282

Hoofdstuk 27. De Hindoe Code Er hoeft dus niet een te grote scheiding te zijn tussen universum en het plaatselijke, tussen het collectieve en het individu, tussen de buitenwereld en de binnenwereld, de macrokosmos en de microkosmos enzovoorts, want alles kan namelijk geininternaliseerd worden, geassimileerd, eigen gemaakt worden, in een proces van syncretisme, het mengen. Dit is ook het principe van het Javanisme in Indonesië, wat een mengsel is van hindoeïsme, boeddhisme, animisme en de islam. Dit werd verspreid door de resi's, de Javaanse shamanen (asceten, hermieten, zieners), van het Sanskrite (Indische) woord 'rishi' met dezelfde betekenis, het leven door openbaring, heilige kennis (gnosis). Parallel loopt hieraan het Hebreeuwse 'rasha', de rebel, de oer-taalkundigen die niets hebben te maken met moderne marktbewuste aftreksels. Zij zijn de bewaarders van de oerhieroglyphen die inzicht geven in het geheel. Indonesië is één van de meest bevolkte landen, over een kwart biljoen. India en China zijn het meest bevolkt met beiden over de biljoen en een kwart inwoners. Indonesië was vroeger een mengsel van hindoeisme, animisme en boeddhisme. Met de late middeleeuwen begon de islam zich daar doorheen te mengen, waardoor Indonesië na de middeleeuwen uitgroeide tot een islamitisch land. Dit gebeurde ook in Maleisië, wat boven Indonesïe ligt. Beiden zijn Sunni, de hoofdstroming binnen de islam, en van de Shafistische vertakking (shafi-sunni's). De islam dekte dus het hindoeisme af, maar het was puur een taaltruukje om het Arabische te mengen met het Indische. Er zijn twee hoofd-stromingen binnen het hindoeisme : de vaishnavieten waarbij het om Vishnu draait en de shaivieten waarbij het om Shiva draait, als Brahman, het transcendente en transmuterende Zelf die alles zal rangschikken en herscheppen, als de goddelijke menger. Shiva heeft de SV wortel wat het verbindt aan het Hebreeuwse Esav, sv (Ezau, Suw, Aramees), die Shu is in het Egyptisch. Net zoals Shu (esav, sv) heeft Shiva de dolle stier van de lagere aardse wil getemd. Shiva rijdt op een stier in de mythologie. Iets anders wat hem verbindt aan Esav is dat in het Tamils (Zuid-Oost India) 'sivan' de rode betekent. Ook Shiva's kruis was een drank. Hij dronk namelijk het slangen-gif wat was voortgekomen bij het karnen van de oceaan van melk. In de islam is de SV de shafi stroming binnen de sunni, een stroming die zo dicht mogelijk bij de grondtekst van de heilige teksten blijft, en zich verre houdt van persoonlijke voorkeuren van geleerden. Ook komt de SV wortel weer terug in de esoterische islam, het soefisme. Dit is dus meer syncretisch van aard, zoals Shiva het meng-principe is, maar ook tegelijkertijd gebaseerd is op de wet, waarvan het shafisme dan weer een cryptisch beeld is. Sunni wijst terug op de SN wortel. Suna, sn, is een naam voor Indra, een aspect van Shiva, wat ook een menger is (zayana, zn, sn, kameleon, sanskrit), door de abstractie van oorlog. Bloed is een abstractie van mengen, en het mengsel wijst op de heilige weelde, beschreven als een rood paard in de veda's, de oeroverleveringen van India. Dit is ook als een alarm-systeem, uitgebeeld door Indra. Dit is dus de enige rijkdom waar we ons naar uit mogen strekken : de rijkdom van de gnosis, de rijkdom van de natuur. De SN wortel komt zowel terug in Vishnu, v.SN, als Krishna, kr.SN. De islam code is dus puur een parallel die het hindoeïsme bevestigd en uitlegt. Ook het hindoeïsme is een code van diepere dingen, terugleidend tot de oertaal, en juist door de parallellen wordt dit gedecodeerd. In de 90-er jaren had ik een droom die ik nooit meer zou vergeten. De islam en de hindoe parallel braken als een trein door de muren van de kerk heen in het midden van de nacht, en alles werd gemengd. In geisoleerde orthodoxe vorm zijn deze religies gevaarlijk, maar in esoterische samenhang met elkaar kunnen goede principes eruit gefilterd worden, zodat alles zin krijgt. In de

283 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication