19

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 04 | 2022 MICHEL KNAPEN JURIDISCH 19 Als een Utrechtse ambtenaar zich ziek IN DE CLINCH meldt nadat zij heeft aangegeven haar werk niet goed te kunnen uitvoeren, wordt ze van haar taken ontheven. Gaat de gemeente niet te ver, nu ze geen ander werk krijgt opgedragen? ONAANVAARDBAAR DAT AMBTENAAR ZWEEFT Ambtenaar Isabel Doorakker* zit in het managementteam van de gemeente Utrecht. Zij is belast met personeelsplanning, wat ongeveer tachtig procent van haar werkzaamheden omvat. Als zij enkele jaren in dienst is, voert de gemeente het project Handig Plannen in, waarmee het capaciteitsberekening- en planningsproces moet worden verbeterd. Doorakker was als lid van het capaciteitsteam betrokken bij dit project. Als dit ruim een jaar loopt, meldt Doorakker aan de directeur – die Handig Plannen heeft ingevoerd – dat zij geen ruimte meer voelt om haar werk goed te kunnen uitvoeren. De weerstand tegen planning neemt toe, merkt zij, verbeteringen worden niet gezien. Het vertrouwen in dat proces is weg, en ze ziet geen ruimte om het vertrouwen weer op te bouwen. Ze laat ook weten dat haar gezondheid te wensen overlaat. Een dag later meldt zij zich ziek. Vervolgens worden de personeelsplanningstaken bij Doorakker weggehaald, ‘in het belang van haar gezondheid en van de continuïteit binnen de gemeente’. De taak wordt elders belegd, laat de directeur haar weten: zijzelf slaagt er onvoldoende in om de van haar gevraagde stevige positie ook echt te nemen, zij is niet tegen de planningstaak opgewassen. Dat heeft bij haar geleid tot spanning, stress en uiteindelijk tot werkgerelateerde arbeidsongeschiktheid. Hoewel het planningsproces haar niet goed afgaat, verzet Doorakker zich toch tegen deze veranderingen. Bij de rechtbank De weerstand tegen personeelsplanning neemt toe Midden-Nederland krijgt ze gelijk. Toen de gemeente dit besluit nam was er geen sprake van een dermate lange periode van arbeidsongeschiktheid dat een (blijvende) ontheffing van haar (plannings)taken gerechtvaardigd was. De rechtbank heeft wel oog voor het dienstbelang van het college, de continuiteit van de organisatie en de implementatie van de afspraken uit het project Handig Plannen, maar om dit belang te kunnen veiligstellen was ontheffing van de taak niet noodzakelijk. Het college had een minder ingrijpende maatregel kunnen en ook moeten inzetten. Tegen die uitspraak gaat het college in hoger beroep. ADVERTENTIE inzicht in de maatschappij atlasresearch.nl Welke kansen bieden stedelijke regio’s aan hun bevolking? En waarom presteert de ene regio beter dan de andere? Bij de Centrale Raad van Beroep wijst het college naar de Utrechtse arbeidsvoorwaardenregeling, waarin staat dat een ambtenaar door B&W kan worden verplicht – in het belang van de dienst – tijdelijk niet tot zijn functie behorende werkzaamheden te verrichten, of tijdelijk een andere functie waar te nemen. Het college heeft, constateert de Raad in zijn uitspraak van 30 december 2021, Doorakker weliswaar ontheven van de personeelsplanning (die het overgrote deel van haar werkzaamheden omvatte), maar heeft haar geen andere taken opgedragen. Ook toen zij ging re-integreren, is haar niet opgedragen om, nu haar taken waren ontnomen, aanvullend werk te verrichten. Ze deed toen niet meer dan de resterende werkzaamheden uit haar oorspronkelijke takenpakket. Hierdoor was het voor Doorakker onduidelijk of en in hoeverre de ontheffing van de personeelsplanning als tijdelijk was bedoeld en ook welke andere werkzaamheden zij zou moeten verrichten. Kortom, zij is gedurende een aanzienlijke periode gaan ‘zweven’, wat volgens vaste rechtspraak van de Raad niet aanvaardbaar is. Het college had haar niet van die taak moeten ontheffen, maar moeten voorzien in waarneming van haar functie. Dan had kunnen worden onderzocht welke andere werkzaamheden Doorakker had kunnen doen. Het ontheffingsbesluit van het college wordt vernietigd. * De naam is gefingeerd. ECLI:NL:CRVB:2021:3319

20 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication