15

dat hij deze brieven zó, op die manier, heeft moeten schrijven. Zodat God, in Zijn wijsheid, al aan het begin van dit beheer van genade meedeelt welke verwachting de gelovigen hebben die bij het lichaam van Christus6 horen. Die verwachting stond van begin af aan vast. Dé verwachting voor het lichaam van Christus is de bazuin van God, en geen andere. Dát is de verwachting voor heel het lichaam van Christus, voor alle leden. Die Thessalonicenzen waren nog onwetend over de ontslapenen. Daarom is deze brief zeer leerzaam voor ons, voor ons geestelijk begrip. “Kortom, onze proefpersoon” – degene die al snel is overleden nadat Paulus daar geweest was, en nadat hij tot geloof was gekomen – “wist eigenlijk nog maar weinig van de grote waarheden die de tegenwoordige genade karakteriseren.” Die grote waarheden zouden pas later door de Romeinen-brief – en nog later door de Efeze-brief – bekend worden. De Efeze-brief is de brief die Paulus geschreven heeft in gevangenschap in Rome. Het was een algemene rondzendbrief waarin de grotere waarheden over Gods plan en de gemeente, het lichaam van Christus, bekend worden gemaakt. Maar dat wil niet zeggen dat iedereen, die deel uitmaakt van het lichaam van Christus, in zijn of haar leven die grotere waarheden ook leert kennen. En daarmee geef ik eigenlijk al antwoord. Het gaat om alle leden van het lichaam van Christus. Maar is meer kennis hebben van het evangelie van genade, of diepere kennis, nodig? Nu, dat zullen we zien. 19

16 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication