vastgelopen, en bepaalde buitenaardsen die ik niet kon vrijzetten, dus die zaten daar gevangen. Maar op een nacht had ik een droom dat het ascension day was, de dag van de opname, en dat die gevangenissen waren gekraakt en waren geopend, en er waren evacuaties. Het zeegebied was prachtig nu. Ik was er in de golven, daar waar ik vroeger slopende nachtmerries over had altijd, en alles bubbelde, en het zeegebied was nu van mij, en ik had een ervaring van opname, gewoon in de zee zelf. Ik hoefde nergens uit te vluchten, maar het begon gewoon te veranderen, en de zee was nu een zee van geestelijke vervoering. Niet lang daarna ging ik naar een dichtbijzijnde stad waar ik soms kom. Voor mij is het een natuurstad. Natuur en stad groeien door elkaar heen, met veel parkjes en tuinen die overal doorheen lopen, en appelbomen die over de muren heen groeien zo de stoep over. Het is een beetje een vergrijste stad, en iedereen doet aardig tegen elkaar, communiceert met elkaar. Ik was even ergens in een grote winkel en ineens was er een lied over de eenling, over een wonderlijke wereld van de lucht neer tot de zee, en zijn zoektocht naar de wonderlijke wereld. Het was alsof de lucht ineens openbrak en ik zag een heel groot strandgebied in de onderwereld, een stad aan de zee, ook zeer vergrijst. Het was een natuurstad en het liep gewoon heen door de stad waar ik was. Het was een soort utopia, volop zomer. Een oude vrouw keek naar mij, en ik kon zoveel erin zien, als een poort in de onderwereld die open was gegaan. Ik slenterde toen langs de huizen naar een ander deel. Een aardige, gevoelige man op een fiets met kinderen zwaaide naar me en zei : 'prettige dag.' Ik liep toen langs de gracht en keek over de rivier naar de huizen aan de rivierkant, en er groeiden daar prachtige struiken en planten. Ik was ook even een supermarkt binnengegaan. Even wat Duits bronwater gehaald en wat bananen. Voor mij stond een wat oudere vrouw met kinderen, wel met Kakiaietische invloeden. 'Zo, ga je cakejes bakken met de kinderen ?' vroeg de ook wat oudere vrouw achter de kassa aan de oma. 'Nou, niks mis mee toch ?' zei de oma, die direct in de verdediging sprong. Toen ik tussen de stadsdelen slenterde kwam ik ook ineens langs een winkel met allemaal religieuze beelden van bijvoorbeeld Jezus, en Jezus aan het kruis, wat allemaal heel katholiek aandeed. Het zijn altijd weer dingen die me inspireren, ook al hoor je maar halve woorden, halve zinnen van mensen die langslopen of waar je zelf langsloopt. Sommige dingen blijven je bij, en andere dingen vergeet je weer snel. Hoofdstuk 7. De kruizing ter Boeotia De stoicijnse Aretaieten hadden al het verschil tussen het smalle pad en het brede pad besproken in de filosofie. Areta, de geoefendheid, leidde de stoicijn op het pad van de ascese, terwijl Kakia de verleidster was tot het materialisme en het hedonisme, de gemakszuchtige genotszucht. Areta leidde de mens op het pad van de filosofie, de rede, terwijl Kakia de mens leidde op het pad van simpel geloof waar je niets voor hoefde te doen. De kippetjes zouden zo je mond binnenvliegen als je je mond zou openen. Daar zou Kakia, de duivelin in het stoicijnse wereldbeeld, wel voor zorgen. Het woord komt van het woord kako, het kwaad, uitwerpselen. Kakia kwam vaak als een hevig opgemaakte vrouw, zeer ijdel, en ze probeerde Heracles te verleiden om haar te volgen op het brede
1114 Online Touch Home