100

1 Korinthe 5:2 – gezonde weerstand En zijn jullie opgeblazen en niet veeleer in droefheid, zodat de bedrijver van dit werk uit jullie midden zou worden verwijderd? Niet de man die zijn vader bedroog met diens vrouw wordt in dit hoofdstuk aangesproken. Zijn gedrag is hooguit illustratief voor de ekklesia te Korinthe: het getuigde van weinig eerbied voor de Vader. Toch richt Paulus zich niet tot hem, maar tot de Korintiërs die trots zijn gedrag goedkeurden. Gedrag dat zelfs in een havenplaats als Korinthe ongehoord was. Door de opstelling van de Korintiërs, kon de boosdoener zich ongestoord in de ekklesia handhaven. Paulus dringt niet aan om zijn kerklidmaatschap af te nemen. Zoiets bestond niet eens en het is ook vreemd aan het wezen van de ekklesia. De leden daarvan zijn immers door één geest tot één lichaam gedoopt. 1Kor.12:13 Niemand kan dat ongedaan maken. Paulus zegt ook niet (zoals de meeste vertalingen lezen) dat de Korintiërs de man uit hun midden moesten verwijderen. Nee, hij spreekt hen aan op hun houding. Zou men bedroefd zijn over het gedrag van de man, dan zou hij vanzelf uit hun midden verdwijnen. Want ziektekiemen gedijen niet in een gezond lichaam. Dat is geen organisatorische maatregel maar een organisch gegeven! 108

101 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication