28

Hier merken we alleen op, dat het bloed op symbolische wijze de onvolmaaktheden van Israëls eredienst “bedekte” en het heiligdom “reinigde en heiligde”, zodat het mogelijk bleef om door middel van die eredienst tot God te naderen. God baande van boven het verzoendeksel (waar Hij regelmatig verscheen en op bijzondere wijze tegenwoordig was, zie Exodus 25:22, 30:6; Leviticus 16:2; Numeri 7:89) zélf een toegangsweg tot Hem. 32

29 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication