● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● ● www.hevo.nl 4.7.2. Waterleidingnet Voor de waterinstallatie moet er een waterleidingnet worden aangelegd vanaf de watermeter tot aan de diverse sanitaire aansluitpunten. Aan de buitengevel afsluitbare koudwatertappunten opnemen in overleg met de gebruikers. Eisen met betrekking tot waterleidingen: • Koudwaterleidingen moeten dampdicht zijn geïsoleerd. • Waterleidingen waaraan vorstschade kan ontstaan, moeten worden voorzien van een zelfregelende elektrische leidingverwarming en isolatie. Dit dient tot een minimum te worden beperkt. 4.7.3. Warm water Of warm water centraal of decentraal wordt opgewekt is afhankelijk van de capaciteitsberekening en de locaties waar warm water nodig is. Veel toegepast zijn: elektrische boiler of zonneboiler. De installatieadviseur moet bij de uitwerking van het plan een onderbouwde keuze maken. Warmwaterleidingen moeten zoveel mogelijk in lengte worden beperkt en thermisch worden geïsoleerd, met uitzondering van de in het zicht gemonteerde leidingen. In onder andere de volgende ruimten moeten warmwaterpunten komen: • Werkkasten. • Keuken. • Doucheruimte. • Pantry’s. • Toiletruimten voor medewerkers. De installatieadviseur dient in overleg met de stakeholders per ruimte de aantallen koud- en warmwateraansluitingen te bepalen. Er komt geen warm water op de wastafels in sanitaire ruimten. Warmwaterpunten ter plaatse KDV en peuters voorzien van temperatuur begrenzing. 4.7.4. Regeling Koudwaterleidingen niet aanleggen bij ‘hotspots’, omdat deze dan kunnen opwarmen. Legionellavrij ontwerpen conform passende normen. 4.7.5. Binnenriolering • Mits noodzakelijk dienen er in de toiletgroepen en keuken vloerputjes aangebracht te worden. • Bij toepassing van kunststof leidingen in de keuken (heet water) dienen deze doorlopend ondersteund te worden. • Op tactische locaties dienen ontstoppingspunten gemaakt te worden. 1683201-0016.3.0, d.d. 11 april 2023 Pagina 28 van 35
237 Online Touch Home