34

gaat een weg met Israël, die een doodlopende weg lijkt te zijn. Israël is terzijde gesteld en hun positie nu wordt bijvoorbeeld geïllustreerd als een dal met doodsbeenderen (Ez.37:1) en zij zijn in het graf (Ez.37:12). Maar Israël zal herleven (Ez.37:14). En juist in deze tussentijd dat Israël in het graf is, maakt God via de apostel Paulus bekend dat de dood teniet gedaan zal worden en onvergankelijk leven het deel zal worden van elk schepsel (1Kor.15:22,26; 2 Tim.1:10). Gods plan is zo geweldig groots, dat kan geen mens bedenken! Romeinen 11 33 O, diepte van rijkdom en van wijsheid en van kennis van God! Hoe onnavorsbaar zijn Zijn oordelen en onnaspeurlijk Zijn wegen! 34 Want: wie kende het denken van de Heer? Of: wie werd Zijn adviseur? 35 Of: wie geeft eerst aan Hem, en het zal aan hem terugbetaald worden? 36 Want vanuit Hem en door Hem en tot in Hem zijn alle dingen: aan Hem is de heerlijkheid tot in de aeonen! Amen! Soeverein De wegen die God met mensen gaat, zoals Farao (Rom.9:17) of met volken, zoals Israël (Rom.11:1), zijn onnavolgbaar en ondoorgrondelijk. Niemand kent Zijn denken en Hij heeft daarin niemand nodig, zodat Hij iemand iets verschuldigd zou zijn. Hij is God, almachtig en autonoom in al Zijn handelen. En juist dat is de garantie voor de goede afloop. Aan Hem de heerlijkheid! Alles is vanuit Hem: Hij is de Schepper en Oorsprong van alles. Alles is door Hem: alle dingen bestaan door Hem. En alles is tot in Hem: alles heeft zijn doel en bestemming in Hem. 32

35 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication