28

De onbekende God In Handelingen 17 spreekt Paulus de Atheners aan. De stad was vol afgodsbeelden en tussen al die beelden stond een voetstuk met het opschrift: “aan een onbekende God”. Paulus verkondigde hen de Ene God, die zij niet kenden. Aan het einde van zijn toespraak roept hij op tot bezinning: Handelingen 17 30 God geeft, dan, met voorbijzien van de tijden van onwetendheid, nu opdracht aan alle mensen, overal, zich te bezinnen, 31 omdat Hij een dag stelt, waarop Hij de wereld in rechtvaardigheid zal oordelen (krino) door een man, die Hij bepaalt, – geloof verschaffende aan allen – , en Hem doet opstaan uit de doden. God zal de wereld in rechtvaardigheid oordelen. Hij zet recht en doet recht aan Zijn Woord. Elk mens zal de waarheid kennen en erkennen. Er staat dan ook: “geloof verschaffende aan allen”. Dat vind je in de gangbare vertalingen niet terug. Daar spreekt men van ‘betrouwbaarheid verschaffen’ of ‘zekerheid geven’. Daarmee heeft men het verzwakt, want er staat het woord pistin dat geloof betekent. 33

29 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication