6

BORSTVOEDING EN NEURODIVERGENTIE Hoe je lactatiebegeleiding bij moeders met neurodivergentie optimaliseren? Veerle Van Bocxstaele, IBCLC, MSc, Vroedvrouw Tijdens het ELACTA congres 2022 in Bremen gaf Lucy Ruddle, een Engelse lactatiekundige IBCLC en moeder van 2 zonen, een lezing over het ondersteunen van borstvoeding bij neurodivergente ouders. Ze is zelf gediagnosticeerd met ‘attention deficit hyperactivity disorder’ (ADHD) en doorspekt haar presentatie met haar eigen ervaringen. Deze lezing zette aan tot een zoektocht in de wetenschappelijke literatuur over dit onderwerp. Het doel van dit artikel is te schetsen wat bedoeld wordt met neurodivergente aandoeningen met in het bijzonder autisme en ADHD en wat deze moeders ervaren, alsook de specifieke ervaringen tijdens de lactatieperiode. Tevens worden er tips aangereikt om de lactatiekundige zorg beter op deze moeders af te stemmen zodat deze moeders alle kansen krijgen om lang borstvoeding te geven. Situering problematiek neuro-divergentie Definitie Het Instituut voor de Nederlandse taal beschrijft neurodivergent als “afwijkend van het gemiddelde voor wat betreft neurologische, sociale of cognitieve ontwikkeling; met een neurologische, sociale of cognitieve ontwikkeling die verschilt van het gemiddelde of 'de norm'; met een net iets anders werkend brein dan gemiddeld” (Neurodivergent, 2023) . Enkele types van neuro-divergentie zijn autisme, Sensory Processing Disorder (SPD), ADHD, dyspraxie, pathological demand avoidance, het syndroom van Tourette en dyslexie. Wat ook als neurodivergent kan beschouwd worden is obsessive compulsive disorder, borderline personality disorder, dissociative disorder en bipolar disorder (Ruddle, 2022). In dit artikel wordt dieper ingegaan op autisme, SPD, ADHD en dyspraxie (DCD of developmental coordination disorder). BVL-TIJDSCHRIFT VOOR LACTATIEKUNDIGEN 2023 JG 14 NR 2 6 Prevalentie Autisme komt voor bij 1-2 % van de populatie en wordt vaker gediagnosticeerd bij mannen dan bij vrouwen, namelijk 3 mannen versus 1 vrouw (Loomes et al., 2017). Een kwart van de moeders met een kind met autisme herkennen autistische trekken bij zichzelf (Grant et al.,2022). Volgens Ruddle(2022) komt SPD voor bij 16 % van de UK populatie. ADHD is een vaak voorkomende ontwikkelingsstoornis en heeft afhankelijk van de bron een prevalentie van 3% tot 6,8% in de volwassen populatie wereldwijd. Hoewel het een zeer erfelijke aandoening is, screenen veel onderzoeken met betrekking tot ADHD niet voor ADHD bij de ouders (Freund-Azaria et al, 2022; Kittel-Schneider et al., 2021). Dyspraxie of DCD heeft een prevalentie van 5-6 % (Freund-Azaria et al., 2022; Dyspraxie, 2023).

7 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication