29

gaf Paulus aan zijn geloofskind (en ons), een richtlijn voor gebed 1Tim.2:1-4. Deze houdt rekening met onze innerlijke vrede én die met de mensen om ons heen. Hij roept op tot voorbede en dankzegging voor alle mensen, inclusief de overheden. Als hij dit deed met betrekking tot het Rome van die tijd, hoezeer zouden wij hem dan niet moeten imiteren in deze houding van gebed! Maar, zonder dagelijkse voeding met de woorden van het geloof en de uitstekende leer zijn wij niet in staat om ook te bidden en te danken voor diegenen die ons het leven moeilijk maken. Eenieder die onvoldoende bekend is met het uitstekende onderwijs dat voor ons geldt, is vaak makkelijk bereid de woorden van Petrus te citeren. Hij zei dat men God meer moet gehoorzamen dan mensen. Daarop vertrouwend, tart men vervolgens de overheid en zijn meerderen. Indertijd was de politieke en militaire macht in handen van Rome, maar geen van de apostelen trad ooit tegen hen op. De woorden: men moet aan God meer gehoorzaam zijn dan aan mensen Hand.5:29, richtte Petrus tot het Sanhedrin, de religieuze Hoge Raad van de Joden (de ‘hooggeplaatsten’, schriftgeleerden en oudsten). Dit was het hoogste religieuze gezag in Israël, dat door Petrus en Johannes tegengesproken werd: Oordeel zelf of het juist is in Gods ogen, meer naar u te luisteren dan naar God Hand.4:19 De woorden van het geloof, die vandaag ons gedrag naar de overheid en meerderen bepalen, vinden wij bij Paulus5. 5 Zie: Rom.13:1-7, Ef.6:5-8, Kol.3:22-25, Titus 2:9,10; 3:1 31

30 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication