2

Ik ben in 2014 gestart als zelfstandige halftijds en halftijds aan de universiteit. Daarvoor heb ik zeven jaar in de culturele sector gewerkt en bij ‘Iedereen leest’. Heel veel met leesbevordering bezig geweest. En in 2014 teruggekeerd naar mijn alma mater. Na mijn studies had ik mijn doctoraat behaald aan de universiteit en dan teruggekeerd omdat ik de kans kreeg om er halftijds te werken. Ik doe er schrijfbegeleiding aan studenten en halftijds als zelfstandige. Bij ‘Iedereen leest’ was ik eindredacteur en ik dacht: ik doe dat toch eigenlijk heel graag. Zo ben ik daar eigenlijk ingerold. Het schrijfwerk nam gaandeweg de overhand en ik merkte dat dit moeilijk werd om dit te combineren met lesgeven en schrijfbegeleiding aan de universiteit. Zo dacht ik om dit voor een jaar te zien wat dit mij brengt dat voltijds freelancen. Voor uitgeverijen verzorg ik tekstcorrecties en de eindredactie. Daarnaast heb ik ook eigen schrijfprojecten, zoals ‘De atlas van de Nederlandse taal’ waarvan er in oktober ’21 een herdruk is geweest en samen verscheen met de ‘Dialectatlas’ waarvan de eindredactie heb gedaan en door mijn collega’s werd geschreven. Ik heb ook twee vloekboeken gemaakt. Ik herinner me nog het programma ‘met Van Gils en gasten’ waar je over die vloekboeken in gesprek ging. Met ‘zurkeltrutte’ als je favoriete scheldwoord. Ja, inderdaad. Ik moet wel zeggen dat ik liever schrijf dan dat ik spreek. Ik had daar heel veel zenuwen voor. Daar was nochtans niets van te merken … Dat zeggen er veel, maar geef mij maar de computer. Een gesprek van één op één is oké, maar in een groep een gesprek voeren is niet echt mijn ding. Ik ben lid geworden van de redactie van ‘Onze taal’, dat is een populariserend blad over het Nederlands. Ik kreeg daar een column, een vaste rubriek, wat ook wat meer tijd begon in te nemen. Ook ghostwriting ben ik gaan doen. Het verhaal van anderen 2 neerpennen. Daarvoor had je natuurlijk wel langere periodes nodig waarin je je ongebroken kan concentreren. Kan je daar een voorbeeld van geven? Ja, eigenlijk voor mijn man. Heel grappig, Hij is slachtofferbejegenaar bij de politie, dus diegene die slecht nieuws brengt bij de mensen als er iemand is overleden. Hij staat de slachtoffers bij, ook slachtoffers van partnergeweld, inbraakslachtoffers, … mensen die daar een trauma van hebben opgelopen. Vanuit de politie in Gent gaat hij bij de mensen op bezoek om die op te vangen. En mijn Lannoo-redacteur die mij begeleidde bij mijn ‘Atlas voor de

3 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication