Warner de Weerd De kans van één op een miljoen Klein SC Dynamo uit Ursem won KNVB-beker bij E- en F-pupillen dankzij goede conditietraining en gedisciplineerd spel. De kans van één op een miljoen URSEM- ,,Dit konden ze in de annalen van de KNVB niet terugvinden: Dat zo’n kleine West-Friese dorpsclub ‘onder de rook van Hoorn’ in één seizoen met twee teams van verschillende leeftijden de beker pakt.” Peter Koning (61), voorzitter van het kleine SC Dynamo uit Ursem, spreekt zijn woorden vol trots uit. Niet zo vreemd, want een jaar eerder zat de club sportief op een dood spoor. Nadat tot twee keer toe de club op een haar na –dat wil zeggen in de slotminuten van de finale van de nacompetitie- promotie was misgelopen, keerden de beste spelers Dynamo de rug toe. Het gevolg: maar tien eerste teamwaardige spelers. Wellicht dat een preses of trainer van een grote stadsclub of plattelandsvereniging met zeshonderd leden deze perikelen met een weemoedige glimlach aanschouwt: we praten tenslotte hierover een zesdeklasser. Een club met pakweg driehonderd leden waarvan 180 jeugdspelers. ,,Maar voor de uitstraling naar de jeugd toe is het zo ontzettend belangrijk dat in het eerste jongens spelen waartegen de kinderen opkijken. Het zijn hun grote voorbeelden en hun mentaliteit nemen ze over.” Aan het woord is Norbert van Halderen (53), trainer van de E- en F-pupillen en derhalve ook één van de architecten achter het succes. Hij kreeg, met natuurlijk het gegeven dat hij het geluk had van een dubbele gouden lichting, het voor elkaar dat voor één keer de jeugd de rest van de vereniging motiveerde en niet andersom. Want in het nieuwe seizoen zit SC Dynamo ook bij de senioren weer in de lift. Door Warner de Weerd Ooit eens gehoord van E-pupillen die hun jongere clubgenoten van de effies trainen? BIJ SC Dynamo gebeurt het. ,,Alles draait om discipline en betrokkenheid”, verklaart Van Halderen. ,,Eerst liet ik de E-pupillen de warming-up doen van de effies. Dat vonden ze zo leuk dat ze zelf vroegen of ze –uiteraard met begeleiding van volwassenen- ook mochten proberen een training te verzorgen voor de F1. Een prima voorbeeld hoe je als club de jeugd naast de voetbaltechnische ontwikkeling ook opvoedt. Want dat zijn sportverenigingen door het drukke leven van pa en ma steeds meer: Een opleidingsinstituut. Je brengt ze normen en waarden maar vooral ook het nemen van initiatief bij. Iets waar ze later in het maatschappelijk leven ook veel baat bij hebben.” Het succesverhaal van Dynamo is curieus, jongensachtig in letterlijke en figuurlijke zin. Want Van Halderen is geen gediplomeerd pupillentrainer. Wel heeft hij verstand van pedagogiek in de breedste zin van het woord: hij is hoofd van het opleidingscentrum van Ricoh, een mondiale speler op het gebied van opslag en verwerking van documenten en de levering en installatie van printers, kopieermachines, scanners en faxen. ,,Kinderen, hoe jong ook, halen uiteindelijk hun plezier uit het spel door te winnen”, vertolkt de Ursemmer. ,,Verlies je drie achter elkaar, gaan de koppies hangen en gaan ze met tegenzin naar de training. Of erger nog: Ze kiezen de in hun ogen zwakste schakel in het team uit en maken hem tot pispaal. Dat moet je zien te voorkomen, zónder dat hun ontwikkeling in geding komt. Dat houdt in dat ik zowel bij de E1 als F1 samen werk met een nog actieve voetballer voor de technische aspecten.” Nordin ben Salah Van Halderen is de broer van Michel van Halderen, trainer van wijlen wereldkampioen boksen en kickboksen Nordin ben Salah uit Purmerend. Maar Michel van Halderen is nog veel meer: hij is een autoriteit op het gebied van de fysieke ontwikkeling van sporters, heeft onder meer diverse boeken geschreven over krachttraining voor adolescenten en is gastdocent op de Universiteit van Maastricht. Daarnaast heeft hij de hockeyers van Klein Zwitserland begeleid en traint hij de nationale handbalselecties (mannen en vrouwen) in zijn fitnesscentrum in Purmerend. Norbert van Halderen met een veelzeggende lach: ,,Ik heb bij de conditionele opbouw van de spelers wel wat aan mijn broer gehad ja. Om eerlijk te zijn staat van de twee trainingen in de week van zowel E- als F-pupillen er één volledig in het teken van conditieopbouw. Dat houdt in: veel rennen, met en zonder bal. En echt: Die kinderen vinden het niet erg. Die weten: Dit stelt ons in staat in het laatste deel van de wedstrijd meer te geven dan de tegenstander. En we hebben inderdaad, als het moeilijk ging, veel wedstrijden in het slot toch in ons voordeel omgebogen.” Focus Volgens Van Halderen kun je van kinderen dezelfde focus verwachten als bij (jong)volwassenen . ,,Bij de kabouters gaat het puur om het plezier. Die staan af en toe grassprieten te tellen. Vanaf de effies verwacht ik dat ze letten op de bal die over die grassprieten rolt. Hoe je ze scherp houdt: Door duidelijkheid te scheppen. Voor elke training hou ik een kringbespreking waarin ik uitleg wat we gaan doen. En ik benadruk de regels: Geen partijtje bijvoorbeeld aan het eind van de training als ze aan elkaar gaan hangen, als ze gaan klieren of gewoon hun best niet doen. Kijk, deze leeftijdsgroep zit in groep 3 en 4 van de basisschool. Dat is heel anders dan groep 1 en 2. Dan wordt er gespeeld. Vanaf groep 3 wordt er geleerd en ook prestaties verlangd.” 23 VoetbalTotaal | November 2010
24 Online Touch Home