43

In 1 Johannes 2:2 gaat het over bescherming (niet: verzoening), voor heel de wereld, niet alleen Israël. Het is echter negatieve genoegdoening, het is nodig, maar een veel lager niveau dan de genade voor ons, die ons een hemels lotdeel schenkt. Een zalving wordt genoemd in 1 Johannes 2:20,27. Dat lezen wij niet in de latere brieven van Paulus, maar één keer in 2 Corinthiërs 1:21. We lezen in de brieven van Johannes over “de nieuwe geboorte”, net als in het evangelie. Johannes spreekt van “een dag van gericht”, 1Joh.4:17 waar wij niet in komen, wij zijn “in een dag van redding”! 2Cor.6:2 De tweede brief is een persoonlijke, hij spreekt niet zozeer als apostel, maar als oudste. De leer is een voorwaarde tot gemeenschap (vers 10), omdat de gaven van kennis en onderscheiding nog steeds bij hen waren. 1Joh.2:27; 4:1 Een andere mening betekende afwijking van het onderricht van de geest. Onderricht is in deze tijd geen toets voor gemeenschap, maar wel een juist motief. 2Tim.2:22 Drie Johannes: korte brief aan de gelovige Jood: niets nemend van de natiën (vers 7). Judas Judas, de broer van de Heer, spreekt net als 2 Petrus van “het komende gericht van God”. Hij was geen apostel (vers 17), maar hij had ‘de geest van profetie’ over zich. Dat mogen we wel aannemen. 49

44 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication