63

1 Korinthe 3:2,3 – vleselijk denken Melk gaf ik jullie te drinken, geen vaste voeding, want dat vermochten jullie nog niet. Maar zelfs nu vermogen jullie dat nog niet, want jullie zijn nog vleselijk. Want waar er onder jullie jaloezie en ruzie is, zijn jullie dan niet vleselijk en wandelen jullie dan niet naar de mens? Dat de Korintiërs nog steeds geen “vaste voeding” verdroegen, lag niet aan hun IQ. Want al is deze “vaste voeding” inderdaad onderwijs voor gevorderden, men hoeft er geen intellectueel voor te zijn. Waar het op aankomt is het besef dat “het vlees” (lees: de mens, met al zijn kennis en kunde) geen gewicht in de schaal legt bij God. ‘Vleselijke’ oriëntatie blaast de mens op. Deze gerichtheid werkt als zuurdesem: het laat de mens bluffen. Het lijkt heel wat, maar het is niets. Dat is wat in Korinthe speelde. Met die instelling gaat de mens zichzelf belangrijk vinden en dat is de ideale voedingsbodem voor onderlinge jaloezie en ruzie. Waar de mens daarentegen geestelijk volwassen wordt, gaat hij zijn eigen geringheid beseffen. In plaats van gerichtheid op ‘het vlees’ leert men God kennen en de waarde van Zijn voornemen, Zijn verborgen wijsheid en Zijn kracht! Dat is wat telt! 69

64 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication