20

Interview Het CV van Marjan Minnesma Marjan Minnesma (1966) studeerde bedrijfskunde, rechten en filosofie en begon haar carrière bij adviesbureau Slot & Partners. Als adviseur innovatie en duurzaamheid ging ze in 1994 naar uitvoeringsorganisatie Novem van de rijksoverheid (het huidige RVO). Vijf jaar later werd ze campagnedirecteur voor Greenpeace. Daarop kreeg Minnesma een baan als onderzoeker bij het Instituut voor Milieuvraagstukken (IVM) aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Ze werkte daar aan milieu- en rechtsvraagstukken en ontmoette er de huidige hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans, die haar overhaalde naar de Erasmus Universiteit in Rotterdam te komen. In 2007 startten de twee stichting Urgenda. Sinds 2010 is Minnesma fulltime directeur van deze organisatie voor innovatie en duurzaam heid, die het proces van verduurzaming in ons land wil versnellen met een ‘urgente agenda’. Minnesma realiseert zich dat haar doelen ambitieus zijn, maar tegelijkertijd wil ze hoog inzetten. Urgenda doet spraakmakende projecten en helpt koplopers met opschalen, terwijl ze bouwt aan een brede duurzaamheidsbeweging. Uiteindelijk moeten bedrijven, particulieren en overheden het wel zelf doen. Minnesma is al verschillende malen tot nummer 1 gekozen van de Duurzame 100, de lijst met de meest invloedrijke ‘duurzame’ Nederlanders van dagblad Trouw. politieke partij Water Natuurlijk wil ze ook de waterschappen tot actie manen, onder meer door drijvende zonnepanelen op hun wateren te zetten, die meedraaien met de zon. Maar het is Minnesma niet alleen om het klimaat en de energietransitie te doen. Ook waterkwaliteit en biodiversiteit gaan haar aan het hart. “Deze twee thema’s zijn bepalend voor een gezonde leefomgeving”, licht ze toe. Een aantal maanden terug is Urgenda een crowdfundingactie gestart om in ons land duizend hectare aan kruidenrijk grasland in te zaaien. De actieorganisatie heeft voor boeren een prijs weten te realiseren die bijna de helft onder die van een hectare aan Engels raaigras ligt. “Er is dan minder kunstmest nodig”, zegt Minnesma, “wat weer scheelt aan nutriëntenuitspoeling naar de sloten. Zo werken agrariërs niet alleen aan het verduurzamen van de landbouw, maar ook aan een schone waterkwaliteit. We hebben al zo’n 800 hectare weg kunnen zetten.” Is ons land wel voldoende waterkwaliteitsbewust? “Mijn indruk is dat alleen de experts weten dat het niet goed is gesteld met de kwaliteit van ons oppervlaktewater. Ik denk dat de doorsneeburger daar nog amper bekend mee is. Uit onderzoek weten we dat 80 procent van de burgers zich zorgen maakt om de gevolgen van de klimaatverandering, maar slechts weinig inwoners zijn zich bewust van de slechte kwaliteit van ons water. Als je naar het water in je omgeving kijkt, lijkt het schoon. De blauwe Middellandse Zee ziet er ook schoner uit dan de grijze Noordzee, maar dat is helemaal niet zo. In waterkwaliteit schieten ze beide tekort. Zolang de bevolking zich daar niet druk over maakt, komen politici niet in actie.” Nederland is Europees hekkensluiter bij het halen van de doelen uit de Kaderrichtlijn Water (KRW). Hoe verklaart u dit falen? “Dat Nederland in Europa slecht scoort in waterkwaliteit was me bekend, maar dat we onderaan het lijstje van de KRW bungelen, wist ik niet. Vergaande maatregelen zijn vereist. Het kabinet voert een te halfslachtig waterkwaliteitsbeleid. Het zou zich sterker moeten richten op de uitvoering en handhaving van de KRW. Intussen vragen we in Brussel uitzonderingen aan voor het merendeel van onze KRWwateren. Er heerst een beleid van pappen en nathouden. Dat is funest om de waterkwaliteit te bevorderen. In het VVD-programma voor de Tweede Kamerverkiezingen bespeur ik minachting voor de verdragen die ons land 20 WATERFORUM NR 7 Strokenteelt, met verschillende gewassen op één perceel, is niet alleen goed voor het bodemleven en de biodiversiteit, er zijn ook minder gewasbeschermers nodig (foto: Dronewerkers/WUR).

21 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication