspraken over gedrag zullen we maar zeggen. Om te overleven had je elkaar nodig in een min of meer georganiseerde samenleving. Die ethische code werd gecommuniceerd door middel van verhalen (mythen) over goed en kwaad. Je zou dat met een religie kunnen vergelijken, wij noemen dat mythologie. De mythen waren nodig om de bevolking te bereiken en de maatschappij bestuurbaar te maken en te houden. Veel van die mythen bleken uitstekend bruikbaar in de managementwetenschappen. Elk bedrijf of organisatie is een maatschappij(tje) op zich, waar een aantal vormen van zijn. In onze tijd en onze wereld zijn de vier onderstaande culturen met hun mythologische god van toepassing. Die goden hebben eigenschappen waarmee je iets duidelijk kunt maken en waar naar je kunt refereren. MACHTSCULTUUR Dit is Zeus, de oppergod die regeert op de berg Olympus. Deze cultuur wordt gekenmerkt door de grote waarde die de leiding hecht aan macht en heeft te maken met een sterke leidersfiguur. Er is weinig bureaucratie en er zijn weinig regels. Het individu is belangrijk en men is zelfbewust. Beheersing vindt plaats vanuit een centraal punt en door op vitale punten sleutelfiguren te plaatsen is de macht gedelegeerd. Resultaten zijn het criterium voor succes. Individuele prestaties zijn belangrijker dan samenwerking. Deze cultuur is te vinden in kleine en beginnende of familiebedrijven. De winsten zijn niet altijd per definitie het hoogst, efficiënt is deze cultuur overigens wel. ROLCULTUUR Hier hebben we te maken met Apollo; de god van rationele schoonheid en orde. Knappe man schijnt hij geweest te zijn. Deze cultuur kent de hoogste waarde toe aan orde en regelmaat. Beheersing vindt plaats door procedures, regels en functieomschrijvingen. Het in stand houden en perfectioneren van het systeem is vaak belangrijker dan slagvaardigheid en flexibiliteit. Rollen en status zijn belangrijker dan prestatie. Deze cultuur is te vinden in grote, bureaucratische organisaties. Een gebouw met een fundament, zuilen (afdelingen) en een gemeenschappelijk dak. Ingeschat wordt dat meer dan 80% van de bedrijven in de wereld Apollo-bedrijven zijn. Omdat er vele functionarissen zijn die als indirect gekenmerkt kunnen worden, is Apollo niet altijd efficiënt. TAAKCULTUUR Athena; godin van schranderheid, kunst, krijgskunde en vrede. Bij deze cultuur is de hoogste waarde dat het werk zo goed mogelijk wordt gedaan. Men is pragmatisch ingesteld, en men laat zich wat betreft de coördinatie leiden door de eisen die het werk stelt. Deskundigheid weegt zwaar en men werkt samen in tijdelijke teams als dat positief bijdraagt aan de kwaliteit en effectiviteit van de organisatie. Resultaten zijn hier belangrijker dan regels, machtsverhoudingen of persoonlijke behoeften. Deze cultuur is te vinden in kleine organisaties die voor een gemeenschappelijk doel zijn opgericht, zoals projecten. Hier spreken we over een matrixorganisatie. Een team van specialisten, losgemaakt uit een bestaande organisaties die aan een tijdelijke opdracht werken. Bij grote projecten met een looptijd van twee à drie jaar schiet Athena vaak tekort en zet men er een Apollo-management bovenop. PERSOONSCULTUUR Dionysos; god van de geestdrift, enthousiasme, poëzie, muziek en drank. In deze cultuur wordt de hoogste waarde toegekend aan het individuele belang en de individuele ontwikkeling. Er is vaak een minimum aan regels en voorschriften, hetgeen tot moeilijkheden in de coördinatie kan leiden. Het persoonlijke (existentiële) succes heeft als regel voorrang op het succes van de organisatie als geheel. Deze cultuur is te vinden in professionele organisaties met hoogopgeleide medewerkers en een geringe omvang, zoals artsenmaatschappen, architectenbureaus, artiesten, beroepssporters, advocatenkantoren, enz. Weinig of geen hiërarchie en men is er vaak partner of medeaandeelhouder. WELKE IS DE BESTE? Deze vraag is niet snel en eenvoudig te beantwoorden. Het hangt onder andere af van de omvang van het bedrijf, het proces, product of dienst, de historie, de kwaliteiten van medewerkers en daarmee ook de cultuur die er heerst. Opvallend is dat ook internationale business consultants nog steeds met behulp van deze vier basisculturen vastgelopen organisaties analyseren en weer vlot proberen te trekken, ze beter laten functioneren, of ze weerbaarder maken in tijden waarin wendbaarheid en aanpassingsvermogen van het eerste belang zijn. Bron: The Gods of Management; Charles Handy 1978 JACHTBOUW NEDERLAND OKTOBER 2020 33 Foto Rens Groenendijk

34 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication