31

5. Praktische ontwerp - aspecten en aanlegadviezen Naast de meer algemeen geldende en meer theoretische ontwerpaspecten zijn er veel prak tische onderwerpen die een goed ontwerp en een goed functioneren van een rioolstelsel kunnen beïn vloe den. Een aantal hiervan is in dit hoofdstuk beschreven. 5.1 Beluchting en ontluchting van rioolstelsels Ten gevolge van de variatie in de af te voeren hoeveelheden afval water zal de waterstand in de riolen variëren. Om ten gevolge hiervan te grote onderen over druk ken te voorkomen, dient men het stelsel te kunnen beluchten en ontluchten. Hiertoe moet het in verbinding staan met de buiten lucht. Bij het hemelwaterriool van gescheiden stelsels zal dit geen probleem zijn vanwege de h.w.a.- aansluitingen van de woningen. Bij het vuilwaterriool van het geschei den stelsel zal de veran de ring in druk gering zijn en wordt dikwijls ontworpen met een maxi mum vulling van 60% Bovendien is er een buitenluchtverbinding via de standpijpen van de binnenrio lering, mits deze als zgn. ontspan ningsleiding doorgetrokken zijn tot aan het dak. Bij toepassing in de binnenriolering van zgn. auto ma tische beluchters zal via de stand pijpen het riool alleen belucht en niet ontlucht worden. Problemen kunnen ontstaan als de in een rioolstelsel aanwezige lucht opgesloten wordt. Dit kan het geval zijn bij gemengde riool stelsels, waar in korte tijd grote nivo verschillen kunnen ontstaan en indien de regenwaterafvoeren (h.w.a.) van de woningen voorzien zijn van een waterslot (sifon). Als dan ook nog de bebouwing gering is, waardoor dus weinig stand pij pen als be- of ontluchting funge ren, of bij toepassing van de reeds genoemde automatische beluchters, kunnen er problemen ontstaan. Deze kunnen variëren van stank in de woningen tot het niet door willen lopen van straat- en trottoirkolken. Een praktische oplossing is dan het zo veel moge lijk verwijderen van de sifons uit de regenwaterafvoeren van de woningen. Indien dit niet mogelijk is vanwege stankoverlast kan het rioolstelsel op geselecteerde plaatsen worden voorzien van speciaal aangebrachte ont- en beluchtingsbuizen. 5.2 Parallelriolen Bij dieper gelegen straatriolen met grotere diameter kan ook gekozen worden voor een parallelriool waarop alle aansluitingen worden aangesloten. Dit parallelriool wordt dan weer aangesloten op de inspektieputten. Een voorbeeld hiervan waarbij het parallelriool recht boven het straatriool ligt is gegeven in afbeelding 39. Uiteraard is ook een parallelriool vlakbij de gevels mogelijk. De voordelen zijn: eenvoudiger onder houd, eenvoudigere aanslui t ingen, goedkoper straat riool en geen standpijp cala miteiten (wat vooral van belang is bij onder hei de riolen). Tevens is er een goed verhang in het parallelriool moge lijk, zodat in het parallelriool de benodigde sleepspanning kan worden bereikt. Dit systeem kan ook worden toegepast als het dieper gelegen straatriool gerenoveerd is met behulp van buis-in-buis methode (relining). Afb. 40. 5.3 Fundering van kunststof riolen In verband met de flexibiliteit van de buis zelf en in de verbindingen kunnen kunststof buizen ook bij minder goede grondslag op staal gefundeerd worden. Als vanwege de slechte ondergrond en de wens om te allen tijde het ontwor pen verhang te handhaven geko zen is voor een fundering op palen dan is dit met kunststof ook mogelijk. Dit kan alleen als er passende maatregelen worden genomen, bijv. het maken van een dragende goot van beton of hout als het riool onder de g.w.s. ligt, waarin de buis in zand gelegd wordt (afbeelding 40). Opleggen van de buis op kespen is niet toegestaan. Het ophangen aan de gevel van een verzamel- of een parallelriool is ook een vorm van funderen. 5.4 Aansluiting van op staal gefundeerde riolen op onder heide constructies Wanneer een op staal gefundeerd riool wordt aangesloten op een onderheid riool of andere onder heide constructies (gemaal, rwzi) dan kunnen verschillen in zetting optreden. Hierdoor kan in de laatste aan te sluiten streng tegen schot ontstaan, waardoor niet alleen verstopping kan optre den, maar ook de berging van een groot deel van het nieuwe Afb. 39. www.wavin.nl Straatriolering Handboek 31

32 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication