31

ACHTERGROND 31 hebben voor hoe de samenleving daarnaar kijkt. Die kijkt toch net iets kritischer en strenger naar politici en bestuurders en verwacht van hen ander moreel gedrag dan ze van zichzelf verwacht. Je kunt zeggen dat dit hypocriet is, maar het is wel hoe het werkt. Daar moet je als bestuurder rekening mee houden.’ Het organiseren van tegenmacht schiet soms tekort. ‘Tegenmacht is essentieel onderdeel van de lokale democratie’, schrijft Van Ostaaijen. ‘Democratie is meer dan zorgen voor een goede verbinding tussen de lokale samenleving en het lokale bestuur. In een democratie is het ook van belang bescherming te bieden aan minderheden tegen de meerderheid, en andersom.’ DE OPLOSSING Lokale bestuurders zijn zelf verantwoordelijk voor het organiseren van hun eigen tegenmacht, vindt Van Ostaaijen. Tegenmacht kan op verschillende manieren worden georganiseerd. Zoals de inzet van een actieve rekenkamer, waar raad en griffie in de ogen van de bestuurskundige vaker een beroep op moeten doen. Maar ook goede informatievoorziening is belangrijk. Van Ostaaijen heeft geen goed woord over voor de situatie waarbij premier Rutte − voor het beruchte 1-april-debat over ‘Omtzigt, functie elders’ − een gespreksverslag, als fractievoorzitter van de VVD, eerder kreeg dan de rest. ‘Het lijkt klein, maar gedoe om informatievoorziening is van alle tijden. Als informatievoorziening politiek wordt gemaakt − door het te veel te geven, of te beperkt, of met geheimhouding − kun je er allerlei politieke spelletjes mee spelen. Informatie wel aan de een, maar niet of later aan een ander geven, vind ik een van de kwalijkste vormen daarvan.’ Als het gaat om integriteit is het volgen van de formele regels niet genoeg, benadrukt Van Ostaaijen. ‘De verdediging anno 2022 – “Ik heb me aan de regels gehouden” – gaat niet meer op. We hanteren hogere morele maatstaven voor bestuurders.’ DE LANDELIJKE OVERHEID HET PROBLEEM De landelijke overheid denkt vooral aan zichzelf. Cru gezegd: als het de landelijke overheid goed uitkomt, krijgen gemeenten er taken bij, maar als gemeenten bij Den Haag voor hulp aankloppen, krijgen ze geen gehoor. Het ontbreekt daarnaast aan een overkoepelende visie op het lokaal bestuur. Plannen komen vaak na coalitieonderhandelingen uit de hoge Haagse hoed, terwijl over de gevol

32 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication