10

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 12 | 2020 10 KORT VAKGEBIEDEN FINANCIËN BESTUUR EN ORGANISATIE KNOPS: GENOEG OOG VOOR GEMEENTEN STEEDS MEER RADEN AAN HET BOBBEN RUIMTE EN MILIEU PROVINCIAAL ENERGIEBELEID ONDERZOCHT Minister Knops van Binnenlandse Zaken vindt dat het rijk voldoende aandacht heeft voor de financiële gevolgen van het kabinetsbeleid voor het huishoudboekje van de gemeenten. Hij antwoordt dat op vragen van de Tweede Kamer-fractie van de SP. De financiële positie van gemeenten wordt structureel met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) besproken tijdens het zogeheten bestuurlijk overleg. Daarin is ook aandacht voor de balans tussen taken en middelen bij gemeenten. Volgens de VNG, aldus de SP, is er na de decentralisaties in 2015 echter nog steeds geen sprake van verzachting van door het rijk opgelegde de bezuinigingen op de gemeenten. En dat terwijl de economie intussen wel is aangetrokken. Op de vraag of Knops bereid is de bezuinigingen terug te draaien, antwoordt de CDA-minister bekend te zijn met de signalen dat gemeenten problemen ervaren – in het bijzonder de krappe midddelen voor de jeugdzorg. Het onderwerp geniet volgens hem ‘de volle aandacht van het kabinet’ en hij wijst erop dat daarvoor in de jaren 2019-2021 een miljard euro extra richting gemeenten vloeit. Momenteel wordt onderzocht of structureel extra middelen nodig zijn om die kosten te dekken. Dat onderzoek wordt dit najaar afgerond. De resultaten ervan dienen als inbreng van de komende kabinetsformatie. ‘De uitkomsten van het onderzoek worden bestuurlijk gewogen [...]. Indien rijk en gemeenten in de bestuurlijke weging niet tot overeenstemming komen, wordt één en ander voorgelegd aan een – gezamenlijk benoemde – commissie van wijzen die een semi-bindend oordeel geeft – vergelijkbaar met arbitrage.’ Het raadscommissiemodel is het meest gebruikte vergadermodel van de vijf modellen die in gemeenteraden in zwang zijn. In totaal 178 van de 355 gemeenten maken hiervan gebruik. Op nummer twee staat het vergadermodel waar alleen plenaire raadsvergaderingen plaatsvinden en geen voorafgaande commissies. De voorbereiding op die plenaire raadsvergadering gebeurt via fractievergaderingen. 66 gemeenten hanteren dit model. Dat blijkt uit het recent verschenen Nationaal Raadsledenonderzoek 2019 van Daadkracht, dat tweejaarlijks verschijnt. 54 gemeenten gebruiken de zogeheten BOB-methode: Beeldvorming, Opinievorming en Besluitvorming. Het model met één agendacommissie wordt door 46 gemeenten gebruikt. Die commissie bereidt alle raadsvergaderingen voor. Hekkensluiters zijn de elf gemeenten met de rondetafelmethode. Hierbij schuiven burgers en experts bij raadsleden aan om over door de raad of burgers aangedragen vraagstukken met elkaar in gesprek te gaan. Het model is onder meer bedoeld om burgerparticipatie te stimuleren. Vooral kleinere gemeenten hanteren het model met alleen plenaire raadsvergaderingen om het aantal vergaderingen te beperken, stelt Daadkracht. Het rondetafelmodel komt niet voor in gemeenten met minder dan 15.000 inwoners en met meer dan 100.000 inwoners. Het afgelopen decennium zijn steeds meer gemeenten gaan werken met de BOB-methode, al zijn daarvan verschillende varianten in omloop. De beeldvorming vindt soms in commissies plaats, maar soms ook plenair. Gemiddeld kost het BOB-model minder uren per week raadswerk dan de andere vergadermodellen. De Rekenkamer Oost-Nederland begint een onderzoek naar de wijze waarop Gelderland en Overijssel het draagvlak voor wind- en zonneparken bevorderen. In beide provincies moet dit jaar 14 procent van de gebruikte energie afkomstig zijn uit hernieuwbare bronnen, zoals wind en zon. In 2023 dient dat aandeel verder te zijn gestegen tot 16 procent. Een belangrijke factor voor het slagen van die opdracht is het draagvlak onder burgers en bedrijven. De rekenkamer gaat in het onderzoek bestuderen wat er bij een aantal specifieke projecten op het gebied van wind, zon en biomassa door de provincies is gedaan om het draagvlak onder de bevolking te bevorderen. Daaronder rekent de rekenkamer onder meer het geven van voorlichting over hernieuwbare energie, het ondersteunen van lokale energiecoöperaties, het onderzoeken van mogelijkheden voor financiële participatie van burgers in wind- en zonneprojecten en het stimuleren van particuliere initiatieven voor nieuwe energiebronnen. De opgedane kennis kan later worden ingezet bij nieuwe projecten. Provincies hebben verschillende rollen bij het bevorderen van de opwekking van hernieuwbare energie. Ze kunnen via een ruimtelijk spoor (omgevingsvisie) wind- en zonneparken mogelijk maken. Via het spoor van de vergunningen kunnen ze toestemming geven voor energie-initiatieven in relatie tot de Wet Natuurbescherming. En ze hebben een stimulerende rol in de energietransitie via kennisdeling en het faciliteren van energie coöpe raties en energieloketten. Het onderzoek zal na de zomer worden aangeboden aan Provinciale Staten van Gelderland en Overijssel.

11 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication