vrouw blijkt in het verhaal een soort beveiligings-systeem in Barkas te zijn, maar ook daarvan mocht hij niet teveel nemen, en ook dat moest hij toetsen. Hij mocht zich dus niet zomaar aan deze vrouw overgeven, aan de prinses. De vraag is dan ook in hoe verre de prinses waarheid is en in hoe verre misleiding, wat niet zomaar open en bloot duidelijk is in het verhaal. Er moet dus juist gezocht worden naar diepere patronen. Op een bepaalde plaats van het verhaal is zij namelijk gewoon een onderdeel van Mars tv, maar dan is het ook de vraag of de gehele Mars tv een misleiding is, of dat het ook weer een paradox is. Er is ook een spreekwoord dat alles potentieel goed is als je het maar in de juiste verhouding tot je neemt, in de juiste hoeveelheid. Alles met mate dus, opdat het niet corupt zal worden. Zo zal het kwaad dus ook uiteindelijk opgelost worden, in het mysterie van de Marsiaanse logistiek. Hoofdstuk 30. garazim en ebal Het boek Numeri is het verhaal van het volk Israel in de wildernis, na de exodus. Het volk werd in tweeen verdeeld : De ene helft stond bij de berg Garazim, wat piercings, besnijdenis betekent, als een beeld van het minderen en hongeren en de andere helft stond bij de berg Ebal, naaktheid. Naaktheid is een beeld van profetische openbaring, profetologie, door het minderen. Toen Jozua Ai had verslagen, wat verdraaiing betekent, bouwde hij een offerplaats op de berg Ebal. Men komt dus telkens tot Ebal, profetisch leven, door Garazim, het minderen (besnijdenis). In Numeri 15 gaat het over de sabbatschending. De sabbat is de dag van het vasten op het werken, als beeld van het minderen. Ik zou zeggen dat dit een bewustzijns laag is van het minderen, van de leegte, waaruit een mens behoort te leven, en niet zomaar een dag in de week. Daarom wordt er ook gezegd dat het van belang is de eeuwige sabbath binnen te gaan, de eeuwige rust. Het is dus symbolisch, en zo ook de straf op de sabbathschender is symbolisch. Die werd ter dood gebracht door steniging, maar in de grondtekst is dit ook weer het sterven van de hongerdood. De steen doet ons minderen, maakt een lek opdat al het overbodige kan wegstromen. Het gaat hier dus over het meerderend, opgeblazen, overmoedige ego wat moet sterven. De eigenlijke exodus of uittocht, zoals bij Ra in de tocht door de onderwereld in de Egyptologie, is niet zomaar iets lijnrecht eruit gaan en dan maar door blijven rennen en niet meer omkijken, maar het is een cyclus, dus erin en eruit om het te verdiepen. En dat geeft ook een zekere rust, een zekere sabbathsrust, want de mens moet leren strategisch en creatief te minderen, en niet een op hol geslagen extremist worden in deze dingen. Het gaat dus niet om een 'ja' of een 'nee', maar om een 'hoe'. Dat is de logistiek. In het boek der poorten komt Ra net als de Israelieten in de wildernis terecht. Het is een verborgen plaats, verborgen van de aarde. Mozes liet het volk een paal met een slang zien in de wildernis, als teken van genezing en bevrijding, en die symboliek had hij in Egypte geleerd, waar hij was opgevoed. In het boek der poorten komt Ra tot een paal met een jakhalshoofd erop, wat heenwijst naar Anubis, de gids van de doden, de belofte van profetische leiding dus, en dan komt hij tot een paal met een ramshoofd erop, wat heenwijst naar Khnum, de schepper, als beeld van vruchtbaarheid
1288 Online Touch Home