46

VII.5. BUITEN EN BINNEN ONDERHOUD VII.5.1. Buiten en binnen onderhoud Om de buitenkant van het voertuig in goede staat te houden, is het belangrijk om het goed te bedienen. Parkeer indien mogelijk het voertuig in een garage of afgedekt. Als het voertuig buiten geparkeerd moet worden, moet u het parkeren in de schaduw. WASSEN Afwasmiddel met water en een spons aanbrengen. Breng een zeepoplossing of een mild schoonmaakmiddel aan dat geschikt is voor het wassen van het voertuigwerk. Spoel grondig. OPGELET: PLASTIC ONDERDELEN Gebruik geen producten die zuur, alcohol, keton, koolwaterstoffen, chlorideproducten en ether bevatten. Gebruik alleen een zeepoplossing en een zachte doek. ................................................................................. OPGELET: Spoel nooit water op elektrische onderdelen (motor, batterijen, stroomonderbreker, oplader, enz.), aangezien dit grote schade kan veroorzaken. ................................................................................. OPGELET: Hogedrukreinigers kunnen alleen op het carrosserie worden gebruikt (afstand van 1 meter van het voertuig) ................................................................................. OPGELET: Was het voertuig niet terwijl de batterij oplaadt. VII.5.2. Anti-corrosie bescherming Uw Goupil elektrisch voertuig heeft bescherming tegen corrosie. Er moeten echter enkele voorzorgsmaatregelen worden genomen om eventuele corrosieproblemen te voorkomen FACTOREN DIE AAN VOERTUIG CORROSIE BIJDRAGEN: Roestvorming wordt versneld in sommige gebieden, b.v. in gebieden met hoge relatieve luchtvochtigheid, in een zoutoplossing, in vervuilde gebieden of in gebieden waar de wegen vaak worden gezouten. Het opbouwen van modder en puin die waarschijnlijk vochtigheid in de carrosseriepanelen, holtes en andere onderdelen behoudt. Schade aan het lakwerk en andere beschermende coatings wanneer het door vaste voorwerpen wordt geraakt. OM UW VOERTUIG TEGEN CORROSIE TE BESCHERMEN: Controleer regelmatig het lakwerk om kleine schade op te sporen en zo snel mogelijk het lakwerk aan te raken. Controleer de bodem van het chassis om op te sporen van het opbouwen van zand, modder en andere stoffen. Reinig onmiddellijk. VII.6. RECYCLING Onderdelen die versleten zijn en vervangen worden tijdens het onderhoud moeten bij een gespecialiseerde organisatie worden afgeleverd. Aan het einde van de levensduur moet het voertuig naar een erkend recyclingcentrum worden gebracht. 46

47 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication