SPECIAL 49 ‘JE WEET NIET WAAR JE MOET ZOEKEN’ Samen met een collega verzamelt Bart Wijnands in Den Helder de informatie die nodig is voor het opstellen van de transitievisie warmte. Het samenwerken in VIVET is een goede eerste stap, vindt de gemeentelijk adviseur energie neutraal. ‘We zijn vorig najaar begonnen met de eerste inventarisaties voor het opstellen van de transitievisie. In het begin is het lastig: je weet niet waar je informatie moet zoeken. Er is zo veel data dat het moeilijk wordt om structuur aan te brengen. Dat is een leerproces, een stap die je moet zetten. Het is belangrijk dat we als gemeenten die ervaringen en opgedane kennis delen. Ik denk dat het initiatief van de proeftuinen aardgasvrije wijken heel nuttig is: je kunt echt leren hoe zo’n energietransitie er in de praktijk uitziet. Wat het extra gecompliceerd maakt, is dat veel data uit verschillende bronnen komt. Niet allemaal even actueel. Soms werk je met gegevens uit een bron van 2018, en die moet je dan combineren met data uit 2015. Wat wij vooral nodig hebben zijn gedetailleerde data: gegevens over woninglabel, hoeveel zonnepanelen in een wijk liggen, maar ook sociale data zoals inkomensgegevens. Daarmee kunnen we een inschatting maken of mensen al aan de slag zijn met ‘no regret-maatregelen’ zoals isolatie en ventilatie. Daarnaast kijken we naar bestaande duurzaamheidsinitiatieven, en de warmtevraag in een wijk of buurt. En we willen weten of er op korte termijn werkzaamheden gaan plaatsvinden aan het gasnet of de riolering; zo kunnen maatregelen voor de energietransitie worden gecombineerd met andere werkzaamheden. Dan hoeft de straat maar één keer open. Voor een gemeente als Den Helder is die voorbereiding van de transitievisie een grote klus. Maar eigenlijk wordt die in onze gemeente door slechts een paar mensen gedaan. Dat zal in andere gemeenten niet anders zijn, denk ik. We zijn nu heel technisch bezig met het verzamelen van data, maar voor onze inwoners is dat helemaal niet zo relevant. Het emotionele aspect van de energietransitie, de acceptatie van en het draagvlak voor de maatregelen is een nog veel zwaardere opgave. Daar zijn we nog niet aan toegekomen. Als het voor ons al moeilijk is om een weg te vinden in al die informatie, is dat voor onze inwoners al helemaal niet te doen. We hebben goede data nodig om duidelijk te kunnen zijn. Mensen willen weten of ze straks een warmtenet krijgen, of dat straks er waterstof door de gasleidingen komt, want dat lezen en horen ze overal. Maar je moet bewoners ook duidelijk kunnen maken dat een warmtenet in het buitengebied vrijwel uitgesloten is. Nadat er afspraken zijn gemaakt in de regionale energiestrategieën, zijn de gemeenten nu in the lead om de energietransitie vorm te geven. Ik vraag me af of dat op deze manier kan. Een gemeente als Amsterdam kan tientallen experts vrijmaken; wij doen het met enkele. Uiteindelijk is deze opgave tweeledig: het inventariseren, beoordelen en besluiten over welke transitiemaatregelen op welke plek worden genomen, en het participatietraject met de inwoners. Voor die laatste taak is de gemeente bij uitstek geschikt.’ BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 14 | 2020
50 Online Touch Home