21

1911-1990: aantal per formule * Te paard: 10 edities, gemiddeld 1 om de 10 jaar. De voorlaatste aan Steenstraat op 12 aug. 1988, de laatste op 25 aug. 1989 in ? * Met de sjees-ingespannen paarden: 7 edities. De laatste op 8 sept. 1933 in Nieuwkapelle. * Met de fiets: liefst 346 edities. De cijfers ogen uitstekend tot 1980. Maar in het laatste besproken decennium 1981-1990 is de terugval groot: slechts 12, waarvan de laatst gevonden op 11 sept. 1987. 1911-1952: aantal per regio (alle formules) Vanaf 1952 tot 1990 geeft de site Historische Kranten enkel de referenties (regel met trefwoord “ringsteking” en datum editie, geen gemeente). De artikels zelf kan men niet openen wegens toepassing 70 jaar auteursrecht. Vandaar dat de regionale frequentie niet verder dan 1952 kan nagegaan worden. Westhoek-Noord 1911 tot 1952: 15 Westhoek- Zuid 1911 tot 1952: 180 1841-1952: aantal per stad/dorp (alle formules) Top-10: 1. Ieper (49 ringstekingen) 2. Poperinge (38) 3. Vlamertinge (36) 4. Langemark, Veurne (23) 6. Alveringem (12) 7. Abele (11) 8. Reningelst, Zonnebeke (10) 10. Watou (9) 8 edities: Elverdinge, Oostvleteren, Poelkapelle, Sint -Jan-ter-Biezen 6: Esen, Zillebeke 5: Bikschote, Bulskamp, Reninge 4: Brielen, Dikkebus, Hollebeke, Hoogstade, Krombeke, Proven, Roesbrugge, Staden, Stavele, Westouter, Woesten, Wulveringem, Zuidschote 3: Adinkerke, De Panne, Koksijde, Loker, Passendale, Steenkerke 2: Boezinge, Geluwe, Gijvelde, Gijverinkhove, Kemmel, Klerken, Mesen, Moorslede, Oeren, Pollinkhove, Voormezele, Westvleteren, Woumen 1: Beselare, Beveren a/d IJzer, Dadizele, Diksmuide, Geluveld, Handzame, Houtem (V), Houthulst, Izenberge, Killem, Komen-ter-Biezen, Kortemark, Leisele, Lo, Merkem, Moëres, Nieuwkapelle, Nieuwkerke, Vladslo, Waasten, Wijtschate, Wulvergem, Zandvoorde Slotbeschouwing – Het is overduidelijk dat het wielpeerd, het stalen ros, de ringsteking te paard heeft verdrongen. De mens zoekt natuurlijk en altijd zijn gemak en voordeel. De uitvinding van de velocipède opent een nieuwe wereld, verhoogt de mobiliteit, verandert de maatschappij. Toestanden en dingen die er niet meer bijhoren gaan overboord. Niet alleen voor het dagelijks werk maar ook in de vrije tijd. Dat gaat op voor vele uitvindingen, het ligt gewoon voor de hand. Vandaar: waarom nog ringsteken te paard als het met de fiets kan? Daar zijn veel voordelen aan verbonden: * Niet iedereen kan paardrijden, niet iedereen heeft zelf(s) een paard. Weldra bezit iedereen wel een fiets! Zo kunnen veel meer liefhebbers aan het ringsteken deelnemen in plaats van voorheen enkel boerenzonen. 59 Voortaan kunnen bovendien ook vrouwen gemakkelijker meedoen. * Met de fiets ben je veel sneller op de wedstrijdplaats, ook verder van je huis. Gedaan met het paard uit de wei halen, optuigen, een heel eind ermee op stap, ter plaatse voer geven, ervoor zorgen enz. * Ringstekingen met de fiets zijn gemakkelijker te organiseren: een standplaats voor de paarden wordt overbodig, evenals water, hooi, stro. De wedstrijd hoeft niet langer in de wei, het kan in de dorpsstraat bij winkels en herbergen, en bij de gemeenschap. * Toch maakt de mens een kapitale fout: hij gaat compleet voorbij aan de intrinsieke identiteit van de traditie. Die traditie is niet “ringsteking” maar “ringsteking-te-paard”. Eén en ondeelbaar. Het paard hoort er wel degelijk bij, het is essentieel, inherent. Wat telt is niet enkel de ring steken, maar wel de totaalbelevenis, het ring-steken-te-paard omdat - zoals in het middeleeuwse steekspel - mens en dier in deze traditie een twee-eenheid vormen inzake snelheid, kracht en behendigheid. * Dat inzicht heeft men denkelijk niet bij de eerste ringstekingen met de fiets (1893 in VeurneBewesterpoort en 1899 in Ieper). Het enige doel van fietsfreak Fritz Vanderstuyft (een naam om ParijsRoubaix mee te winnen..!) lijkt de promotie van het rijwiel op straat en de verkoop ervan in zijn handel. Anderzijds: springt Fritz in het gat in de markt? De laatste ringsteking-te-paard in het Ieperse dateert van 1888 (de andere waren met de sjees en het paard ingespannen). Denkt hij elf jaar later, in 1899: “Het is hoog tijd voor een nieuw soort ringsteking, met de fiets?” Hoe de vork precies aan de steel zit zullen we wel nooit weten… Nevenbeschouwing – Denken we de fiets even helemaal weg. Ook dan zou de ringsteking te paard, in de veronderstelling dat ze nog bestaat ca. 1970 e.v., het in de tijd erg moeilijk hebben. De intens gemechaniseerde landbouw maakt immers het paard op de hoeven overbodig… * Hoe dan ook, op Walcheren (Zeeland) en in Friesland, is het ringrijden te paard en met de sjees, sinds eeuwen en tot vandaag in zijn authenticiteit bewaard. Daarover nog enkele alinea’s.

22 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication