67

Bewijs van Gods liefde In Romeinen 5, Efeze 2 en Kolossenzen 1 gebruikt Paulus de Griekse woorden katallassoo en katallagè (“verzoenen” en “verzoening”). Daarbij gaat het om een handeling van God. Hij heft het wantrouwen en de vijandschap op die er aan de kant van de mens bestaan (zie pag. 6 tot 10). Volgens de Bijbel bewees God door het kruis zijn liefde. Door het kruis heeft de Schepper laten zien dat Hij niet de vijand is waarvoor de mens Hem houdt: “Want niet licht zal iemand voor een rechtvaardige sterven – maar misschien heeft iemand nog de moed voor een goede te sterven – God echter bewijst zijn liefde jegens ons, doordat Christus, toen wij nog zondaren waren, voor ons gestorven is” (Romeinen 5:7-8) De Messias, die het Beeld van God is, de zichtbare uitdrukking van Gods karakter, was bereid om te sterven – niet voor zijn vrienden maar voor zijn vijanden. Niet voor goede mensen maar voor slechte. Niet voor trouwe volgelingen, maar voor opstandige rebellen die lijnrecht tegen Gods wil ingingen, voor goddelozen (Romeinen 5:6). Voor de smaders en de spotters, de sadisten en de onverschilligen, voor zijn eigen moordenaars, die wreedheid op wreedheid stapelden, en die vol leedvermaak naar het hoopje ellende aan het kruis keken. Ook Johannes merkt op dat God door het kruis zijn liefde bewees: “Hierin is de liefde, niet dat wij Gód hebben liefgehad, maar dat Hij óns heeft liefgehad en zijn Zoon heeft gezonden als zoenoffer voor onze zonden” (1 Johannes 4:10, Telos) “Want zo lief heeft God de wereld gehad dat Hij zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft...” (Johannes 3:16) 75

68 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication