28

1 Timoteüs 1 9 … dit wetende dat de wet niet wordt gesteld voor de rechtvaardige maar voor wettelozen en niet-ondergeschikten, voor oneerbiedigen en zondaars, voor onrechtschapenen en onheiligen, voor vader- en moedermishandelaars, voor doodslagers, 10 voor hoereerders, voor mannen-liggers, voor mensenhandelaars, voor leugenaars, voor meineedplegers … Paulus komt hier met een hele opsomming voor wie de wet wél bedoeld is en hij volgt hier dezelfde volgorde als de 10 woorden in Exodus 20. Deze begrippen zal ik wat uitlichten. - Een ‘wetteloze’ (:9) is iemand die geen norm heeft, maar zichzelf als norm of wet stelt. De enige norm is dan wat iemand zelf vindt, voelt of denkt. - - ‘Niet ondergeschikt’ (:9) betekent dat je je niets laat gezeggen door iets of iemand. ‘Oneerbiedig’ (:9) is afgeleid van ‘a-sebeia’, wat betekent: zonder verering. Dit staat tegenover ‘eu-sebeia’, wat betekent: goede verering, ofwel Godsvrucht of ‘vreze Gods’ (dat is eerbied voor God). Over eerbied gesproken … we zien dit ook terug aan het einde van 1 Timoteüs 6. De gezonde woorden van Christus leiden tot eerbied voor God. Echte eerbied voor God is niet zomaar een kunstje, een toneelstukje met mooi gesproken woorden, maar moet gevoed worden, waardoor God grootgemaakt wordt. Dat is ook het 33

29 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication