6

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 24 | 2020 06 NIEUWS ARBEIDSVOORWAARDEN DOOR: HANS BEKKERS In hun nieuwe cao zouden gemeenteambtenaren de mogelijkheid moeten krijgen verlofdagen te sparen. Dat daarmee opgebouwde vitaliteitsverlofbudget zouden ze in diverse levensfasen kunnen inzetten, ook om bijvoorbeeld eerder te stoppen. VOORSTEL VOOR NIEUWE CAO GEMEENTEN VERLOFSPAREN VOOR ALLE AMBTENAREN Dit is een nieuw te ontwikkelen regeling, waarvan de kern is dat er jaarlijks een x-aantal uren wordt gespaard. De bijdrage is voor alle werknemers gelijk en dus niet leeftijdgebonden. Tot die aanbeveling komt de speciale werkgroep Verlof en Vitaliteit van gemeentelijke werkgevers en vakbonden. Die werd ingesteld ter voorbereiding van de onderhandelingen van een nieuwe cao gemeenten. De huidige cao loopt 1 januari 2021 af. De werkgroep doet geen concreet voorstel voor de hoogte van de jaarlijkse opbouw en de mogelijke omvang van het op te bouwen budget. Dat is aan de cao-onderhandelaars. Concreet wordt gedacht aan een regeling waarin ruimte zit om in diverse levensfasen extra verlof op te nemen. Het verlof zou moeten zijn op te nemen in een aaneengesloten periode of te verdelen over een langere periode, door bijvoorbeeld enkele jaren een dagdeel per week op te nemen. Door verlofdagen op te sparen, kan de werknemer aan het eind van zijn loopbaan bijvoorbeeld in de laatste vijf jaar een dag per week minder gaan werken met behoud van loon én pensioenopbouw. Medewerkers die vlak voor hun pensioen zitten, kunnen ook een combi maken met deeltijdpensioen. Een regeling voor verlofsparen zou een bijdrage kunnen leveren aan het vitaliteitsbeleid voor alle leeftijdsgroepen, bijvoorbeeld ter voorkoming of oplossing van vitaliteitsproblemen, het faciliteren van minder werken voor oudere werkne‘ Het is voor alle inkomensgroepen een betaalbare oplossing’ mers en het beter in balans kunnen brengen van werk en privé. Het is wel belangrijk dat het opnemen van het verlof in overleg gebeurt met de leidinggevende. ‘Het is in principe niet bedoeld voor een gewone vakantie. Daarvoor heeft de werknemer immers wettelijke verlofdagen. Maar de werknemer heeft wel de regie over zijn eigen spaarverlofbudget en de leidinggevende kan alleen in zeer uitzonderlijke situaties weigeren als er zeer zwaarwegende bedrijfsbelangen in het geding zijn.’ FISCAAL GUNSTIG Het moet verder mogelijk worden opgespaard verlof mee te nemen bij wisseling van werkgever. De werkgroep adviseert een sector brede regeling en landelijk af te spreken wat de bijdrage van werkgever en werknemer is aan de opbouw van het vitaliteitsverlofbudget. De regeling zou fiscaal gezien gunstig moeten zijn. Voor het sparen van verlof kan vanuit diverse bronnen worden geput, zoals (nieuwe) bovenwettelijke dagen en uren betaald uit overwerktoeslag of onregelmatigheidstoeslag. Ook kunnen extra dagen ingekocht worden vanuit IKB. Wanneer de medewerker zijn spaarverlof gebruikt, is dat met behoud van 100 procent loon en 100 procent opbouw van pensioen. ‘Hierdoor is het voor alle inkomensgroepen een betaalbare oplossing‘, aldus de werkgroep. PEILEN WERKDRUK In voorbereiding op de nieuwe cao-onderhandelingen houdt de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) digitale bijeenkomsten onder haar achterban over onder andere het rapport van de werkgroep Verlof en Vitaliteit. Op basis van die voorbereidingen legt de VNG in september de conceptarbeidsvoorwaardennota met voorstellen voor het cao-overleg aan haar leden voor. Behalve de verlofspaarregeling heeft de werkgroep nog een aantal andere adviezen op het gebied van vitaliteit. • De werkgever peilt periodiek de werkdruk en neemt waar nodig maatregelen om de werkdruk te voorkomen dan wel te verminderen. De meting van de werkdruk, de frequentie ervan en de op basis van de meting te nemen maatregelen worden met de ondernemingsraad overlegd. • De werkgever bespreekt periodiek met de ondernemingsraad de personele bezetting en eventuele benodigde maatregelen om de bezetting op orde te houden. • Werkgever en werknemer dragen samen verantwoordelijkheid voor vitaliteit van de medewerker en maken samen afspraken welke maatregelen hiertoe kunnen bijdragen. • Onderdeel van het vitaliteitsbeleid is dat de werkgever vaststelt voor welke (groepen van) medewerkers in zware beroepen er aanvullende ontziemaatregelen moeten worden genomen zodat die fysiek en mentaal gezond de pensioenleeftijd kunnen halen. Daarbij kan onder andere gebruik worden gemaakt van de vrijstelling van de RVU-boete over 21.000 euro bruto gedurende drie jaar voor de AOW-gerechtigde leeftijd.

7 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication