37

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 16 | 2020 ACHTERGROND 37 ‘Ik moest wel even opzoeken wat de provincie allemaal doet’ ‘Toen heeft de publieke sector gezegd: wij moeten het goede voorbeeld geven’, vertelt Maas verder. Want het aantal bbl’ers dat de Aan de duizend jaar oude Grote Markt in Groningen gaat de komende jaren flink worden gesleuteld. Gert-Jan Rodenboog (26) werkt enthousiast mee aan die grootschalige herinrichting. ‘Ik ben geboren en getogen in Groningen. Om dan aan de binnenstad van mijn eigen stad te kunnen werken, dat is super.’ Hij studeerde vorig jaar af aan de Rijksuniversiteit Groningen als sociaal planoloog en begon een paar maanden later aan een traineeship bij de gemeente Groningen. Inmiddels is hij aangenomen als assistent-projectleider bij de afdeling Stadsontwikkeling. Het is een van de succesverhalen van Stichting GOA Publiek, die het traineeprogramma in opdracht van – en in nauwe samenwerking met – de gemeente Groningen ontwikkelde. GOA staat voor Gemeenschappelijke Opleidingsactiviteit, een fenomeen dat bijvoorbeeld in de bouw of in het groenbeheer al bekend is, maar in de publieke sector in het geheel nog niet. Dat vertelt Jeroen Maas, de directeur van de stichting die er al vanaf de oprichting bij betrokken is geweest. De raison d’être was bij de oprichting van de stichting in 2010 een heel andere dan anno 2020. Ook bestonden de traineeships toen nog niet. Er was in die tijd sprake van grote jeugdwerkloosheid. Actie was nodig ‘omdat er een verloren generatie dreigde te ontstaan’, vertelt Maas. Extra aandacht was nodig voor jongeren in bbl-trajecten – de beroepsbegeleidende leerweg, een leerwerktraject op mboniveau. Dat soort gecombineerde leerwerkplekken wordt in een crisis als eerste wegbezuinigd, waardoor veel jongeren hun diploma niet zouden kunnen halen. ‘De maatschappelijke impact is dubbel’, aldus Maas. ‘Je hebt én geen werk én je kunt je opleiding niet afmaken.’ provincies en gemeenten in Noord-Nederland destijds in dienst had, ‘daar raakte je niet van onder de indruk, zeg maar’. Terwijl er allerlei mbo-functies in het openbaar bestuur bestaan: van administratieve en juridische medewerkers tot hoveniers, vuilnismannen of -vrouwen en kantonniers (die wegbermen onderhouden). Zo ontstond het idee voor een GOA voor de publieke sector, die zich constant zou inspannen om bbl-trajecten op de agenda van publieke partijen te houden. TIEN JAAR LATER Een tweede taak is het ‘ontzorgen’ van publieke organisaties doordat de GOA als werkgever optreedt. In die zin is de GOA eigenlijk een uitzendbureau, dat ook de risico’s van het werkgeverschap op zich neemt. Maar de belangrijkste bestaansgrond voor de GOA ligt volgens Maas in de begeleiding die alle bbl’ers en trainees krijgen. ‘Met vier leerlingbegeleiders houden we continu een vinger aan de pols. Daardoor maximaliseren we de kans dat ze succesvol uitstromen.’ Op verzoek van de gemeente Groningen is het traineeprogramma voor starters uit het hbo en wo er een paar jaar later, in 2013, bijgekomen. Waar de GOA in eerste instantie jongeren aan werk hielp, is de taak nu verschoven naar: de publieke sector aan personeel helpen. De arbeidsmarkt is immers flink aangetrokken. Bijna tien jaar na de oprichting zijn er zo’n vierhonderd bbl’ers geplaatst bij ongeveer veertig verschillende publieke en semipublieke organisaties. Meer dan 85 procent van hen behaalt het diploma en 80 procent vindt binnen drie maanden na afloop van het traject een betaalde baan. Aan het traineeprogramma hebben meer dan 160 jongeren meegedaan bij zeven gemeenten en een woningcorporatie. ZELFVERZEKERD ‘Ik moest eerst wel even opzoeken wat de provincie eigenlijk allemaal doet,’ vertelt Esther Maliepaard (34), die bijna klaar is met haar bbl-traject als managementassistent bij de provincie Drenthe. Ook wist ze niet zeker of het wel wat voor haar zou zijn – ze had in de kinderopvang gewerkt en veel van de taken en verantwoordelijkheden waren nieuw voor haar. Maar inmiddels voelt ze zich op haar plek en is ze zelfverzekerder geworden. Charles Hussels begeleidt Esther op haar leerwerkplek en is blij met het bbl-programma bij de provincie. ‘Als ik om me heen kijk zie ik hier vooral mannen van boven de vijftig – net als ik. Jonge bbl’ers brengen nieuwe energie met zich mee.’ En niet alleen dat: er komt ook nieuwe kennis binnen. De bbl’ers krijgen van het GOA trainingen, bijvoorbeeld in Excel of Sharepoint. Dat komt Hussels wel goed uit: ‘Dan leer ik het weer van hen.’ Als moeder van drie kinderen op zoek naar een carrièreswitch was een bbl-traject ideaal voor Esther Maliepaard: ze kan leren terwijl ze ook betaald werk doet, en de uren zijn flexibel. Dat profiel komt Jeroen Maas vaker tegen. Hoewel er steeds minder jongeren vanuit de bijstand naar een bbl-traject solliciteren (‘in het begin kwam wel 80 procent vanuit een uitkering’), zijn het wel vaak jongeren ‘die in een situatie zitten waar ze uit willen’. Soms moeten bbl-plekken letterlijk gecreeerd worden. Directeur Jeroen Maas noemt dat job carving. ‘Toon mij uw afdeling, dan toon ik u een bbl-plek’ is zijn motto. Het idee: je schraapt een aantal taken uit functies voor hoogopgeleiden weg, taken die niet per se vragen om een hbo- of universitair diploma, en stopt ze bij elkaar in een mbo-functie. Vooral in tijden van digitalisering, waarin vooral banen in het middensegment dreigen te verdwijnen, kan dat een veelbelovende strategie zijn om de arbeidsmarkt iets dichter naar mbo’ers toe te trekken. Mireille Stuart, Programmamanager Arbeidsmarkt bij A&O fonds Gemeenten, kent het fenomeen job carving vooral als middel om mensen met een arbeidsbeperking aan een baan te helpen. Maar ook voor reguliere mbo’ers ziet ze het nut er wel van in, want ze weet dat gemeenten kampen met een mismatch tussen de openstaande vacatures en het arbeidsaanbod. Ook ziet ze dat de gemiddelde salarisschaal van ambtenaren stijgt, wat er inderdaad op zou kunnen wijzen dat mbo-functies verdwijnen – of dat mbobanen vaker worden geoutsourcet.

38 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication