88

Volgens Paulus lijden gelovigen met Christus, “opdat zij ook met Hem verheerlijkt worden” (Romeinen 8:17). Het lijden is een middel in Gods hand om zijn kinderen tot heerlijkheid te leiden. De leerlingen van de Messias “moeten door vele verdrukkingen ingaan in het koninkrijk van God” (Handelingen 14:22). “Want de HEERE bestraft wie Hij liefheeft, en Hij geselt iedere zoon die Hij aanneemt. Als u bestraffing verdraagt, behandelt God u als kinderen. Want welk kind is er, dat niet door zijn vader bestraft wordt? Maar als u zonder bestraffing bent, waar allen deel aan hebben gekregen, bent u bastaarden en geen kinderen” (Hebreeën 12:6-8) “Elke bestraffing schijnt op het moment zelf wel geen reden tot blijdschap te zijn, maar tot droefheid. Maar later geeft zij hun, die erdoor geoefend zijn, een vreedzame vrucht van gerechtigheid” (Hebreeën 12:11) “Zalig is de man die verzoeking verdraagt, want als hij beproefd gebleken is, zal hij de kroon van het leven ontvangen” (Jakobus 1:12) Elke gelovige, tot welke groep of roeping die ook behoort, zal worden verzocht en is gelukkig te prijzen wanneer die in verzoeking volhardt. Beproeving is een test die aantoont dat het geloof echt is en door God is gegeven. Jakobus is er zeker van dat, waar geloof zal standhouden, dit zal uitlopen op de erekrans van het leven. Ook op dit punt is de leer van de plaatsvervanging in strijd met de Schrift. Indien de gerechtigheid van een Plaatsvervanger ons werd “toegerekend” maar wij niet zélf zondeloos en heilig werden, dan werden wij nooit écht behouden! Het zou een ramp zijn indien wij niet zelf werden getuchtigd maar de tuchtiging werd gedragen door een plaatsvervanger. Want zonder 97

89 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication