18

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 25 | 2021 18 ESSAY BESTUUR FOTO: PAUL VAN RIEL / ANP-HH FOTO: CORBIS / H.H. ESSAY GA ANDERS FORMEREN Tijdens de verkiezingscampagnes staat de kiezer volop in de belangstelling én in de gunst van de politici. Maar als de formatie eenmaal begint, verdwijnt diezelfde kiezer vrijwel geheel uit beeld. Het primaat van het electoraat maakt dan plaats voor het primaat van de politiek. Dat kan en moet anders, betoogt Peter Polhuis. Als het politici ernst is om politieke en bestuurlijke vernieuwing tot stand te brengen, dan is het verstandig om te beginnen bij het belangrijkste politieke proces in ons bestel: de kabinetsformatie. Alleen de duur van kabinetsformaties geeft daartoe al aanleiding: gemiddeld duurt het na verkiezingen 94 dagen (dus ruim drie maanden) eer er een nieuw kabinet is gevormd. Een blik op het verleden stemt niet optimistisch. Sinds 1945 loopt het aantal dagen om een kabinet te formeren gestaag op. Nog vers in het geheugen ligt de formatie van Rutte III, die maar liefst 225 dagen (ruim zeven maanden) duurde en daarmee een lengterecord vestigde. De huidige formatie zal dit gemiddelde niet naar beneden bijstellen. Op de publicatiedatum van dit essay staat de teller inmiddels al ruim boven die 94 dagen. In Nederland is rond formaties weinig formeel geregeld. Wel zijn er conventies en rituelen die met een zekere regelmaat opduiken, maar gebondenheid daaraan is er niet. Anders geformuleerd: het politieke primaat heeft vrij spel. Mijn pleidooi is om die vrijblijvendheid in te perken door consensus te bereiken over nieuwe spelregels. Blijken die in de praktijk te werken, dan kunnen ze in de (grond)wet worden opgenomen. Een voor de hand liggende nieuwe spelregel is om de duur van kabinetsformaties te limiteren. Lukt het politici niet om binnen de vastgestelde termijn – en laten we in Nederland met een meerpartijenstelsel maar eens uitgaan van het huidige gemiddelde van drie maanden – een kabinet te formeren, dan wordt hun primaat weer terug gegeven aan de kiezer en volgen nieuwe verkiezingen. De ervaring leert dat een tijdshorizon heilzaam is voor de afronding van een onderhandelingsproces omdat onder druk alles vloeibaar wordt. Maar belangrijker is dat politici zullen ervaren dat het politieke primaat dat hun na de verkiezing is gegeven, een geleend primaat is en ten principale toehoort aan het electoraat. CONTINUERING Een tweede spelregel ontleen ik aan de VU-hoogleraar Gijs Kuypers, een van de grondleggers van de politicologie/ beleidsanalyse in Nederland. Hij bepleitte reeds in 1967 dat zittende kabinetten enkele maanden voor de verkiezingen nadenken over hun continuering. Komt zo’n continueringsbesluit tot stand, dan kan de eenvoudige regel worden gevolgd dat als de regeringspartijen na de verkiezingsstrijd in zeteltal gelijk blijven of groeien, die regering kan doorregeren. Let wel, het gaat hier niet om het vereiste van een absolute meerderheid in de Tweede Kamer. Ergo, deze spelregel zou ook heel goed werken in het geval van een minderheidskabinet. Deze regel is glashelder. Kiezers weten wat hun partij met welk programma in de komende vier jaar van plan is, en de gang van zaken na de verkiezingen is geen verrassing. Had het huidige demissionaire kabinet zo’n continueringsbesluit genomen (en was het niet vlak voor de finish gestruikeld over de toeslagenaffaire), dan zou met de winst van drie regeringspartijen het kabinet Rutte IV – zonder tussenkomst van verkenners, informateurs en formateurs – vrijwel meteen kunnen aantreden. Hooguit zou binnen een week bezien kunnen worden of het aantal ministers en staatssecretariaten aangepast moet worden om tegemoet te komen aan de gewijzigde onderlinge politieke krachtsverhouding. Dat zo’n continueringsbesluit serieus wordt verkend, wordt bevorderd door een aanvullende spelregel. Namelijk dat als zo’n besluit tot voortzetting van de coalitie niet tot stand komt, er een kabinet gevormd dient te worden met in elk geval de grootste oppositiepartij. Misschien zelfs door het leveren van de minister-president. WINNAARS EERST Een andere spelregel kan zijn dat na verkiezingen de partijen die electorale winst hebben geboekt – dus ook de nieuwkomers – als eerste worden uitgenodigd om te

19 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication