0

van boerenmeisje tot kasteelvrouw of ... Jef Ameeuw De lotgevallen van Juliana Flyps en haar kasteelbewoners. Arthur Merghelynck edelman, genealoog, kasteelheer, rusteloze zoeker In 1874 bekomt hij bij de erfenisverdeling met zijn broer ook het ouderlijk huis. Hier blijft hij wonen en bewaart er zijn historische documenten. (Zijn broer - °1845-1917 - dokter in de rechten en politieke administratieve wetenschappen woont in Brussel en resideert ook regelmatig op het kasteel St.-Jan.) Op zoek naar een buitenverblijf, passend bij zijn stand, komt Arthur bij toeval in Wulveringem (1874). (2) Hij geraakt in de ban van een vervallen ‘kasteelruïne’ uit de jaren 15911617. De ruïne is eigendom van Charles Ceulenaere en Pierre Moeneclaey. foto: kasteel anno 1900 Na moeizame onderhandelingen met de eigenaars kan hij op 28 oktober 1875 bij notaris Cornille de aankoopakte ondertekenen. Jonker Merghelynck wordt de nieuwe eigenaar van de ruïne en omgevend park en heeft het dorp opnieuw een kasteelheer. Merghelynck laat er geen gras over groeien. Hij pakt onmiddellijk de restauratie aan. Dit kasteel moet zijn oogappel worden. Ondertussen speurt hij de streek en NoordFrankrijk af op zoek naar passende bekleding, meubels en antiquiteiten. Terwijl de restauratiewerken in Wulveringem volop bezig zijn, kan hij op 15 april 1892 in Ieper het hotel Merghelynck, ooit eigendom van zijn overgrootvader François, terugkopen: piëteit jegens de voorvaderen dwingt hem “d’empêcher que cet immeuble ne tombât des moins profanes” (3) Op 1 mei 1892 vangt hij de restauratie van het pand aan. Maanden werkt hij er om het hotel zijn oude glans terug te geven. In 1894, twee jaar na de aankoop, wordt het hotel Merghelynck heropend als een hotel “gewijd aan de verfijnde levensstijl van de adel in de 18de eeuw”. (4) Ter gelegenheid van de opening geeft Merghelynck een schitterende fotomap uit in een beperkte oplage van 75 exemplaren. 25 hiervan zijn voorbehouden voor de genodigden uit binnen– en buitenland. De rest wordt te koop aangeboden. deel 1a 2) A. Morisse - passie van een edelman - p. 11 - 2008 3) Tollebeek Jo - Het verleden in de 19de eeuw - Arthur Merghelynck en het kasteel van Beauvoorde - p.17 4) Jan Dewilde - Arthur Merghelynck, passies van een edelman - p. 79 1

Hotel Merghelynck - Ieper / ca anno 1900 - onder: voorpagina fotomap Hotel Merghelynck (© Jef Ameeuw) 2

Opdracht Franse Minister van Onderwijs (© Jef Ameeuw) Tijdens de restauratiewerken in zijn hotel heeft Merghelynck de gewoonte op het middaguur zijn aperitief te nemen in het nabijgelegen hotelrestaurant ‘het Gouden Hoofd’. Dit restaurant in de Rijselstraat ligt op nauwelijks een boogscheut van de markt. Het wordt uitgebaat door de familie Verbrugghe-Flyps. Hier werkt een zekere Juliana als dienster bij haar zuster en schoonbroer. (5) Tijdens zijn dagelijks bezoek in het ‘Gouden Hoofd’ ontstaan bij Arthur meer en meer gevoelens voor het meisje dat hem dagelijks bedient. Wie is dat meisje dat luistert naar de naam Juliana? Merghelynck is 39 jaar oud en ongehuwd. Hij bezit veel geld en een enorm patrimonium. Alleen, wanneer hij in zijn huis in de Elverdingestraat werkt of in zijn kasteel verblijft, begint de eenzaamheid meer en meer door te wegen. Komt daar nog bij dat hij sinds 6 april 1879 burgemeester is van Wulveringem. Erratum lentenummer In de plaats van ‘ridderzaal’ moest staan ‘eetzaal’, met dank aan een aandachtige lezer. Tevens was de foto van de ‘familie Merghelynck’ verkeerdelijk in de tekst geslopen. Met onze excuses hiervoor. 5) Valère Priem, Kastelen en landhuizen in de Westhoek - p. 152 > vervolg in het herfstnummer > 3 Hotel de la Tête d’Or - het ‘Gouden Hoofd’ waar Juliana Flyps dienster was t.o. Merghelynck in de Rijselstraat te Ieper.

1 Online Touch

Index

  1. 1
  2. 2
Home


You need flash player to view this online publication